Een jonge schrijver wordt volwassen door de indrukken tijdens een bezoek aan de Vlaamse loopgraven uit de Eerste Wereldoorlog waar hij zelf gediend heeft.
Dit boek wordt beschouwd als de beste Belgische literaire getuigenis over de Eerste Wereldoorlog. Max Deauville - pseudoniem voor de Brusselse Franstalige dokter Maurice Duwez - beschrijft het wedervaren van de gewone piotten vanaf de eerste dagen van het uitbreken van de oorlog tot halverwege 1915, wanneer hij gewond geraakt. Hij beschrijft op een objectieve en afstandelijke manier - maar ook met een zeker cynisme - de uitzichtloosheid, de verveling, de verschrikking en het lijden. "Jusqu'à l'Yser" werd reeds in 1917 in Frankrijk uitgebracht, maar is nu pas voor het eerst in een Nederlandse vertaling beschikbaar.
Herinneringen aan de grootvader van Hertmans, een leven dat getekend bleek door armoedige kinderjaren in het Gent van voor 1900, door gruwelijke ervaringen als frontsoldaat in de Eerste Wereldoorlog en door een jonggestorven grote liefde.
Milan verblijft een weekend in de Westhoek met zijn grootouders. Hij vindt het er nogal saai: het is slecht weer en ze bezoeken het ene museum na het andere. 's Nachts hoort Milan vreemde geluiden en gaat op onderzoek uit.
Londen, 1914. Duizenden jongemannen melden zich aan om te gaan vechten tegen de Duitsers. Martin Bromley, zeventien en te jong voor het leger, probeert de twee jaar oudere John Patterson te overreden samen in dienst te gaan. Maar die wil zijn droom om te gaan studeren niet opgeven. Martin slaagt er met een list in naar het front te vertrekken en John blijft achter in een stad waar de druk op dienstweigeraars toeneemt.
Als een jongen gedwongen wordt tijdens de Eerste Wereldoorlog dienst te nemen in het Britse leger, besluit zijn 15-jarige broer met hem mee te gaan zonder de gevolgen te kunnen overzien.
Een jonge Ier vecht in het Engelse leger mee tegen de Duitsers in de onoverzichtelijke loopgravenoorlog in Vlaanderen, terwijl thuis in Dublin de opstanden van de Ierse onafhankelijkheidsbeweging beginnen.
1914. De vader van Rik vertrekt naar het front. Rik vlucht met de rest van zijn familie via de Antwerpse polders naar Nederland. Wanneer ze terugkeren, is alles veranderd. Ze moeten eten kopen met zegeltjes en er komt een Duitse sergeant bij hen inwonen.
Wanneer een Vlaamse jongen in 1912 naar New York emigreert, kan hij niet vermoeden onder welke omstandigheden hij terug zal keren naar zijn geboortegrond.
Het levensverhaal van de grootoom van de schrijfster, die in de Eerste Wereldoorlog als gewonde soldaat een verhouding had met een Engelse verpleegster.
Dagboek gebaseerd op het personage Marie Boesman, dat de schrijfster vertolkt in de op Eén uitgezonden televisiereeks In Vlaamse velden. De serie volgt de lotgevallen van een Gents gezin tijdens Wereldoorlog I.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog meldt een Ierse straatjongen van twaalf jaar zich aan bij het leger; twee jaar later wordt hij naar het front in Ieper gestuurd.
Het meisje Zoe͏̈ hoort veel vreemde verhalen over de jongen Louis, bijgenaamd Donderkop. Op een dag neemt Donderkop haar, broer Jules en vriendje Willy mee naar zijn geheime plek. Vanaf ca. 10 jaar.
Willem (12, ik-figuur) heeft na de gewelddadige dood van zijn ouders in 1916 weinig meer te verliezen, behalve zijn vriendin Marieke. Samen met vriend Karel gaat hij aan het werk aan het Engelse front in Vlaanderen. Vanaf ca. 12 jaar.
Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog wordt een West-Vlaams gezin zwaar geteisterd door het simpele feit dat het te dicht bij een strategisch gelegen heuvel woont.