De marges van de macht : filosofie en politiek in Frankrijk 1981-1995
Rob Devos
Rob Devos (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Garant, 2013 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 157.2 FOUC |
15/09/2013
Foucault begint vanaf 1982 over parrèsia te spreken. Hij gebruikt de notie om te onderzoeken wat in de antieke oudheid de relatie tussen spreken en waarheid, en tussen spreken en subjectiviteit was. Evenals retorica, onderwijs en wetenschappelijke bewijsvoering is het een spreken dat een bepaalde waarheid overbrengt. Belangrijk verschil is dat de waarheid van parrèsia samenvalt met ethos. Parrèsia is een spreken waarin een praktijk van zelfvorming vervat zit: het creëert subjectiviteit en zet daar tegelijkertijd toe aan.
Maar het is moeilijk te zeggen wat parrèsia precies is. Dat maakt Foucault ook duidelijk wanneer hij het begrip opneemt en uitwerkt. Sterker nog: wanneer hij over parrèsia spreekt, laat hij vooral zien dat het een moeilijk te vatten notie is — het verschuift telkens op het moment wanneer vast lijkt te liggen wat het is. Wat blijft, is de relatie tussen dit spreken en ethiek. Maar wie er spreekt, op welk moment, met welk doel, verandert. Voor Foucault reden om de notie met haar eigen middelen te benaderen. Hij legt haar niet vast, toont vooral de transformaties van parrèsia en bespreekt de notie in fragmenten —verspreid, versplinterd in zijn cursussen, lezingen en interviews.
Wat dat betreft is het mooi dat Rob Devos met zijn boek Waarheid spreken in politiek, onderwijs en vriendschap: Foucault over de parrèsia nu eens veel bij elkaar gebracht heeft van wat Foucault over parrèsia heeft gezegd. Dat doet Devos door een van de benaderingen van parrèsia als vertrekpunt te nemen: die van de lezingenreeks Discourse and Truth. The Problematization of Parrhesia die Foucault in 1983 in Berkeley hield. Devos gaat uit van dezelfde opvatting van parrèsia en houdt grotendeels vast aan dezelfde volgorde om deze opvatting uiteen te zetten. Hij vult het aan met parrèsia-toelichtingen die Foucault elders gaf.
Zo weet Devos met zijn boek op overzichtelijke wijze toegang te geven tot deze moeilijk grijpbare notie. Maar levert die toegang ook meer inzicht op? Laten we eens kijken naar de opzet van die lezingenreeks van 1983 die Devos volgt. Foucault benadert parrèsia hierin als een reeks van problematiseringen — telkens wanneer het waarheidspreken onderwerp van discussie wordt, verschuift de betekenis. Zo dook parrèsia voor het eerst op als politiek spreken. Foucault geeft een voorbeeld uit Euripides’ Ion: alleen wanneer Ion parrèsia mag gebruiken, het recht heeft zich politiek uit te spreken, zal hij integreren in de polis en als Atheens burger beschouwd worden. Zelfvorming vindt plaats in het politieke spreken; politiek en ethiek vallen in deze vorm van parrèsia volledig samen. Vervolgens laat Foucault zien hoe parrèsia zich door een opeenvolging van problematiseringen geleidelijk losmaakt van de politiek en leidt tot ethische parrèsia. Parrèsia is nu een spreken dat een persoonlijke houding uitdrukt in plaats van een politieke mening. Nochtans is het een ethiek met een politieke functie. Deze ethiek is noodzakelijk voor degene die bestuurt: wil iemand een goed leider zijn, dan moet hij zich die parrèsia eigen maken. De ethiek is ook belangrijk voor degenen die bestuurd worden: parrèsia werkt als een permanente bevraging van de waarheid die je jezelf eigen maakt en die jezelf vormt, dus is ze tegelijkertijd een kritische vraag naar de waarheid waarmee anderen je proberen te vormen.
Devos synthetiseert Foucaults bespreking van parrèsia nauwkeurig. Bovendien helpt hij de lezer door Foucaults benadering op de juiste plaatsen aan te vullen, door het hier en daar net even anders te ordenen. Maar het is jammer dat hij aan iets voorbijgaat — iets waarmee Foucault juist een belangrijk aspect van parrèsia blootlegt. In de lezingenreeks die Devos als leidraad genomen heeft, benadrukt Foucault op een gegeven moment dat de reeks van problematiseringen geenszins gezien moet worden als een chronologische opeenvolging. Waar Devos niet bij stilstaat wanneer hij Foucaults problematiseringen van parrèsia overneemt, is dat het perspectief dat Foucault daarbij inneemt, niet zonder betekenis is. In dit geval gaat het Foucault vooral om het ontstaan van de ethische parrèsia. Door deze in een protohistorische reeks te plaatsen, kan hij de eigenschappen van deze parrèsia uiteenzetten in relatie tot de voorafgaande en volgende vormen. Zo dient de verschuiving van de politieke naar de ethische parrèsia om toe te lichten dat dit waarheidspreken geen politiek spreken meer is, maar nog wel in relatie staat tot de politiek. Wanneer Foucault zijn aandacht vervolgens richt op parrèsia bij de Cynici, is dat om precies die politieke functie van ethische parrèsia te benadrukken. Het Cynisme radicaliseert de verhouding tussen ethiek en politiek die er bij de ethische parrèsia bestond.
Vanuit welke interesse analyseert Foucault parrèsia? Wat kunnen wij daarmee aanvangen? Het zijn vragen waarmee Devos zijn laatste hoofdstuk inleidt. Om dat soort vragen te beantwoorden, moet je je bewust zijn van wat Foucault doet. Hoewel de vragen Devos ertoe hebben aangezet met meer aandacht naar Foucaults strategie te kijken, blijft hij alsnog stevig vasthouden aan het onderscheid tussen de verschillende vormen van parrèsia. Devos beschrijft de actualiteit van politieke parrèsia: de vrijheid van meningsuiting die onlosmakelijk is verbonden met onze huidige democratie. En hij beschrijft de actualiteit van ethische parrèsia: de filosofische traditie waarbinnen Foucault zichzelf positioneert. Maar de koppeling tussen die politiek en ethiek, tussen de vorming van anderen en de vorming van het zelf, weet Devos niet helder te krijgen. Terwijl het juist die koppeling tussen ethiek en politiek is waarin Foucault het verband met zijn werk over onze actualiteit ziet. Wat we tegenwoordig nog hebben aan parrèsia? Parrèsia fungeert als vraag naar hoe we geworden zijn wie we zijn, naar wie of wat ons vormt — nog immer een ethische vraag met politieke implicaties.
[Britt Grootes]
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.