Juf verdient een standbeeld (en de meester ook)
Laïla Koubaa
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Em. Querido's Uitgeverij, 2016 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 9936 |
Dirk Leyman
us/ug/17 a
Schrijver Bart Koubaa (°1968) calculeert de onvoorspelbaarheid in. Dit lijkt een contradictio in terminis, maar is het in zijn geval allerminst. Koubaa wil geen leverancier zijn van pasklare romans die erin gaan als zoetekoek. Liever vergaloppeert de ex-Ze Noiz-muzikant zich aan uitgekiende taalspelletjes of aan een curieuze plot met talloze weerhaakjes.
Het is mooi dat zijn uitgever hem die zijpaden gunt en dat hij naar believen zijn nooit gratuite experimenten mag voltooien. Soms loopt dat ietwat faliekant af, zoals bij misschien al te veeleisende romans als Maria van Barcelona (2010) of De Brooklynclub (2012). Evengoed mondt zijn zoektocht uit in ingenieuze boeken als Het gebied van Nevski (2007). Daarin schraapte een schrijver met een hersenbeschadiging haast wanhopig zijn taalvermogen weer bij elkaar. Ook in De vogels van Europa (2014) werkte de voormalige Debuutprijswinnaar een van zijn geliefkoosde thema's uit: de betrouwbaarheid van hervonden herinneringen.
Dat Koubaa nochtans het grote publiek weet te bereiken, toonde hij al eerder met het prangende De leraar (2009), waarin hij zich in het hoofd van een moegetergde leraar nestelde.
'Alle schrijvers zijn uniek, maar sommige schrijvers zijn unieker dan anderen' schreef Het Parool onlangs. 'En Bart Koubaa is er een van het extra unieke soort.' Geen geringe lof voor de Gentenaar.
Met zijn nieuwe roman Een goede vriend maakt hij deze boutade opnieuw waar. In eerste instantie belanden we in een nogal gezapig voortkabbelende roman. Een niet nader gespecifieerd hoofdpersonage slaat zijn tenten op in Lissabon. Hij werkt er aan een vertaling van een nieuw ontdekte versie van Ali Baba en de veertig rovers. Maar de reis lijkt vooral bedoeld om de dood van een hechte vriend een plaats te geven. Voortdurend sjouwt hij met diens ingelijste foto rond, waarmee hij imaginaire conversaties voert. Algauw moet hij Lissabon verlaten en wordt hij door zijn verhuurder naar Sesimbra versast, een onooglijk kustdorpje waar het tempo traag ligt.
Koubaa beschrijft nauwlettend en elegant de dagelijkse rituelen waaraan de vertaler zich overgeeft. Het relaas neemt bijna de vorm van een journaal aan, zij het springeriger en associatiever. De vertaler trekt zich terug in het appartement, dat eruitziet als een 'ruime kajuit op een cruiseschip dat op de klippen is gestrand'. Bij de eerste blik naar buiten wordt hij verlamd 'door de overweldigende oceaan'.
Hij besteedt veel aandacht aan culinaria, met een voorkeur voor visgerechten. En hij neemt foto's van zijn vriend: 'Nee, amigo, ik heb de visboer gevraagd of hij je zelfportret naast dat van de vissers met de zwaardvissen wilde houden en heb een foto gemaakt. Je staat erop, of je dat nu wilt of niet, samen met de arm en de hand van de visboer.'
Niet toevallig, want de vriend was een fotograaf. Het portret van de 'amigo' houdt hem zelfs gezelschap wanneer hij zijn dagelijkse duik in de oceaan neemt. Zonderling gedrag, zou je denken, maar niemand neemt er écht aanstoot aan, al wordt er wel eens achter zijn rug gefezeld. Koubaa laat gaandeweg de hele kunstgeschiedenis meeresoneren in zijn bespiegelingen, met referenties naar de gebroeders Van Eyck, Giotto, Dürer of Bosch.
En wat betekenen die voortdurende knipogen naar Charlie Chaplin, die in een zwevende straatkunstenaar personifieert en ontmaskerd wordt? Wat moet je denken van die vele slagzinnen op T-shirts? Ook de actualiteit dringt zich op, van de financiële crisis en AA Gent tot de aanslagen in Bagdad. Met een Angolees die in een grot op het strand woont, sluit hij uiteindelijk vriendschap.
In Een goede vriend diept Koubaa zijn thema van de bedrieglijke waarneming verder uit en verwerkt hij kwistig weetjes uit de neurologie of wetenschappelijke artikelen. De verteller probeert de tijd te betrappen, een schier onmogelijke opdracht. Want de tijd is 'een raar beestje, (...) als een school dromende sardienen, zeer moeilijk te vangen'.
Toch schemert er aan het eind aanvaarding door én een definitief afscheid van zijn vriend. Is het zinvol om achter alles betekenis te zoeken? Mogen we de werkelijkheid gewoon laten voor wat ze is? Het toonloze registreren dat dit boek zo doordesemt, is wel degelijk functioneel. Je hoeft niet altijd méér te vermoeden achter de feiten en gebeurtenissen. Het is een geruststellende, troostrijke gedachte voor deze puzzelende verteller, die opgenomen wordt in een tijdloos perpetuum mobile.
Een goede vriend is een subtiele, zij het wat al te bedaarde roman over grip krijgen op de werkelijkheid. Hij past naadloos in Koubaas reliëfrijke oeuvre, maar valt ook volstrekt autonoom te savoureren. Dat hij talloze interpretaties toelaat, heeft Koubaa ongetwijfeld met een snaakse glimlach voorzien.
Ook deze roman is een wonderlijke excursie waar je gelouterd uit terugkeert.
Querido, 270 p., 18,99 euro.
Sofie Gielis
us/ug/19 a
Een naamloze onderzoeker zoekt de afzondering op om de laatste hand te leggen aan zijn vertaling van een pas ontdekt Arabisch manuscript van Ali Baba en de veertig rovers. Hij reist voor een maand naar Portugal, waar hij eerst een paar dagen doorbrengt in een flat boven een souvenirwinkel in Lissabon. Als de huisbaas zijn moeder op bezoek krijgt, biedt hij hem een ander logeeradresje aan met zicht op zee in het havenstadje Sesimbra.
De vertaler maakt de reis alleen maar wel in gezelschap: een zelfportret van zijn aan kanker overleden vriend gaat overal met hem mee. Onderweg fotografeert hij het portret naast levende standbeelden, op het strand, bij zijn vangst van de vismarkt. Ook hun gesprekken gaan door, in cursieve stukjes in de tekst. De vertaler vergelijkt het met La Linea, een tekenfilmpje uit de jaren 60 over een lijn met een willetje dat zijn tekenaar aanspoort om oplossingen te verzinnen voor obstakels: 'je hartslaglijn werd een piepende horizontale lijn en jij bleef maar tegen me mompelen in een onbegrijpelijke taal'.
Een goede vriend van Bart Koubaa dwingt een gezapig tempo af. Met kabbelende beschrijvingen, herhalingen en weinig actie. Een echt reisboek kan je het, ondanks de smakelijk beschreven couleur locale van vismarktjes, uitzichten en koffiehuizen, niet noemen. Al is de keuze voor de setting wel erg logisch: in een vreemde omgeving valt het banale dat voor je neus ligt op. De vertaler herkent kunst in de werkelijkheid rond hem, leest stille wenken in T-shirtslogans en wil alles wat herhaaldelijk zijn pad kruist interpreteren als een wegwijzer naar een groter geheel, een boodschap van zijn overleden vriend. Maar de code is moeilijk te kraken.
Jaws
Uiteraard omdat niet alle aanwijzingen aanwijzingen zijn in het betekeniskluwen dat Koubaa spint. 'Je voelt je in een zwart gat verdwijnen omdat je geen betekenis vindt, maar een makreel is een makreel, een koffiekan en een T-shirt met een haai en JAWS eronder is gewoon een T-shirt. En dat alles met elkaar verbonden is, wil niet zeggen dat je de sterren met elkaar moet verbinden om er een vliegende vis in te vinden, je moet naar de sterren kijken.'
Je zou je zelfs kunnen afvragen of het hele verhaal geen denkfout of gedachte-experiment van de verteller is. Is zijn vriend overleden of is daalt hij zelf af, weg van de werkelijkheid - van het drukke Lissabon naar het gezapige Sesimbra, van een appartement naar een kajuit naar een grot? Is de eeuwig terugkerende herhaling het toppunt van vakantierust of is het de uitgesponnen zinloze verveling van de onderwereld, als in A.F.Th. van der Heijdens definitie: de hel is de herhaling?
Het verhaal is een rouwproces in plaats van een beschrijving daarvan. De vertaler leert de steeds aanwezige afwezigheid te aanvaarden door zelf aanwezig te zijn in het moment: 'Ik lag te kijken naar wat ik zag zonder verbanden te leggen tussen de sterren en de hemel of de zwakke maan ertussen. En voor het eerst leek ik te zien wat ik zag, in de volste en ruimste zin en zonder betekenis, woordspeling of allusie. Of ik daar nu lag te dobberen of ergens anders, het deed er niet toe, ik was er, en dat was voldoende.'
Precies dat besef probeert Een goede vriend bij te brengen aan zijn lezers. Als in een meditatieoefening moet je alle streven naar sensatie en voortgang loslaten om tot de kern die Koubaa voor je neus legt, door te dringen. Voor wie van graven houdt, valt hier zeker iets moois op te delven, maar Koubaa vraagt wat doorzettingsvermogen van zijn lezers. Wat je opduikelt,0 blinkt niet vanzelf, je moet er een schat in willen zien.
Querido, 270 blz., 18,99 € (e-boek 11,99 €).
De auteur: won de Debuutprijs met Vuur (2000). Publiceerde sindsdien verschillende romans, waaronder het spraakmakende De leraar (2009).
Het boek: een reis als rouwproces.
ONS OORDEEL: een verhaal als een relaxte schattenjacht, maar niet alles wat je opduikelt fonkelt.
Marnix Verplancke
i /ul/06 j
Een vertaler reist naar Lissabon om er een pas teruggevonden nieuwe versie van Ali Baba en de veertig rovers te vertalen, maar belandt in het doodse toeristenstadje Sesimbra, veertig kilometer verderop. Zodra zijn vertaalwerk klaar is, struint hij door de straten van het stadje en wandelt hij langs de vloedlijn, uitkijkend over de oceaan, steeds vergezeld van het zelfportret van een goede, pas overleden vriend. De reis naar Portugal is ook een afscheid van een verleden, lees je tussen de lijnen, en een omarming van het leven dat verdergaat, misschien wel samen met een nieuwe vriend, een Angolees die in een grot op het strand woont. Zoals steeds schrijft Koubaa heel suggestief. Bepaalde beelden en figuren komen keer op keer terug. Zo wordt er ongelooflijk veel vis bereid in dit boek, vormen T-shirtopschriften een rode draad en lijkt Charlie Chaplin er een vaste gast in te zijn – of is het Charlie Hebdo ? En waarom draagt die Angolees de tekst ‘Is it Friday yet?’ op zijn buik, waardoor de verteller wel een Crusoe lijkt? Een goede vriend is Bart Koubaas eigenzinnige en literair geslaagde reflectie op de actualiteit.
****
Querido, 272 blz., € 18,99.
Mr. J.J. Groen
Bart Koubaa (pseudoniem van Bart Van den Bossche, 1968), Vlaams schrijver, dichter en zanger, schept met deze roman een wonderlijk minimalistische maar toch diepgaande wereld. De hoofdpersoon, een vertaler, gaat naar Portugal om het overlijden van een goede vriend te verwerken en een nieuwe vertaling te maken van 'Ali Baba en de veertig rovers'. Na een kort verblijf in Lissabon komt hij terecht in de kleine kustplaats Sasimbra. Door zijn lange verblijf in steeds eenvoudigere woonruimtes mengt de protagonist zich met zijn beperkte taalschat onder de bewoners en ontstaat er uit schijnbaar heel gewone feitjes, gesprekjes, gebeurtenissen en gedachten, een enorm rijk raadselachtig palet van dingen waar de verteller naar zoekt. De lezer blijft zich na iedere alinea opnieuw afvragen of het over de overleden vriend gaat of over existentiële kernwaarden van de verteller zelf. Koubaa's taalgebruik is meesterlijk en zeer toegankelijk. Een literair hoogstandje. Koubaa debuteerde in 2000 met 'Vuur'.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.