Overpeinzingen van een eenzame wandelaar
Jean-Jacques Rousseau
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
2 items magazijn |
Boom, cop. 1983 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 431.4 ROUS |
15/06/2013
Als geen ander werk heeft Rousseaus bildungsroman Emile, of Over de opvoeding (1762) de wijze beïnvloed waarop pedagogen over onderwijs en pedagogie zijn gaan nadenken. Sterker nog, het lijkt alsof de ideeën die erin aan bod komen alle concurrerende opvattingen met betrekking tot educatie vandaag naar de marge hebben verdrongen. De basisstelling is dan ook eenvoudig. Kinderen komen als sociale wezens ter wereld, maar worden geperverteerd door een boosaardige en onbegrijpende omgeving. Daarom moeten opvoeders kinderen onttrekken aan allerhande sociale keurslijven. Leerkrachten moeten jongeren niet instrueren, maar hen eerder begeleiden, hen leren hoe ze hun eigen goede aard en interesses kunnen ontplooien. Voorvechters van deze pedagogie gaan echter al te vaak voorbij aan het karakter van de auteur en het opzet van zijn werk.
Rousseau was 54 jaar oud toen een persoonlijk conflict met de Schotse filosoof David Hume in een publieke scheldpartij ontaardde. Eerder had hij Voltaire in een weinig verhullend briefje geschreven ‘ik haat je’, was zijn relatie met Diderot en D’Alembert door tal van akkefietjes tot het vriespunt bekoeld en hadden zijn geschriften tot een veroordeling, een openlijke boekverbranding en een schandelijke vlucht geleid. Nadat Hume hem in 1776 een schuilplaats in Wootton Hall had aangeboden en de kosten van de draagstoel had vereffend waarin Rousseau naar zijn nieuwe woonst werd overgebracht, ontstak die laatste in razernij: hij nam het niet dat iemand hem behandelde als een kind door rekeningen in zijn plaats te betalen (Zaretsky en Scott, The Philosophers Quarrel, New Haven en Londen, 2009). Rousseau was een onverbeterlijk querulant, die sociale relaties opblies en zich vervolgens verbitterd in eenzaamheid terugtrok om te kniezen over het hem aangedane onrecht. Het is pas na zijn dood dat een heldencultus rond zijn persoon werd gecreëerd. 'Niets in de Confessions — niet de openlijke bekentenis van het in de steek laten van zijn kinderen, van zijn verslaving aan zaken als masturbatie en masochisme, van zijn aandeel in de ménage à trois met Mme de Warens en haar botanicus – niets kon [het] vertrouwen in zijn wezenlijke morele zuiverhuid aan het wankelen brengen,' schreef Simon Schama in zijn Kroniek van de Franse Revolutie (Amsterdam, 1989, p. 174). Het Populiereneiland waarop Rousseau in 1778 werd begraven, symboliseert dan ook de eenzaamheid van een filosoof die elk contact met de buitenwereld angstvallig schuwde.
Om praktische aanwijzingen te geven over hoe kinderen precies moesten worden opgevoed, was Rousseau dus allerminst goed geplaatst. En die aanwijzingen gaf hij ook niet. Zijn werk is geen educatieve gids, met concreet toepasbare tips over het hoe en het waarom van de opleiding. Emile is een theoretisch werk, een filosofische uiteenzetting over een ideaaltypische menselijke ontwikkeling — geen model dat door opvoeders moest of kon worden toegepast. Indien dit wel zou gebeuren, zou de door Rousseau gelauwerde individuele vrijheid snel door totalitaire controle worden verstikt. Immers, om de onbezoedelde omgeving waarin kinderen hun talenten kunnen ontwikkelen te vrijwaren, zouden steeds meer ingrepen van de opvoeders en begeleiders noodzakelijk zijn. Hoewel Emile dus ook vandaag nog het lezen waard blijft, zet het boek eerder aan tot waakzaamheid en nuance dan tot een radicale invulling van individualisme en zelfontplooiing. [Fabian Van Samang]
Menno Gnodde
Ook nu nog is de invloed van Rousseau (1712-1778) en zijn 'terug naar de natuur' onmiskenbaar. Representatief in dit opzicht is zijn 'Emile' (1762), monumentale verhandeling en roman ineen. De hier beschreven experimentele pedagogiek staat een natuurlijke, praktische opvoeding vanuit concrete situaties voor, waarin een zuigeling zich afgeschermd van culturele beïnvloeding kan ontwikkelen tot een rechtschapen, weerbaar mens in een zieke maatschappij. Enkele wijdlopige passages zijn in deze kundige vertaling overzichtelijk teruggebracht tot bondige samenvattingen. Dat de publicatie in het toenmalige ideologische spanningsveld nogal wat extreem rumoer veroorzaakte ligt voor de hand. De gedegen inleiding schetst het ontwikkelingstraject en de statuur van Rousseau, analyseert zijn opvattingen en de intrinsieke verwevenheid van zijn werk en biedt zicht op de receptie ervan: een typerend patroon van leven, werk en tijd. Bibliografie en noten completeren deze instructieve uitgave. De innige verstrengeling van literatuur, filosofie en pedagogiek zal navenant geïnteresseerden in deze disciplines aanspreken. Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.