Je moet dansen op mijn graf
Aidan Chambers
Aidan Chambers (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Querido, 2007 |
YOUNG ADULT : CHAM |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Querido, 2007 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : CHAM |
31/12/2008
Het leven als adolescent
Precies zeven jaar na Niets is wat het lijkt breit Aidan Chambers met de in velerlei opzichten overweldigende cross-overroman Dit is alles: het hoofdkussenboek van Cordelia Kenn een einde aan zijn 'Dance Sequence'. Dit ambitieuze project mag als Chambers' magnum opus beschouwd worden: zes lijvige adolescentenromans die stilistisch en inhoudelijk duidelijke parallellen vertonen. Chambers neemt jongeren au sérieux en doet nauwelijks concessies qua schrijfstijl en thematiek. De vele perspectiefwisselingen, vorm- en structuurexperimenten, het oproepen van existentiële levensvragen en het sterk metaforisch gerichte schrijven maken deze adolescentenromans tot ideale lectuur voor literaire fijnproevers.
Voor dit laatste deel van de 'Dance Sequence' trok Aidan Chambers nog eens alle literaire en vormexperimentele registers open. Nochtans kan het verhaal an sich makkelijk gereduceerd worden tot Cordelia's bildung van adolescent tot volwassen vrouw, met de gehele stroom van bijbehorende emoties, hartstochten en ervaringen. Qua opzet liet de auteur zich inspireren door het genre van de hoofdkussenboeken, door Ivan Morris (een van de vertalers van The pillow book van Sei Shonagon ? vert. Het hoofdkussenboek, Nijgh en Van Ditmar, 1997) gedefinieerd als "Een dagboek, of verzameling dagboeken, bewaard op een veilige, min of meer geheime plek, waarin van tijd tot tijd indrukken worden genoteerd, dagelijkse gebeurtenissen, gedichten, brieven, verhalen, ideeën, beschrijvingen van mensen etc." Behalve het duizend jaar oude standaardwerk van de Japanse hofdame Shonagon betuigt Chambers in het voorwoord zijn dank aan de "vele vrouwen, jong en oud" die hem een inkijk verleenden in hun persoonlijke notities. Dit is alles bestaat niet toevallig opnieuw uit zes boeken, oftewel zes aparte kussendozen, die qua symbolische waarde ieder een eigen kleur kregen. Zo staat het rood van het eerste kussenboek voor de hartstochtelijke eerste verliefdheid, onderstreept het zwarte kussenboek Cordelia's rouw na het verlies van haar eerste vriendje Will, terwijl het oranje kussenboek niet toevallig warmte, productiviteit, echte liefde en poëtische inspiratie centraal stelt. Samen bieden de zes boeken inkijk in het boeiende proces van initiatie en groeien naar volwassenheid van de 16-jarige Cordelia Kenn. In het eerste boek, 'De rode kussendoos', bericht Cordelia uitgebreid over het intrinsieke doel van haar schrijven: "Ik maak dit boek voor je terwijl ik op je komst wacht. Ik ben eraan begonnen zodra ik wist dat je verwekt was. Ik wil het je geven op je zestiende verjaardag." Maar uiteraard reikt deze lijvige adolescentenroman van bijna 800 dichtbedrukte bladzijden verder dan een nagelaten bekentenis voor haar nog ongeboren dochter. Vanaf de eerste bladzijden stelt Cordelia minutieus haar eigen ik en het bestaan tout court voortdurend pregnant in vraag. Dit patchwork van boeiende en onthutsende overdenkingen afgewisseld met drammerige, puberale verkenningen doet denken aan de vormexperimenten in Chambers' veel gelauwerde roman Je moet dansen op mijn graf (Querido, 1985). In Dit is alles gaat de auteur nog een stapje verder: gedichten, e-mailberichten, lemma's uit het grote Cordelia-woordenboek, een hoofdstuk waarin je telkens om-en-om een bladzijde moet lezen... Ze maken intrinsiek deel uit van Chambers' zoektocht naar het verleggen van de grenzen van taal.
Niet alle experimenten bieden een betekenisvolle meerwaarde voor een consistente lezing, noch blijkt de correlatie tussen vorm en inhoud altijd even duidelijk. Wel concipieert Chambers zijn roman als een krachtige ode aan de sterkte van literatuur via een wijdlopige verzameling van verhalen, gedichten en intertekstuele verwijzingen naar gerenommeerde auteurs als Shakespeare, Freud en Marx. Daarnaast biedt de auteur via Cordelia's passie voor het schrijven van poëzie ook enkele inzichten in zijn poëtica: "Het schrijven was geen keus, maar een noodzaak". Deze sterke literaire gerichtheid heeft hoofdpersonage Cordelia uiteraard gemeen met haar 'schepper', al was een minder expliciete benadering van poëticale opvattingen toch een subtiele meerwaarde geweest. In de wijze raad van tante Doris en de erudiete lerares Engels mevrouw Martin, die fungeren als Cordelia's gidsen op het pad naar volwassenheid, klinkt de volwassen stem van de auteur vaak hinderlijk expliciet door, een euvel dat ook Niets is wat het lijkt kenmerkt. Ook gewild literaire uitspattingen verraden de stem van de volwassen auteur achter de personages: "Je hebt vast al gemerkt, dochter van me, dat de meeste jonge jongens, om niet te zeggen hele regimenten mannen, zichzelf graag met zulke ideeën troosten wanneer ze te maken krijgen met een vrouwspersoon die kieskeurig en koppig is, niet op afroep ingaat op hun lullige verlangens, en ? boven alles ? slim genoeg is om ze op hun beperkte hersens af te rekenen." Het is dan ook opmerkelijk dat Cordelia in medeleerling Will(iam) haar zielsverwant herkent: de wollige beschrijvingen van Wills karakter en uiterlijk maakt hem tot een ideaalbeeld voor een smachtende tienermeisje, maar komen wel erg eenzijdig en naïef over. Knap zijn de vele genderdoorbrekende passages waarin een puberale Cordelia hunkert naar haar verlies van maagdelijkheid, terwijl het Will is die de boot afhoudt. Het verhaalverloop neemt vanaf dan een erg voorspelbaar karakter: Cordelia en Will groeien langzaam maar zeker naar elkaar toe, beleven samen hun eerste seksuele ervaring, maar groeien ook weer uit elkaar als Will gaat studeren en Cordelia een relatie met een oudere man begint. Uiteindelijk overwint de kracht van echte liefde. De al te makkelijke verzoening blijft overduidelijk een papieren constellatie die erg geforceerd en weinig geloofwaardig aandoet. Na een periode van strubbelingen zetten de geliefden de stap van samenwonen en kiezen bewust voor een eerste kindje. En zo kondigt het einde van het vijfde boek, 'De gele kussendoos', niet toevallig een nieuwe episode aan. Chambers keuze om Cordelia's bildung en het verhaal van een eerste, allesoverheersende verliefdheid breed uit te smeren over bijna 800 dichtbedrukte pagina's, biedt geen onverholen meerwaarde. Vele passages blijken te vrijblijvend om echt te overtuigen: mevrouw Martins religieuze overpeinzingen, de herhaaldelijk geforceerde pogingen tot reflectie over de diepere zin van het leven, de technische scènes over de kracht van meditatie... bewijzen aanvankelijk Chambers' schrijfplezier en getuigen van een grote taalrijkdom, maar gaan al snel vervelen en leiden tevens af van het hoofdverhaal. In het zesde boek ('De blauwe kussendoos') verspringt het vertelperspectief verrassend van Cordelia naar Will als personale verteller: het levert een serieuze stijlbreuk op, die Chambers echter overtuigend weet te motiveren.
Dit is alles kon niet anders dan het langverwachte sluitstuk van Chambers' levenswerk worden: meer nog dan de vorige romans lezen Cordelia's (auto)biografische notities als een sterk doorleefd portret van een adolescentenziel, geschreven in een stilistisch gave en uitdagende taal. Toch blijkt ook deze laatste bijdrage niet wars van Chambers' expliciete moralistische interrupties en poëticale opvattingen, vaak verpakt in de wijze raad van Cordelia's naasten.
Chambers biedt de lezer vooral een geschreven gebruiksaanwijzing voor de adolescentie als levensfase. En daarmee gaat Chambers voorbij aan de essentie van deze verwarrende en tegelijkertijd boeiende levensfase met haar eigen kansen en beperkingen. [Jürgen Peeters]
Hannie Humme
Cordelia is 20 jaar als ze haar levensverhaal voor haar ongeboren dochtertje opschrijft. Het boek bestaat uit zes kussendozen (delen) in verschillende kleuren. De term kussendoos is Japans en is een (verzameling) dagboeken waaraan naast tekst poëzie, foto’s of voorwerpen toegevoegd zijn. Het boek beslaat Cordelia’s leven vanaf 15 jaar en 9 maanden tot aan het naamfeest van haar kindje. Elke kussendoos is in een geheel eigen stijl geschreven. Hoewel Cordelia vrouw is en de auteur man, kan hij zich invoelen in de (seksuele) belevingswereld en emoties van Cordelia. Zij is filosofisch en kunstzinnig aangelegd, bezig met de betekenis en zin van het leven en de vraag waar zij echt thuis is. Ze komt tot de conclusie dat dit in de woorden is, een duidelijke vereenzelviging met Chambers. Deze roman is het slotstuk van een reeks van zes waarin liefde, identiteit, adolescentie en geloof de belangrijkste thema’s zijn. Het boek is geschreven in een literaire, toegankelijke stijl. Het geheel is boeiend tot de laatste pagina. Het boek bevat genoeg motieven die verwijzen naar de shockerende afloop; de puzzelstukken zullen echter pas op de laatste pagina in elkaar vallen. Vanaf ca. 15 jaar.
Els Verlinden
ua/an/22 j
Cordelia is bijna zestien en ze heeft ergens gelezen dat de gemiddelde leeftijd waarop een meisje ontmaagd wordt zestien jaar en drie maanden is. Ze wil helemaal niet gemiddeld zijn, dus besluit ze dat het de hoogste tijd wordt om wat aan haar maagdelijkheid te doen. Ze is kieskeurig, dus laat ze voor deze klus haar oog vallen op een aantrekkelijke jongen, Will, en wordt tot over haar oren verliefd op hem. Gelukkig hij ook op haar, dus daar is geen vuiltje aan de lucht. Beiden zijn geen doorsnee pubers. Cordelia is een literatuurfreak, ze is vooral dol op William Shakespeare en ze schrijft ook zelf gedichten. Verder speelt ze piano. Will is gek op bomen, hij weet er heel veel over en kent alle bijzondere exemplaren van Groot- Brittannië. Hij speelt hobo. Het is trouwens via de muziek en samen spelen dat de vonk overspringt. Geen van beiden houden ze van drukte, veel mensen, uitgaan, drinken, dansen en dergelijke. Hun relatie ontwikkelt zich snel. Ze vrijen veel en raken erg op mekaar gesteld. Toch zijn er ook grote verschillen. Cordelia is geen ochtendmens en houdt niet van sport, terwijl Will net graag in alle vroegte gaat lopen. Will heeft dan weer veel moeite om over zijn gevoelens te spreken, Cordelia helemaal niet. Als Will weggaat om verder te studeren, iets in verband met bomen, zit hun relatie wat in een impasse. Cordelia wil graag dat Will openlijk zijn liefde voor haar betuigt, ook in woorden, en dat lukt niet. Al snel nadat Will vertrokken is, vermindert hun contact. Cordelia lijdt, maar wil zich niet opdringen. Ze raakt bevriend met een lerares van school, die intensief bezig is met meditatie, maar ook met literatuur. Ze ziet Will wel een paar keer, maar hij lijkt niet meer zo geïnteresseerd. Hij is ook stevig bevriend met één van zijn medestudentes en Cordelia is flink jaloers. Ze gaat een weekendjob doen en rolt zo in een kortstondige relatie met haar baas daar, een oudere man. Ze is niet verliefd, maar heeft behoefte aan aandacht. Onverwacht zoekt Will haar op en betuigt haar zijn liefde. Ze bekent haar uitschuiver en Will is woedend. Hij verbreekt de relatie. Cordelia is ontroostbaar. Ze gaat heel veel naar haar vriendin-lerares, die haar initieert in het mediteren. Als ze bijna verkracht wordt, zakt ze nog wat dieper weg. Een poos later komt Will dit te weten en zoekt haar op. Ze nemen de draad weer op en gaan zelfs samenwonen. Na een jaar of wat wordt Cordelia zwanger. Ze besluit haar leven en gevoelens op te tekenen voor haar dochter later, als die op haar beurt zestien zal zijn. Dit boek is meer dan een spannende romance. Het is het relaas van een heus proces van volwassen worden, met vallen en opstaan. Alle terreinen komen aan bod: de relatie met haar vader en stiefmoeder, het zich losmaken van de ouders, seksueel ontwaken, intellectueel groeien, emotionele toppen en dalen, de speurtocht naar de zin van het leven, liefde en verliefdheid maar ook intense vriendschappen, het zoeken naar rust in meditatie ... teveel is het bijna. Chambers heeft dan ook bijna 800 bladzijden nodig. Het boek is niet helemaal rechtlijnig opgebouwd. De auteur heeft zich onder andere gebaseerd op het hoofdkussenboek van de Japanse schrijfster Shonagon. Zij wisselt in haar boek verhalende stukken af met bespiegelingen of lijstjes van bijvoorbeeld dingen die haar vervelen, of van dingen die rust brengen. Ook dit boek is zo opgebouwd, waardoor het een soort lappendeken wordt. Het geeft een heel afwisselend effect. De actie wordt ook soms expres afgeremd; je zit dan als het ware te wachten tot het verhaal verdergaat. Het is bijzonder levendig geschreven, met veel levendige dialogen, die je echt het gevoel geven of je bij de personages in de kamer aanwezig bent. Ook de verhalende delen zijn heel goed geschreven. Het is een boek dat je niet loslaat, je wil steeds weten hoe het verder gaat. Wat ook opvalt, is hoe goed de auteur zich kan verplaatsen in vrouwelijke personages, jonge en minder jonge. Het enige minpunt is misschien de overladenheid. De auteur heeft hier zo veel ingestopt, dat het wat veel is geworden, en ook ietsje te lang duurt. Hij is als het ware zelf verliefd op zijn personages. Hij doet zeker zijn best om ook hun mindere kantjes in de verf te zetten, en het zijn in ieder geval geen bordkartonnen karakters, maar hij ziet ze zo graag dat ze toch wel ver boven de middelmaat uitsteken. Dat doet hun geloofwaardigheid geen goed. Anderzijds is het minste wat je van dit boek kunt zeggen dat het op zijn beurt een heel eind boven de middelmaat uitstijgt.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.