De stad van God
Aurelius Augustinus
2 exemplaren
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Ambo, cop. 1988 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 233.23 AUGU |
Magazijn |
DNB, 1955 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : 233.23 AUGU |
31/12/2008
Aurelius Augustinus, de beroemde kerkvader uit de vierde eeuw voor Christus en een begenadigd schrijver, richtte zich kort na zijn bekering tot het Christendom, in een lange monoloog tot God, zijn Schepper. Als man van middelbare leeftijd blikt hij hierin terug op zijn leven, en meer bepaald op de ontwikkeling van zijn relatie tot God. Deze vroege vorm van autobiografie bevat naast een doorgedreven psychologische zelfanalyse, ook vele beschouwende passages van filosofische en religieuze aard (waaronder, in de laatste boeken, een mogelijke interpretatie van het Bijbelboek Genesis). Voeg daar de vele Bijbelcitaten en psalmverwijzingen aan toe, en je krijgt een werk dat allerminst als makkelijke literatuur kan doorgaan.
Gerard Wijdeveld ging de uitdaging aan om van deze confessiones een Nederlandse vertaling te maken. Geen evidentie, zo leert al de titel. Wijdeveld koos voor de traditionele weergave als De belijdenissen, maar wijst er zelf in zijn inleiding op dat inhoudelijk de betekenis van 'lofprijzing' voorrang heeft op de vertaling 'schuldbelijdenis' voor het Latijnse woord 'confessio'. En zo zijn er wel meer religieuze termen waar moeilijk een adequaat alternatief in het Nederlands voor te vinden is. Zelfs voor de gekende Bijbelcitaten kon Wijdeveld de bestaande vertalingen niet overnemen, omdat een afwijkende woordkeuze de gedachtegang van Augustinus zou kunnen doorbreken.
Toch slaagt Wijdeveld erin de lyrische stijl van Augustinus in de vertaling mooi tot zijn recht te laten komen. Augustinus vertelt met een openhartigheid en een bevlogenheid die ook de moderne lezer nog kunnen bekoren. Toch is de draad van het verhaal niet altijd goed te volgen door het, ook door geleerden vastgesteld, gebrek aan eenheid in structuur. Deze inhoudelijke knelpunten kunnen ook in de vertaling als storend worden ervaren. Bekende voorbeelden zijn de passage waar Augustinus zich druk maakt over de zonde van zuigelingen die hunkeren naar de moederborst, of zijn bij het haar getrokken schuldbesef over een oude kwajongensstreek, waarbij hij met vrienden een paar peren stal.
De belijdenissen is een bijzonder boek en de vertaling door Wijdeveld is een knappe prestatie, maar het blijft voer voor doorbijters. [Katrien Vanacker]
N.A. Wattel
In een monoloog gericht aan de Schepper legt Augustinus bekentenissen af over de wijze waarop hij tot zijn bekering tot het christendom gekomen is. Augustinus leefde van 354 tot 430. Na een losbandige jeugd bekeerde hij zich in 386 en werd hij later tot bisschop benoemd. Ongeveer tien jaar later schreef hij 'Confessiones'. Hij beschrijft openhartig zijn overdenkingen en gevoelens die bij hem een rol spelen gedurende zijn leven vanaf zijn geboorte. Dit maakt het een toegankelijk boek dat tot de verbeelding spreekt. Later schreef hij 'De civitate Dei'. Daarnaast schreef Augustinus een aantal filosofische en theologische werken. Het werk is vertaald door Gerard Wijdeveld (1905-1997), een classicus die ook andere werken en vertalingen op zijn naam heeft staan, onder meer van Dante en Thomas à Kempis. De inleiding vertelt over het leven van Augustinus, over het vroege christendom in zijn tijd en de wijze waarop men de Belijdenissen waardeerde. In de kanttekeningen zijn verwijzingen naar de betreffende boeken uit de Bijbel opgenomen.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.