Bij het ontstaan van de Belgische natie in 1830 koos men voor een erfelijke monarchie die aan banden gelegd werd door de ministeriële verantwoordelijkheid. Het is dus de regering die de lakens uitdeelt en politieke verantwoording schuldig is aan het verkozen parlement. Het concept was modern en baanbrekend in zijn tijd, waardoor de koningen zich maar moeilijk konden vinden in deze liberale grondwet. Die vaststelling is meteen het uitgangspunt van dit beknopt historisch overzicht van de Belgische vorsten, met als rode draad de geleidelijke evolutie van macht naar invloed in hun respectievelijke bewindsjaren.
Portocarero beschrijft zijn leven als diplomaat: dineren met Fidel Castro, conferenties in Versailles, oog in oog staan met Khadaffi, spreken in de Veiligheidsraad en het terrein op in landen als Sudan, Jemen en Haïti.
Relaas van de gebeurtenissen op 11 september 2001 in New York toen twee gekaapte vliegtuigen zich in de torens van het World Trade Center boorden, geschreven vanuit het perspectief van de mensen in de torens en de reddingswerkers.