Aan de hand van brieven en dagboekfragmenten wordt een beeld geschetst van het studentenleven tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) in het door de Duitsers bezette Gent.
Dit boek wordt beschouwd als de beste Belgische literaire getuigenis over de Eerste Wereldoorlog. Max Deauville - pseudoniem voor de Brusselse Franstalige dokter Maurice Duwez - beschrijft het wedervaren van de gewone piotten vanaf de eerste dagen van het uitbreken van de oorlog tot halverwege 1915, wanneer hij gewond geraakt. Hij beschrijft op een objectieve en afstandelijke manier - maar ook met een zeker cynisme - de uitzichtloosheid, de verveling, de verschrikking en het lijden. "Jusqu'à l'Yser" werd reeds in 1917 in Frankrijk uitgebracht, maar is nu pas voor het eerst in een Nederlandse vertaling beschikbaar.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog deelde de Vlaamse arts Maurice Lievens deelde lief en leed met de soldaten. In zijn dagboeken beschrijft hij de verschrikkingen en het leven achter de frontlijn.
Dagboek gebaseerd op het personage Marie Boesman, dat de schrijfster vertolkt in de op Eén uitgezonden televisiereeks In Vlaamse velden. De serie volgt de lotgevallen van een Gents gezin tijdens Wereldoorlog I.
Dagboek van een dorpspastoor, waarin nauwgezet verslag wordt gedaan van de invloed van de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog op het leven in Dikkebus, een kleine Vlaamse plattelandsgemeente.
