Lekker fris : supersalades het hele jaar door
Tim Robinson
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Atlas, 2007 |
VERDIEPING 3 : SIBERIË : REISGIDSEN : IERLAND 990 |
31/12/2008
De uit Yorkshire afkomstige schrijver en kunstschilder Tim Robinson (geb. 1935) heeft een hechte band met het kustgebied van het Ierse graafschap Galway. In 1972 verkaste hij naar de Araneilanden voor de baai van Galway en sinds 1984 woont hij in het plaatsje Roundstone aan de kust van West-Connemara, waar hij Folding Landscape studio oprichtte, een kleine uitgeverij van boeken en kaarten over de regio. Robinson is vooral gekend voor zijn tweedelige werk Stones of Aran, waarvan het eerste deel 'Pilgrimage' (1986) vertaald werd als De Aran-eilanden (2004, herdr. 2007) met een voorwoord van Cees Nooteboom. Het tweede deel 'Labyrinth' (1995) werd nog steeds niet vertaald. Samen vormen ze een klassieker binnen de Engelstalige natuur- en reisliteratuur, waarin niet enkel de flora en fauna, "maar ook de geologie, archeologie, sociologie en geschiedenis" van de eilanden en het hoofdeiland Arainn in het bijzonder aan bod komen. De boeren en vissers vertegenwoordigden de essentie van de oude, authentieke Ierse levenswijze: de mens in voortdurende strijd met de vijandige maar adembenemend mooie omringende natuur. Voor de Ierse nationalisten werden de Aran-eilanden synoniem voor het onbezoedelde hart van Ierland waar de oude taal, cultuur en spirituele waarden bewaard bleven. W.B. Yeats en vooral J.M. Synge vereeuwigden de eilanden in hun geschriften. Robinson laat "no stone unturned" op een eiland dat voor het grootse gedeelte uit rotsen bestaat (gaande van kliffen tot keltische forten), waarvan de oorspronkelijke overgeleverde namen soms verloren gegaan zijn. De rotsen boden de eilanders doorheen de eeuwen immers houvast en zijn een blijvend monument van hun aanwezigheid, ook al is hun traditie intussen ten dode opgeschreven.
Die rotsen en de wind die er langs zingt, blijven hoofdpersonages in Robinsons nieuwste project Connemara waarvan in 2006 het eerste deel verscheen met als ondertitel 'Listening to the wind'. Daarbij richt de auteur zich selectief op drie factoren: "het geluid van het verleden, de taal die we gebruiken en onze problematische relatie met de natuur". Het zijn vooral het zuidwestelijke en centrale deel van Connemara die Robinson hier topografisch exploreert van de kust rond Roundstone tot de legendarische bergpas Mám Éan. Als cartograaf, bekroond voor een reeks geannoteerde kaarten van West-Ierland (zijn magnum opus), neemt hij de Ierse taal met liefde in de mond, gevoelig voor "de cryptische nuances van plaatsnamen die hij ontcijfert in verhalen over het verleden". In het spoor van schapenboeren, turfstekers en smokkelaars, over berg en dal, doorheen het ruige veenland "in alle kleuren die geen plaats op de regenboog hadden gekregen", voert Robinson je door Connemara. Zijn uniek talent om het landschap als het ware te 'lezen', staat borg voor unieke beschrijvingen en sfeerbeelden. Jarenlange zwerftochten had Robinson nodig om zijn geliefde landschap en haar geschiedenis te doorgronden en te verwoorden. Geduldig volgt hij de kleinste bewegingen en schaduwen van schrijvertjes of een enkele schaatsenrijder op het water, die elders in het veengebied onopgemerkt in een miljoen zondoordrenkte poelen optreden. Uiteindelijk verzucht Robinson: "een beweeglijk gezichtspunt te zijn is een bekend mysterie, maar het bestaan van oneindig veel onbezette potentiële gezichtspunten is een waanzinnige gedachte". Dat opent het potentieel voor Robinson om in de volgende delen van zijn voorlopig op drie boeken begroot project, andere delen van Connemara te exploreren of een reeds beschreven gebied vanuit andere invalshoeken te benaderen. Je kan je afvragen of enkel de fanatieke lezers Robinson zullen blijven volgen in zijn minutieus landschapsonderzoek? De aanhouders worden echter beloond met prachtige close-ups en vergezichten van een groot stilist. De nostalgie voor het verleden maakt dat Robinson harde woorden heeft voor de vakantiegangers die naar de kusten van Connemara oprukken ('Costa del Sod'), net zoals hij buiten dit boek de bouwplannen voor windmolens op zijn gekoesterde Araneilanden bekritiseerde. Met Robinson haal je echter geen vervlogen romantiek in huis, maar een gefundeerd 'lezen' van de landschapselementen en de mensen die er doorheen de eeuwen vertoefden. [Kris van Zeghbroeck]
Willem Verhulst
Na 'De Araneilanden'* is dit het tweede boek van de cartograaf (Folding Landscapes) Robinson (1935) dat in vertaling verschijnt: opnieuw een hommage aan een stukje Ierland dat als gevolg van welvaart en klimaatverandering zijn oorspronkelijke karakter dreigt te verliezen. Het dorpje Roundstone (waar Robinson sinds 1984 woont) en de omgeving tussen Connemara's beroemde Twelve Pins en de Atlantische Oceaan, met zijn (kwetsbare) flora en fauna, volksverhalen, wetenschappelijk onderzoek - o.a. een ontmoeting met de Nederlandse botanicus prof. Victor Westhoff (1916-2001) - en de geschiedenis van de streek (met aangrijpende verhalen over de ellende tijdens en na de Grote Hongersnood) vormen de voornaamste onderwerpen. Ook wordt de betekenis van de Ierse namen van de 'townlands' (hier helaas nogal ongelukkig vertaald als 'deelgemeenten') uitgelegd. De vaak wijdlopige zinnen zijn adequaat vertaald, zodat ook voor Nederlandse lezers een indrukwekkend monument is ontstaan dat wandelaars en andere natuurliefhebbers met andere ogen naar het hen omringende landschap leert kijken.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.