De Russen!
Tom Lanoye
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Van Oorschot, 1994 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : TONEEL : TSJE |
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Van Oorschot, 1994 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 2230 |
Magazijn |
Van Oorschot, 1994 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 9111 |
15/06/2013
De ‘Russische Bibliotheek’ van uitgeverij Van Oorschot is dit jaar precies zestig jaar geleden opgericht. De bedoeling was om Russen die bij ons nog niet voldoende bekend waren, beschikbaar te stellen voor de Nederlandse en Vlaamse lezers. Tegenwoordig lijkt deze pioniersrol begraven en wordt de reeks exclusief in het teken gehouden van altijd dezelfde plejade, die bestaat uit vijftien schrijvers waarvan geen één geboren werd na 1900 (van Poesjkin tot Babel). Het signaal dat hiermee ongewild en volledig onterecht wordt gegeven, is dat andere Russische schrijvers niet hetzelfde niveau halen. Wel moet worden gezegd dat Van Oorschot de in commercieel opzicht veilige consolidatie van de ‘Russische Bibliotheek’ meer dan ernstig neemt: de laatste jaren werd een klein legertje topvertalers ingeschakeld om meesterwerken van Dostojevski, Tolstoj en Gogol te voorzien van gloednieuwe vertalingen. Dat rijtje wordt nu aangevuld met Tsjechov, wiens verzamelde toneelstukken goed zijn voor een 1248 pagina’s tellend zesde deel van zijn ‘Verzamelde werken’.
In een brief aan een tijdgenoot bekende Tsjechov in 1895 dat hij ‘helemaal geen toneelschrijver’ was, maar zelfs 150 jaar na zijn dood staat er in de meeste landen van de wereld nog ieder theaterseizoen een nieuwe uitvoering of bewerking van een van zijn stukken op het programma. De kans is dan ook reëel dat we een van de komende jaren de herboren Nederlandse stem die de vertaalsters Marja Wiebes en Yolanda Bloemen hem hebben gegeven, zullen horen weerklinken in de plaatselijke stadsschouwburg. Deze verzameling toneelstukken, die voor het eerst compleet is, stelt theaterregisseurs niet alleen in staat om het gekende te herontdekken, maar ook om minder bekende toneelstukken van Tsjechovs hand te leren kennen. Naast de obligate De meeuw, De kersentuin, Oom Vanja en De drie zusters bevat dit boekdeel namelijk nog zevenentwintig andere toneelteksten – zoals bijvoorbeeld het postuum ontdekte jeugdwerk Vaderloosheid, dat momenteel in Vlaanderen in een bewerking van Perceval te bewonderen is onder de titel Platonov.
Toegegeven, niet alle in deze bundel opgenomen kluchten, komedies, drama’s en andere toneelstukken lenen zich even gemakkelijk voor de scène. Zo beslaat het zogenaamde ‘toneelstuk in twee bedrijven’ Stadslui — waarin provinciale lieden Parijs naar voren schuiven als voorbeeld van efficiëntie, maar tegelijkertijd inefficiëntie als norm omarmen — iet meer dan vijf pagina’s. Bovendien bevat een aantal stukken surrealistisch vertellerscommentaar dat de casting niet per se vergemakkelijkt. Zo lijkt het vrouwelijke hoofdpersonage van de ‘niet-bestaande vaudeville’ Een domme vrouw, of een kapitein in ruste ‘en profil op een slak, en en face op een zwarte spin’. Het feit dat met name sommige vroegere werken van Tsjechov invloeden van de absurde humor van Gogol verraden, en niet per se bedoeld zijn om te worden gespeeld, heeft dan weer een ander voordeel. In tegenstelling tot zijn rijpere, door het existentialisme geannexeerde toneelstukken, die moeilijker te volgen zijn voor wie niet de gewoonte heeft om toneel te lezen, laten ze zich lezen als tot dialogen uitgeschreven kortverhalen — en zoals bekend heeft Tsjechov ook daarvan kaas gegeten. [Pieter Boulogne]
Willem G. Weststeijn
Na de vijf delen verhalen is als zesde deel van Tsjechovs Verzameld werk in de Russische Bibliotheek nu ook zijn toneelwerk verschenen. Anders dan in de meer dan een halve eeuw geleden gepubliceerde uitgave in de vertaling van Charles B. Timmer, die alleen Tsjechovs belangrijkste toneelstukken bevatte, is voor deze nieuwe uitgave gekozen voor een integrale vertaling van al Tsjechovs toneelwerk. Dat betekent dat er naast bekende stukken als 'Drie zusters' (1900) en 'De kersentuin' (1903), ook al Tsjechovs eenakters, vaudevilles en kluchten zijn opgenomen, waarvan er sommige niet meer dan een paar bladzijden beslaan. Van het toneelstuk 'Ivanov' zijn twee versies opgenomen; met de eerste (1887) had Tsjechov geen succes, met de - flink bewerkte - tweede wel. Een rijk, goed vertaald (door Marja Wiebes en Yolanda Bloemen) en uitstekend verzorgd boek, dat Tsjechov toont in al zijn facetten als toneelschrijver.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.