De rover : roman
Robert Walser
Robert Walser (Auteur), Machteld Bokhove (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Lebowski, 2016 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 11444 |
Arjan Peters
rt/aa/23 m
Goed mogelijk dat het jongensinternaat Benjamenta, waar Jakob hoopt tot butler te worden opgeleid, trekken vertoont van de Berlijnse instelling waar de jonge Walser zelf zo'n scholing doorliep. En Jakob heeft een kunstzinnige broer die in de stad woont en hem maant toch ergens naar te streven. Had Robert Walser ook.
Je valt gemakkelijk voor de jongen die van goede afkomst is, maar wegloopt van huis omdat hij bang is om in vaders voortreffelijkheid te stikken. Hij wil zich niet ergens op laten voorstaan, maar 'opgevoed worden door het leven'. Tegelijk heeft hij een voorkeur voor turnen en dansen, leuk met je benen zwaaien, het leidt nergens toe en daarom is het goed.
Als de avond is gevallen, schrijft de licht ontvlambare Jakob zijn notities aan de schooltafel. Het is de vooravond van een grote verandering: de directeur overweegt de leger rakende school te sluiten, en zijn aanbeden zus is ziekelijk en kondigt haar dood aan. Het grote leven buiten gaat een aanvang nemen. Of Jakob daartegen opgewassen zal zijn, is de bange vraag die de lezer in de ban houdt. Zonder dat de jonge scribent zich ervan bewust is, laat hij telkens zien hoe alleen hij is. Zelfs in een naïeve passage als: 'Ik keek mijn dierbare broer lang na. Ja, hij is mijn broer. Wat ben ik daar blij om.'
De arme jongen zegt dat hij het wil proberen, in de wildernis buiten leven en dromen. Zijn geestelijk vader zou zijn laatste 23 levensjaren in een psychiatrische inrichting doorbrengen. Ook daarom wil je Jakob prompt adopteren.
C.H.M. Beijer
De jonge Jakob von Gunten, afkomstig uit een gegoede familie uit de provincie, meldt zich bij het Instituut Benjamenta om de opleiding tot bediende te volgen. Dit instituut wordt geleid door een demonische directeur en zijn zus, een engelachtige vrouw die de lessen geeft. Jakob en zijn medescholieren worden geoefend in onderdanigheid, nietigheid, gehoorzaamheid, wat Jakob op paradoxale wijze vrijheid en voldoening schenkt. Als de zus voortijdig overlijdt en alle leerlingen een betrekking als bediende hebben gevonden, sluit de directeur zijn instituut en vraagt Jakob mee op reis te gaan. Korte roman uit 1909 van de Zwitserse schrijver (1878-1956), wiens kleine maar hoogst originele oeuvre bewondering oogstte bij auteurs als Benjamin, Kafka, Musil, Krol, Coetzee, onder meer vanwege zijn schitterende stijl en zijn naïef aandoende, sublieme vertelwijze, die beeldend, ambivalent en ironisch is. Daaraan wordt recht gedaan in de knappe vertaling van M. Bokhove, die ook ‘De vrouw op het balkon en andere prozastukjes’* (2013) en ‘De wandeling’** (2015) van Walser vertaalde.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.