Oscar (13, ik-figuur) woont in het bejaardentehuis waar zijn vader directeur is. Op zoek naar het verleden van een graaf reist Oscar terug in de tijd en ontdekt meer over de dood van zijn moeder. Vanaf ca. 10 jaar.
Als de oude Olga overlijdt, neemt Fieke (ca. 10, ik-figuur) haar circuspaard Lasse mee naar huis. Maar haar ouders willen geen paard in de tuin. Fieke besluit Lasse te verstoppen. Vanaf ca. 10 jaar.
De opa van Twan woont alleen in een klein huisje in IJsland en hij wordt te oud om voor zichzelf te zorgen. Samen met zijn zus en moeder reist Twan naar IJsland om hem te overtuigen mee te komen naar Nederland. Opa heeft echter andere plannen.
Arjan loopt stage in een bejaardentehuis. Hij vindt het er maar saai. Dan vallen er gewonden en zelfs doden. Een bewoonster beweert dat er iemand rondloopt die het lot een handje helpt.
De bewoners van een verzorgingstehuis hebben een heel leven achter zich. De auteur portretteert elk van de twaalf bewoners in twee verzen: een over hoe hij of zij vroeger was en een over nu. Ze hebben allemaal zo hun eigenaardigheden, want een vos verliest misschien wel zijn haren, maar niet zijn streken.
Oscar (13, ik-figuur) ontdekt een formule die doden tot leven kan wekken. Samen met Stiene reist hij naar 1816 waar Victor Frankenstein een monster maakt. Vanaf ca. 10 jaar.
Wout (10) bezoekt met zijn klas een bejaardentehuis. Hij maakt kennis met de oude Mo. Tussen hen ontstaat een bijzondere vriendschap. Vanaf ca. 9 jaar.
Ibrahim, Marthe en Roos praten voor de buurtkrant met de oudste bewoner van de straat. Als ze horen dat hij geen familie meer heeft, krijgt Roos een goed idee. Vanaf ca. 7 jaar.
Eva (16) redt een oude vrouw die op het treinspoor staat. Ze is ineens een held. Maar waarom stond mevrouw De Graaf daar op het spoor? Vanaf ca. 13 jaar.
Een kleine mus is op Florians hoofd gaan zitten. Dat maakt dat Florian twee nieuwe vrienden krijgt: de verliefde Katja en de oude mevrouw Raaphorst. Beiden geven Florian heel wat stof tot nadenken. Vanaf ca. 10 jaar.
Pestkop Roy duwt Garmann een doosje lucifers in de handen. In een mum van tijd staat het droge gras in de tuin van de oude, ietwat zonderlinge postbode in brand. De man heeft alles zien gebeuren. Hij stelt het op prijs dat Garmann niet is weggelopen en er ontstaat een vriendschap tussen de twee.
Anna gaat met mama op bezoek bij bompa, de opa van papa. Als ze in het bejaardentehuis komen, is bompa niet op zijn kamer. Is hij soms bij de kapper, of in de cafetaria of bij de turnles? Prentenboek met eenvoudige tekeningen in heldere kleuren. Vanaf ca. 2,5 jaar.
Na het overlijden van zijn vrouw is opa Jan vaak alleen. Gelukkig springt zijn buurmeisje Esther regelmatig binnen. Het is Esther die het idee oppert dat opa Jan een hondje in huis zou kunnen halen. Opa twijfelt, maar doet het toch. Asielhondje Cesar wordt zijn beste maatje. Dan loopt Cesar weg.
Tom en Mila gaan belletje trekken. Maar dan doet er ineens een oude man open met een woeste baard en raar haar. Thuis heeft mama nieuws: er komt een nieuwe oppas. Het is de oude man! AVI-M4. Vanaf ca. 7 jaar.
Een jongetje (ik-figuur) is dol op zijn opa. Die is groot en sterk als een boom en weet alles van vogels. Maar op een dag gaat opa zitten en wordt hij steeds stiller. Groot prentenboek met zachtgekleurde illustraties en poëtische tekst. Vanaf ca. 4 jaar.