Een vrouw, pas gescheiden van haar man die in Afrika een krokodillenfarm runt, probeert haar evenwicht te bewaren tussen haar baan, haar twee puberdochters, haar familie en haar nieuwe liefde.
Drie nichtjes, rond de dertig, knappen een oud huis in Memphis op dat een van hen geërfd heeft. Alle drie kampen ze met gebeurtenissen uit hun verleden.
Willow, het dochtertje van Charlotte, is geboren met een ernstige ziekte die gekenmerkt wordt door broze botten. Wanneer ze valt, kan ze gemakkelijk haar benen breken. Na jaren voor Willow te hebben gezorgd, komen haar ouders in geldnood. Dan krijgt Charlotte een reddingslijn toegeworpen. Ze kan haar arts-verloskundige een proces aandoen omdat deze haar niet van tevoren heeft verteld dat haar baby zwaar gehandicapt zou zijn. Met een schadevergoeding zal Willow levenslang verzekerd zijn van de zorg die ze nodig heeft. Maar de arts-verloskundige die Charlotte voor de rechter daagt, is haar beste vriendin...
De pas herstelde vriendschap tussen twee Engelse vrouwen komt onder druk te staan als de een ontdekt dat de zoon van de ander het kind is van haar pas overleden man.
Een Engelse prinses esceneert haar dood met hulp van haar privésecretaris en verhuist naar Amerika om er een normaal leven te leiden; daarvoor moet ze wel haar beide kinderen achterlaten.
Een 17-jarig meisje start haar nieuwe schooljaar in een nieuwe omgeving, ver weg van het familiedrama dat haar achtervolgt, totdat ze een nieuwe vriendin maakt.