Een joods jongetje van 7 jaar duikt in 1942 gescheiden van zijn ouders onder in het internaat van een Belgische pastoor en tracht wijsneuzig de hem te boven gaande ontwikkelingen te doorgronden.
Een Praags liefdesverhaal, geïnspireerd op oude Joodse legenden. Een dochter moet haar vader verraden, omdat hij te veel van haar houdt. Om zichzelf te vinden ontvlucht zij het ouderlijk huis en wordt ze in de armen gedreven van een man met duivelse bedoelingen. Een helse priester, die uit is op haar ziel en er alles voor over heeft om haar Joodse natuur te vernietigen. Alleen de overweldigende kracht van de liefde kan haar redden.
Een joodse man voelt er niets voor om na de dood van zijn vader gedurende elf maanden het gebed voor de doden te doen en besteedt dit via internet uit, maar krijgt daar later spijt van.
Een joods jongetje migreert al op vroege leeftijd uit Rusland naar Amerika, waar hij wordt geconfronteerd met veel willekeur, ontgoochelingen en frustraties.
Zoe͏̈ vertelt, aan de hand van vragen, wat het betekent om joods te zijn. Met veel kleurenfoto's. Voorlezen vanaf ca. 5 jaar; zelf lezen vanaf ca. 8 jaar.