De getallen en de dingen : de boeken M en N van de metafysica
Aristoteles
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Pelckmans, 2012 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 781.3 OOST |
15/06/2013
In Over muziek stelt Henri Oosthout zich de vraag: ‘Waarom beroert muziek ons en waarin schuilt haar magische werking?’. Aan de ene kant is muziek een technisch systeem waarvan de pijlers met wetenschappelijke precisie beschreven kunnen worden. Aan de andere kant zegt die precisie niets over de ervaring van muziek. Oosthout wil die twee kanten met elkaar verenigen en doet dat vanuit een drietal disciplines: het historische overzicht van muziekopvattingen, de theoretische muziekwetenschap en de wiskunde.
Het historische overzicht begint met de tegenstelling tussen apollinische en dionysische visie, gaat verder met de mimesis bij Plato en Aristoteles en eindigt bij de functionalistische benaderingen van onder meer Darwin en Mithen en bij de speltheorie van Huizinga. Rode draad is de mimesis. Oosthout kiest voor de visie die volgens hem te vinden is bij Aristoteles: muziek is geen nabootsing van de buiten- of de binnenwereld, maar een uitbeelding van mogelijkheden. Intrinsiek betekent ze niets, wat haar onderscheidt van de gewone taal.
De muziekwetenschap laat zien dat er geen één-op-éénrelatie bestaat tussen een muzikaal procedé en een ervaring of betekenis. Wanneer de luisteraar beslist wat muziek betekent, doet hij dat niet op basis van intrinsieke kenmerken, maar op basis van zijn opvoeding, kennis, voorkeuren enz. In de uitvoering krijgt muziek zin. Door een combinatie van helderheid en complexiteit, wiskunde en poëzie, apollinisch en dionysisch verrast de muziek de toehoorder en vertolkt ze de visie van de uitvoerende. Deze formulering van de ‘betekenis’ van muziek is Oosthout echter nog te persoonlijk: ze is beperkt tot de uitvoerder en de luisteraar. Via de wiskunde analyseert hij muziek als ‘tijdkunst’. Ze leert ons omgaan met de tijd, het vervloeien, dat de kern van het leven vormt.
Er zijn nogal wat problemen verbonden aan Oosthouts uiteenzetting. Zijn voorstelling van Plato en Aristoteles is reductionistisch en ondertussen voorbijgestreefd. De visie op mimesis als verbeelding van het mogelijke en algemene is bovendien vaag. Dat had makkelijk verholpen kunnen worden als Oosthout de gangbare poëticale concepten had gebruikt, waardoor mimesis verfijnd en gespecificeerd had kunnen worden door de relatie met de pragmatische, expressieve en autonome poëticale dimensies. Vooral in het historische overzicht worden beweringen nauwelijks beargumenteerd, zijn de bronnen oud en lijken de stappen die Oosthout zet op hink-stap-sprongen. Bovendien vallen Oosthouts algemene uitspraken over het ‘wezen van de muziek’ niet te rijmen met de vaak geformuleerde erkenning dat alles afhangt van de luisteraar. Het bronnengebruik is rommelig. Soms worden vindplaatsen niet vermeld, soms zijn ze indirect, dan weer worden ze beperkt tot een vage aanduiding. Het ergste is dat je vaak niet weet of Oosthout een bron parafraseert dan wel zijn eigen mening formuleert.
Het interessantste aan dit boek is de ontzenuwing van een aantal redeneerfouten en van een pak clichés over de betekenis van muziek. Maar wat Oosthout daar tegenover stelt, komt vaak niet verder dan misleidende stereotypes en analogieën.
(Dit is een abstract van een artikel van Bart Vervaeck. De volledige tekst is verschenen in De Leeswolf 2, 2013.)
[Bart Vervaeck]
Frans Hollander
Filosofen stellen vragen naar het wat en waarom; Henri Oosthout stelt in dit boek de vraag: Wat is muziek? Hij maakt een zoektocht langst allerlei filosofen en muziektheoretici die zich hebben uitgelaten over muziek en bespreekt hun uitspraken kritisch. Vanaf de Grieken in de oudheid tot de hedendaagse muziektheorieën toont hij aan dat het begrip muziek moeilijk te definiëren is. Ook vergelijkingen van muziek met andere kunstvormen of met taal, gaan alle mank. Pas aan het eind van het boek noemt hij muziek: geordend geluid, harmonie en melodie, ritme en metrum. Het boek is opgebouwd rond verschillende thema’s. Elk hoofdstuk sluit af met een literatuurlijst. Tot slot een luchtig hoofdstuk met zijn mening over beroemde pianisten. Een interessante queeste naar de kern van het algemene verschijnsel dat muziek is.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.