Natasja's dans : een culturele geschiedenis van Rusland
Orlando Figes
Orlando Figes (Auteur)
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Nieuw Amsterdam, cop. 2006 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : Rusland 945.2 |
Magazijn |
Nieuw Amsterdam, cop. 2006 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : RUSLAND 945.2 |
31/12/2006
Over de Russische Revolutie zou iedereen meer moeten weten dan wat de school erover leert: ze heeft immers een enorme invloed gehad op de 20e eeuw en nog altijd zijn de gevolgen zichtbaar, denk maar aan de spanningen tussen Rusland en Georgië. Bovendien helpt de geschiedenis van die revolutie je nadenken over politieke en sociale kwesties die onverminderd actueel blijven, zoals socialisme en liberalisme, democratie en dictatuur, vrijheid en gelijkheid.
De val van het Sovjetrijk en de openstelling van allerlei archieven maakten het geschiedkundige onderzoek gemakkelijker, en er werd sindsdien dan ook ontzaglijk veel gepubliceerd over het onderwerp. Weinig daarvan is beschikbaar in het Nederlands, maar gelukkig hebben we nu eindelijk een vertaling van een van de succesrijkste algemene boeken, Tragedie van een volk van de Britse historicus Orlando Figes. Het is gebaseerd op uitgebreide research, maar toegankelijk voor een groot publiek.
Velen denken bij 'Russische Revolutie' alleen aan 1917, maar Figes koos in dit volumineuze werk voor een bredere aanpak: l891-1924. Het eerste van de vier delen geeft zelfs een algemeen beeld van de Russische maatschappij onder het tsarenregime: de verschillende sociale lagen komen aan bod, van vorstenhuis tot boertjes, maar ook de verschillende volkeren en gebieden, en telkens zien we hoe kiemen van verandering her en der aanwezig waren. Je zou deze boeiende tweehonderd bladzijden ook op zich kunnen lezen, als achtergrond bij 19e-eeuwse romans.
Deel twee beschrijft de hongersnood van 1891, de aanloop naar de revolutie van 1905 en de instelling van de Rijksdoema. Daarna komen er diverse hervormingspogingen, en Ruslands deelname aan de wereldoorlog, met alle ellende en ontevredenheid vandien. Het derde deel concentreert zich op 1917: de februarirevolutie, de Voorlopige Regeringen, de Sovjet van Petrograd, de bolsjewistische machtsgreep, de vrede van Brest-Litovsk, het bijeenroepen en sluiten van de Constituante (januari 1918). Deel vier is gewijd aan de desastreuze en gewelddadige jaren 1918-1924: burgeroorlog tussen Roden en Witten, 'oorlogscommunisme', hongersnoden en opstanden, de Nieuwe Economische Politiek. Het verhaal eindigt met de nadagen van de zieke Lenin en diens onmacht tegenover de opkomst van Stalin.
Figes belicht alle politieke ontwikkelingen (inclusief ontstaan en evolutie van de partijen, en van niet-Russische autonomiebewegingen), maar is minstens even uitvoerig over het sociale: levensomstandigheden, stemmingen en organisatievormen van de klassen, met terecht speciale aandacht voor de grote boerenmassa; zo blijkt bv. dat de idee van 'sovjets' nauw aansloot bij oude gemeenschapsvormen. Spectaculaire gebeurtenissen en fenomenen (Pantserkruiser Potjomkin, moord op het tsarengezin, antisemitische pogroms...) worden in dit boek nooit geïsoleerd uit de grote context. Niettemin blijft het verhalende geschiedschrijving, waarin personen een grote rol spelen. Van enkele figuren is de biografie door het geheel heen geweven: de schrijver Gorki, vorst Lvov (premier na februari 1917), generaal Broesilov, de boerenhervormer Semjonov, de bolsjewistische ex-boeren Kanattsjikov en Oskin. Ook tsaar Nicolaas II en Lenin krijgen hun deel.
Alles bij elkaar betekent dat werkelijk een schat aan informatie, uiterst veelomvattend, bovendien levendig en meestal helder gepresenteerd. Er zijn (welgekozen) foto's en (te weinig) kaartjes. En, tot troost van wie terugschrikt voor zoveel bladzijden, dankzij een uitgebreid register is het boek ook bruikbaar als naslagwerk. Kortom, Tragedie van een volk mag in geen enkele openbare bibliotheek ontbreken. Maar perfect is het niet.
De ontzaglijke hoeveelheid gegevens kan soms de grote lijnen wat aan het zicht onttrekken: het probleem van bomen en bos. Daarom valt te betreuren dat Figes de stof af en toe niet kort recapituleert, en bovenal mis ik een chronologisch overzicht. Je vraagt je soms ook af, zeker bij de huiveringwekkendste passages, hoe representatief bepaalde pakkende details of getuigenissen zijn, of ze wel altijd voldoende gecontroleerd kunnen worden. Er is ook wat te weinig 'reliëf', je kunt niet altijd makkelijk onderscheid maken tussen het algemene en het incidentele, tussen belangrijk en onbelangrijk.
Ook op inhoudelijk vlak kun je vraagtekens plaatsen. Met welke 'visie' benadert Figes deze geschiedenis? Hij berispt zowel rechtse als linkse historici, schildert een zwart beeld van het tsarenbewind en een pikzwart van de bolsjewistische heerschappij; de Witten komen er nauwelijks beter af. Figes' sympathie ligt (vanzelfsprekend?) bij de liberale hervormingsgezinden, maar hij zegt herhaaldelijk dat een democratie naar westers model niet mogelijk was in het toenmalige Rusland. Wat had er dan kunnen of moeten gebeuren? Ondanks kleine suggesties nu en dan wordt dat niet duidelijk. Zo lijkt Figes' 'objectiviteit' te blijven steken in het negatieve; die indruk wordt nog sterker doordat hij over idealistische of utopische bedoelingen dikwijls met een soort schamperheid bericht.
Op weinige uitzonderingen na lijken alle figuren die op het voorplan komen misdadigers of knoeiers, of beide tegelijk. Vrij vaak wordt een nogal primitieve en moraliserende 'psychologie' te hulp geroepen. Lenin, die echt niets fatsoenlijks gedaan heeft, was niet alleen machtsbelust maar ook fysiek laf, en jawel, als kind kon hij al "wreed en gemeen uit de hoek [...] komen -- hij vertelde vaak leugens en speelde vals met spelletjes". Foei, Vladimir! Met Lenins ascetisme heeft Figes even weinig op als met Alexandra Kollontais voorliefde voor jonge minnaars, of Trotski's reputatie van "lekkerbek". En blijkt uit de volgende zinnen geen overschatting van het persoonlijke? "Op zich was de val van het tsaristische regime niet onvermijdelijk. Dat werd hij pas als gevolg van stugge domheid."
Waar het de verklaring van bolsjewistisch en ander revolutionair gedrag betreft, laat Figes' analytisch vermogen het wel eens afweten, en vervalt hij soms in gemeenplaatsen. Zo citeert hij tweemaal Flauberts uitspraak dat in elke revolutionair een politieagent schuilt -- wat mij eraan herinnert dat Flaubert ook idiote dingen beweerd heeft. Wanneer Figes de corruptie van bolsjewieken behandelt, raakt hij nauwelijks verder dan dat ze voortkwam uit "ongebreidelde machtsuitoefening". In het Rode Leger leerden ontzaglijk veel mensen lezen, maar dat was slechts opportunisme, vaak ging het om "de grofste vorm van politieke indoctrinatie". En soms leidt de antipathie tot dwaasheden zoals deze, over de blijvende achterlijkheid van het platteland: "De bolsjewieken slaagden er maar niet in deze wereld te begrijpen -- Marx had niks over hekserij gezegd"; elders laat Figes zien dat de bolsjewieken juist níet klakkeloos vastplakten aan Marx. Dat soort contradicties komt vaker voor.
Figes' anticommunisme speelt hem dus soms parten. Oktober 1917 is al een hele tijd geleden, maar het heeft lang doorgewerkt en wekt nog altijd emoties op; misschien is het daarom eigenlijk nog te vroeg voor een echt zakelijke geschiedschrijving. Hoe dan ook, dit is een goed boek dat beter had kunnen zijn. We moeten het met kritische voorzichtigheid lezen. [Joris Note]
L. van der Hulst
Monumentale studie over de Russische Revolutie. De Britse historicus Orlando Figes gaat zeer grondig te werk en begint met een uitgebreide schets van het tsarische regime en zijn zwakheden aan het einde van de negentiende eeuw. Hij besluit met de dood van Lenin, de belangrijkste Bolsjewistische leider in 1924. Figes geeft in zijn boek een synthese van de diverse visies op de revolutie, gelardeerd met persoonlijke documenten van ooggetuigen en deelnemers. Hierdoor ontstaat een uitermate boeiend verslag en analyse van de persoonlijke en historische krachten. Figes schetst indringende en genadeloze portretten van de belangrijke personages uit de periode (zoals tsaar Nicolaas II, de eerste president Alexandr Kerenski en de revolutionaire leiders Lenin en Trotski). Het boek combineert op briljante wijze gedegen wetenschappelijk historisch onderzoek met een levendige schrijfstijl. Er is veel oog voor het onbeschrijfelijke leed van het Russische volk door honger, oorlog, terreur en de genadeloze burgeroorlog tijdens deze belangrijke episode van geschiedenis van de twintigste eeuw. De vertaling is soms wat stroef. Met zwart-witfoto's en enkele kaartjes, noten, literatuuroverzicht en register.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.