Snoep-goed : over smaakbommen & andere gezonde snacks
Frank Fol
Frank Fol (Auteur), Marc Declercq (Auteur), Tony Le Duc (Fotograaf)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Minestrone Culinaire Uitgeverij, 2009 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 629.74 FOL |
31/12/2011
Zinnelijk en zen
De culinaire fotografie van Tony Le Dux
Enkele decennia geleden was het nog gebruikelijk om kookboeken zonder illustraties te publiceren: de receptuur- was de essentie. Illustratie en boekdrukkunst hebben echter altijd al een band gehad. Gravures waren niet ongebruikelijk bij historische uitgaven van kookboeken, maar het duurde relatief lang voor de fotografie de kookboekenmarkt veroverde. De grote doorbraak kwam na de Tweede Wereldoorlog met de zogenaamde ‘coproducties’, waarbij fotoboeken goedkoop gedrukt werden in China voor verschillende vertaalmarkten. Intussen zijn kookboeken uitgesproken fotoboeken geworden, waarbij het oog de smaakpapillen voedt. Toch moet er een onderscheid gemaakt worden tussen de functionele fotografie en esthetiserende fotografische pareltjes. Onder invloed van elitaire culinaire tijdschriften als Gourmet en de reclamefotografie werden steeds meer oogstelende eindproducten afgeleverd. Het monopolie van de reclamefotografie met een hang naar gladde beelden, werd gaandeweg doorbroken door individuele fotografen, die op een creatieve manier de essentie en structuur van de ingrediënten wilden verbeelden.
Tony Le Duc behoort tot de absolute top in de culinaire fotografie. Bij mijn weten is hij de eerste food photographer die een eigen tentoonstelling krijgt in het Antwerpse FotoMuseum. In het spoor van de expo Hungry Eyes (loopt nog tot 5 juni 2011) verschijnt de catalogus Food photography : since 1985. Deze drietalige uitgave (Engels, Nederlands en Frans) bevat een stuk van Johannes Van Dam over de geschiedenis van de kookboekillustratie. Achtergrond bij Tony Le Ducs eigenzinnige en getalenteerde fotografie wordt gegeven door culinair journalist Pieter Van Doveren, de vaderfiguur onder wiens vleugels Le Duc de stiel leerde bij het tijdschrift ‘Knack’. Toen Le Duc na zijn studies fotografie aan Sint-Lucas (Brussel) in het vak rolde, had hij weinig of geen affiniteit met het culinaire wereldje. Daar kwam verandering in toen hij voor het pas gelanceerde ‘Weekend Knack’ foto’s rond gastronomie begon te maken. Van de combinatie organisch én levensnoodzakelijk ging een fascinatie uit die de basis legde voor een levenslange passie voor voedsel. Le Duc tracht alle trends en ontwikkelingen binnen de culinaire wereld op de voet te volgen. Het is de kennis achter het onderwerp van de foto die het voor hem zo boeiend maakt. Vandaar die doorgedreven specialisatie en het grote aantal kookboekprojecten waarachter hij de motor is.
De studio van Tony Le Duc in Boechout is een eenmanszaak. Een koepel met natuurlijk, mat gefilterd licht en een opnameplatform vormen de bedrieglijk eenvoudige basisopstelling voor zijn werk. In de praktijk doet hij vrijwel alles, behalve koken. Een kok of food stylist levert op zijn aanwijzingen de ingrediënten aan. Dan gaat Le Duc aan de slag op basis van een draaiboek: de compositie, de camerastand, de lichtinval, het decor etcetera; alles wordt vooraf bepaald of gemaakt om het werk vlot en efficiënt te laten verlopen. Die uitgekiende werkwijze maakt dat in functie van het boek een samenhangende illustratielijn en sfeerschepping gecreëerd worden. Le Ducs pure benadering van eten heeft natuurlijk ook zijn beperkingen. Zo kan je chocolade moeilijk tot zijn recht laten komen tijdens een hete zomer. Tijd is dan ook een belangrijke factor bij natuurlijke foodfotografie; de gemiddelde doorlooptijd van een kookboekproject wordt in meerdere maanden gerekend.
Begin jaren negentig waren de beelden van gerechten nog puur functioneel in functie van het opgemaakte bord. Onder invloed van het Franse art de vîvre werden gaandeweg barokkere sfeerbeelden geïntroduceerd met gebruik van allerhande accessoires. Toch kon Le Duc zijn draai niet vinden binnen de restricties van bord en tafellaken: ‘Ik zocht naar alternatieve vormen om de culinaire fotografie voor mijzelf spannender te maken. Dat ligt ook in mijn karakter: als ik iets te lang moet doen, dan word ik daar ongelukkig en gestresseerd van. Dat zit in mijn lijf. Ik zoek constant naar nieuwe dingen.’ Zo komt het dat Tony Le Duc vanaf zijn eerste kookboek (Koken met Felix Alen (1995)) naast het volgen van bestaande trends aan het experimenteren geslagen is. Dat resulteerde bij Piet Huysentruyt: eigenzinnig en eigentijds (1997) in een baanbrekend concept, waar quasi ‘geschilderde’ culinaire taferelen rechtstreeks op natuurlijke achtergronden werden aangebracht, met hoogstens de suggestie van een bord. De cover van dit boek werd op de prestigieuze World Food Media Awards (1999) bekroond met een gouden pollepel (Best Food and/or Beverage Photography).
Om de beperkingen van bord én decor verder te overstijgen, ontwikkelde Le Duc een vorm van zwevende fotografie, waarbij ingrediënten op één of meerdere lagen van plexiglas gefotografeerd werden (bijvoorbeeld The Blue Elephant kookboek (1999). ‘Bij de zweeftechniek werk je met transparante lagen in plexiglas boven elkaar en je fotografeert loodrecht, zodat je geen schaduwen hebt, maar je krijgt door die verschillende niveaus wel onscherpte en zo creëer je een visuele diepte. De mogelijkheden zijn legio…’ Waar een vaak ingewikkelde compositie van alle ingrediënten van het gerecht in de beginfase nog centraal staat, gaat Le Duc gaandeweg op zoek naar een uitgepuurdere vormgeving van individuele ingrediënten. Naast de zelf ontwikkelde plexiglas-methode grijpt Le Duc gaandeweg vaker naar doorgedreven close-ups om de essentie, kleur en structuur van individuele ingrediënten op de gevoelige plaat vast te leggen. De boeken Groenten & wijn (2002), Kaas & wijn (2003) en Vis (2003) gaan heel extreem in die van-dichtbij-fotografie. ‘Zo heb ik ontdekt hoe verdomd mooi al die producten wel zijn; die structuren, die kleuren, dat is puur natuur en dat strookte volledig met mijn manier van denken. Op zoek naar de essentie. Soms kan je niet meer zien wat het eigenlijk was, maar dan brengt de context van het boek raad. Wat ik inhoudelijk wil meegegeven is: kijk nu eens heel close, want het is echt prachtig wat voor kleurenspel in bijvoorbeeld die visschubben zit.’
Tony Le Duc heeft zich doorheen de jaren laten inspireren door het fotografisch werk van onder meer Paul Webster (het gebruik van oud Vlaams glas om licht te breken en schaduwvlekken te creëren) en Piet van Leeuwen (de vernieuwende en soms wat choquerende aanpak in Spelen met vis), maar werkte standvastig aan een eigen, persoonlijke stijl. De hoogstandjes waarmee hij culinair Vlaanderen verleidt, lokken gemengde reacties uit. Zijn close-ups van exuberante, zinnelijke taferelen worden wel eens als ‘gastroporno’ omschreven. Door gaandeweg de aandacht naar het individuele, pure ingrediënt in zijn primaire vorm (of een gedeelte ervan) te verleggen, worden abstractere taferelen gecreëerd. Verstilde vormen en structuren die in alle eenvoud de essentie van het voedingsproduct uitdrukken. Dit soort close-ups nodigt uit tot contemplatie en kan als pure zen ervaren worden. Le Duc mag zich dan liever een grensverleggende vakman dan een kunstenaar noemen, het loont zeker de moeite om wat langer bij de artistieke dimensie van zijn werk stil te staan.
Tony Le Duc heeft niet enkel een visie op culinaire fotografie, hij heeft ook een specifiek beeld waaraan kookboeken dienen te beantwoorden. Aangezien die visie afwijkt van de gangbare kookboekproductie heeft hij gaandeweg de uitgeverijen Homerus en (de opvolger?) Minestrone opgericht om zijn ding te kunnen doen. Dat resulteerde in een aantal kookboeken(reeksen) op klein formaat (een markt waarin het Nederlandse Mo’Media trendsetter was) waarin op een visueel aantrekkelijke manier naar een praktisch eindresultaat wordt gewerkt. De vijfdelige reeks Denk groenten! met Frank Fol is een uitgesproken didactisch project met recyclage-look, dat de keuken en de moestuin samenbrengt. Meer flashy en BV-georiënteerd is de trilogie rond Oud Sluis-kok Sergio. Een constante blijft echter de beperkte omvang, zodat je snakt naar een vergroot-knop om beter van het beeld te kunnen genieten. Geïnspireerd door de Duitse foodfotograaf Johann Willsberger en diens luxueuze Gourmet-magazine uit de jaren zeventig en tachtig, werkt Le Duc intussen aan de ‘bookazine’-reeks Kook ze!; ‘een combinatie van kookboek en magazine, waarbij recepten op een vrij luxueuze wijze worden gepresenteerd met daarnaast achtergrondinformatie, korte verhalen, columns en econmische artikelen zoals in een culinair magazine’. Toch blijft Le Duc het meest genietbaar op groot formaat, de intussen klassiek geworden lijvige kookboeken met paginagrote foto’s of de in het FotoMuseum te bezichtigen muurfresco’s. Voor de toekomst moeten we wel de vraag durven stellen of Le Ducs activiteiten als uitgever zijn creativiteit als fotograaf niet op een laag pitje heeft gezet. Is het toeval dat er amper werk van na 2005 in de tentoonstellingscatalogus werd opgenomen?
[Kris van Zeghbroeck]
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.