Associatiespel waarbij wordt geleerd de verschillende handelingen in huis in te delen en te bepalen in welke ruimte van het huis deze worden verricht: keuken, badkamer, woonkamer, slaapkamer en terras of tuin.
Dit materiaal voor mondeling taalgebruik voor kinderen vanaf 5 jaar zet aan tot het spontaan ontdekken van de grammaticale logica van een zin. Een reeks prenten toont 6 dieren (onderwerp), die iets doen (werkwoord). Om de zin samen te stellen formuleert het kind vragen waardoor verschillende elementen waaruit een zin bestaat (onderwerp, werkwoord, bepalingen) duidelijk worden.
Deze activiteitenset moedigt luister- en taalsituaties aan. De omvang van het materiaal stelt leerlingen in staat een huiselijke woordenschat beter te begrijpen en deze beter te leren kennen, te luisteren voordat ze zinnen bouwen die tijdsvermeldingen bevat (eerst, vervolgens, daarna etc.)
32 beeldkaarten over eten en drinken. De afbeeldingen op de kaarten kun je benoemen, maar ook sorteren naar verschillende kenmerken. De kinderen leren zo belangrijke woorden uit de basiswoordenschat en de samenhang in elke set.
Afhankelijk van de leeftijd en het niveau van de leerling kan worden gekozen welke stapeltjes worden gebruikt. Er kan worden begonnen met 'wie – doen – waar'. Vervolgens kan 'wanneer' worden toegevoegd. Een andere mogelijkheid is om zinnen te maken met 'wanneer – doen+wat – wie – wat – waar'. Door bij elke beurt kaartjes te ruilen, kunnen zinnen worden veranderd. Het spelelement (het verzamelen van de meeste ‘goede’ zinnen) blijkt motiverend te werken.
Door de beeldverhalen leren de kinderen de handeling correct te benoemen, de werkwoorden te verbuigen en samen met de verschillende zinsdelen te gebruiken.
Woordenschatplaatjes voor taalstimulering van de moedertaal, een vreemde taal of bij het leren van Nederlands als tweede taal (NT2). De gekleurde Vocabular Woordenschatplaatjes in de klapbox zijn geschikt voor de taalstimulering op alle leeftijden, de orthopedagogie, taaltherapie en het werken met volwassenen.
32 beeldkaarten over dieren. De afbeeldingen op de kaarten kun je benoemen, maar ook sorteren naar verschillende kenmerken. De kinderen leren zo belangrijke woorden uit de basiswoordenschat en de samenhang in elke set.
32 beeldkaarten over beroepen. De afbeeldingen op de kaarten kun je benoemen, maar ook sorteren naar verschillende kenmerken. De kinderen leren zo o.m. belangrijke woorden uit de basiswoordenschat
32 beeldkaarten over de voorwerpen in huis. De afbeeldingen op de kaarten kun je benoemen, maar ook sorteren naar verschillende kenmerken. De kinderen leren zo belangrijke woorden uit de basiswoordens
Elk verhaal handelt over het alledaagse leven of de kinderwereld. Het doel is om het vertellen te stimuleren, het kind logisch te laten redeneren, de loop van het verhaal te reconstrueren en de woordenschat te verrijken.
Woordenschatplaatjes voor taalstimulering van de moedertaal, een vreemde taal of bij het leren van Nederlands als tweede taal (NT2). De gekleurde Vocabular Woordenschatplaatjes in de klapbox zijn geschikt voor de taalstimulering op alle leeftijden, de orthopedagogie, taaltherapie en het werken met volwassenen.
Woordenschatplaatjes voor taalstimulering van de moedertaal, een vreemde taal of bij het leren van Nederlands als tweede taal (NT2). De gekleurde Vocabular Woordenschatplaatjes in de klapbox zijn geschikt voor de taalstimulering op alle leeftijden, voor het verwerven van de woordenschat bij het onderwijs in vreemde talen, de orthopedagogie, taaltherapie en het werken met volwassenen.
Kopieer-en werkbladen bij de 'Vocabular woordenschatplaatjes' om te oefenen, te kleuren, te plakken en vormen te maken. De woordenschatplaatjes zijn geschikt voor taalstimulering voor alle leeftijden.