Zonder mij
Philippe Claudel
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
De Bezige Bij, 2021 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : CLAU |
Dirk Leyman
i /ul/24 j
Je kunt veel zeggen over de Franse successchrijver en filmmaker Philippe Claudel (°1962), maar niet dat hij het zichzelf makkelijk maakt. Na elk boek lijkt hij zich flink te herbronnen en durft hij soms resoluut voor een meer experimentele aanpak te opteren. Zo schokte hij onlangs de goegemeente met het rauwe, ongemakkelijke en gitzwarte Inhumaines, een 'roman in verhalen' waarin hij ongelijkheid én hedendaagse wantoestanden op de slof nam.
"Eigenlijk ben ik een alambiek met een zeer trage distillering. Ik vul me met van alles en dan is er veel tijd nodig voor een boek, een tekst of een film", vertelde hij recentelijk nog in De Tijd. Claudel, die zich destijds met Grijze zielen (2003) en Het verslag van Brodeck (2007) hoog aan het letterenfirmament katapulteerde, wil met zijn allerminst vrijblijvende literatuur graag iets loswoelen. Hij denkt over zijn tijd na, maar vooral ook over de geschiedenis. Zo blijkt maar weer uit zijn nieuwste boek, het zopas vertaalde Een Duitse fantasie.
De vijf losjes met elkaar verbonden verhalen, geschreven tussen 2016 en 2020, zijn opgehangen aan een duistere fascinatie die Claudel allang in de ban heeft. De Lotharingenaar woont op tachtig kilometer van de Duitse grens en spreekt van Duitsland als het land dat hem zowel 'afkeer als bewondering' ontlokt, 'een spiegel waarin ik me niet zie zoals ik ben, maar zoals ik zou kunnen zijn'. Niet voor niets laat Claudel het boek voorafgaan door onder meer een citaat van Thomas Bernhard: 'Duitslands adem ruikt naar zwavel.'
We bereiden ons dus maar beter voor op een sombere expeditie. En dat is het ook grotendeels, zij het geschreven met een gracieuze pen, waarbij weliswaar schuld, dood en oorlog de scepter zwaaien.
Een Duitse fantasie 'onttrekt zich aan de strikte regels van compositie en harmonie', licht Claudel in het nawoord toe. Toch vloeien deze verhalen, sequenties en fragmenten op een vreemdsoortige manier in elkaar over of vormen ze echokamers; met als bindmiddel onder meer de mysterieuze terugkerende 'Viktor' (waarin je de naam van de overwinning proeft) én ook door het precieze, dan weer lyrische maar altijd welgekozen taalgebruik van Claudel. 'Een polyfonie van personages achtervolgd door persoonlijke en collectieve schuld', vond Le Figaro, want inderdaad: de concentratiekampervaring sluimert soms op de achtergrond.
De verhalen - twee van de vijf verschenen al eerder - dragen Duitse titels als 'Ein Mann', 'Gnadentod' of 'Sex und Linden'. Het eerste verhaal is prangend, met een gewonde, strompelende soldaat die beseft dat zijn uren geteld zijn. 'Was hij schuldig? Schuldig omdat hij gehoorzaamde? Of omdat hij niet ongehoorzaam was geweest?' Zeer zintuiglijk, zeer fysiek maakt Claudel in dit verhaal de ambigue oorlogsverschrikking tastbaar.
De doodsreutel lijkt nabij, maar die komt er op een onverwacht moment, als er enige hoop en verlossing lijkt te gloren. Ook ouderdom en de teisterende kracht van het geheugen vormen een opzichtig thema in Een Duitse fantasie. Zoals bij de negentigjarige die zijn ontmaagding door een oudere vrouw in een park reveleert. En bij de afgetakelde, oude nazi die door de jonge, brute, met zichzelf worstelende verpleegster 'Irma Grese' wordt gemaltraiteerd en doodgehongerd.
Heel anders van opzet is dan weer 'Gnadentod', waarin Claudel de Duitse expressionistische 'entartete' kunstenaar Franz Marc opvoert. Marc overleed al in 1916 maar wordt hier pas in 1940 door de nazi's vermoord. Om dan te culmineren in het schitterende slotverhaal 'Die Kleine', waarin een van zijn gehele familie beroofd, getormenteerd kind in een soort zwalpend oerwezen verandert, dat zich verbindt met de modder. En welke rol speelt opnieuw ene soldaat Viktor?
Onbehaaglijk
Wie een boek zonder lacunes verwacht - Claudel had ervoor gewaarschuwd - zal van een koude kermis thuiskomen. De lezer mag mee de leemtes opvullen. Alhoewel. In het slotverhaal komt de soldaat uit het eerste verhaal weer in een andere gedaante opduiken, en dan zie je de vertelkunst van Claudel in optima forma, en maak je een reverence. Achteloos weet hij zijn schijnbaar zo losse composities toch weer aaneen te rijgen. Met de vingers in de neus toont hij bovendien een zeer gevarieerde staalkaart van zijn stilistisch kunnen, met onbehaaglijke personages in wier geest je willens nillens verzinkt.
Philippe Claudel, Een Duitse fantasie, De Bezige Bij, 142 p., 20,99 euro. Vertaling Manik Sarkar.
Henk Pröpper
i /ul/17 j
De Franse schrijver Philippe Claudel is al zijn hele leven gefascineerd door Duitsland, dat hem evenzeer aantrekt als gezag inboezemt.
In Fantaisie allemande, vertaald als Een Duitse fantasie, brengt Philippe Claudel vijf verhalen samen die hij los van elkaar schreef. In een woord aan de lezer legt hij uit waarom hij ze toch samen heeft willen publiceren, en hoe in het proces van bewerken iets van een roman is ontstaan. Toen hij de verhalen als speelkaarten voor zich op tafel legde, bemerkte hij dat ze in elkaar echoden, en dat er eenzelfde donkere grondtoon in klonk. Die toon verklaart hij vanuit zijn fascinatie voor Duitsland, het land aan de overzijde van de grens dat hem altijd evenzeer aantrok als ontzag inboezemde. Als bewoner van de grensstreek werd Claudel zijn leven lang beheerst door dit mengsel van bewondering en vrees voor het buurland en zijn geschiedenis.
Ook inhoudelijk bestaat er verband tussen de verhalen. De Tweede Wereldoorlog is een weerkerend thema, tegelijkertijd voedingsbodem en decor. Telkens weer gaat het om het gewicht van de geschiedenis dat drukt op een volk, en om hoe mensen die geschiedenis collectief en individueel verwerken. Claudel noemt het functioneren van het geheugen 'een van de grootste menselijke mysteries'; hoe wij soms in staat zijn het verschrikkelijke gewicht van de geschiedenis te dragen, maar met allerlei mechanismen pijnlijke materie liever vermijden. Hij verwijst daarbij niet naar onze tijd, en onze omgang met de geschiedenis. Hij wil dat het boek werkt zoals de literatuur gewoon is, via suggestie. Het boek zal zijn werking moeten vinden in de hoofden van de lezers.
Om dit effect te bewerkstelligen heeft hij de verhalen onderling sterker verknoopt. Plaatsen en een persoonsnaam komen terug. Gaat het om dezelfde persoon? Dezelfde gebeurtenissen vanuit een ander perspectief? Vergis je niet, zegt Claudel, niet alles houdt verband met alles, niet alles klopt. Het boek is uiteindelijk een Fantasie, een soort vrije, muzikale oefening, waarbij de schrijver zich niet aan de regels van de harmonie houdt.
In het eerste verhaal zien we een soldaat door velden en bossen strompelen, ergens in het oosten van Duitsland. Hier en daar zijn in de desolate omgeving sporen van oorlogsgeweld te zien, maar de oorlog lijkt ten einde. Waarheen is hij op weg? Vindt hij ooit de beschaving? In zijn dromen en gedachten wordt hij gekweld door de vraag wat zijn rol is geweest in de oorlog. En als de zijne een geringe was, welke was dan die van zijn kameraad Viktor, die zich graag verloor in sadistische spelletjes met gevangenen? Er zijn schaarse aanwijzingen voor het beantwoorden van die vragen.
In het tweede verhaal vertelt een oude man over zijn eerste seksuele ervaring, tijdens een concert in een park, vlak na de oorlog. De oudere vrouw die hem inwijdde noemde hem Viktor, maar wie was Viktor? In het derde verhaal heeft een zekere Viktor, decennia na de oorlog, nog altijd nazi-sympathieën. Hij wordt slecht verzorgd door een dom en berekenend meisje in een bejaardenhuis. Wat beweegt haar om hem te kwellen?
In het vierde verhaal fantaseert Claudel over het lot van de schilder Franz Marc. De mede-oprichter van de kunstenaarsgemeenschap Der Blaue Reiter stierf in werkelijkheid tijdens de slag bij Verdun in 1916, maar Claudel laat hem voortleven tot 1940. In dat jaar wordt de geesteszieke en 'ontaarde kunstenaar' in de verbeelding van Claudel door de nazi's vermoord. Een Gnadentod heette dat.
In het slotverhaal volgen we het perspectief van een zwijgzaam meisje dat getuige was van de massaslachting waardoor haar hele familie verdween, een soldaat genaamd Viktor was daarbij betrokken. Tijdens haar omzwervingen rond de boerderij waar zij een heenkomen heeft gevonden, stuit ze in een verlaten fabriek op een verkoold lichaam, waarmee ze een gesprek begint.
Fantaisie allemande is een raadselachtig boek geworden, virtuoos en vrij, onaf als de geschiedenis, en tegelijk een concentraat van stemmingen en ideeën. Het wonderlijke is dat het donker is als de geschiedenis en toch met lichte toets geschreven. Dat zegt iets over het ontzaglijke schrijftalent van Claudel, dat met de jaren alleen maar is gegroeid. Tegelijk vertoont hij de neiging iets te veel uit te leggen, te expliciteren wat de lezer al duidelijk is, en daarmee de suggestiviteit juist los te laten. Dat doet iets af aan de kracht van dit boek en dat is jammer. Claudel kan vertrouwen op zijn pen, en ook op zijn lezers.
****
Uit het Frans vertaald door Manik Sarkar. De Bezige Bij; 160 pagina's; € 20,99.
Roderik Six
us/ug/11 a
Galant is hij wel, de Duitse soldaat. Bij aankomst helpt hij ouderen en zwakkeren van de trein, hij wijst hun beleefd de juiste rij en werkt dan zorgvuldig de boekhouding bij. De rijen monden uit bij een kuil, waar zijn kameraad Viktor de executies overziet – doffe knallen in de verte, een nieuwe wagon die uitgeladen wordt. Is dit dezelfde Viktor die later in een bejaardentehuis gekweld wordt door een tienermeisje dat zijn geprakte eten voor zijn neus door de wc spoelt? Of is hij toch gesneuveld en zoekt zijn weduwe wanhopig naar een surrogaat in een tienerjongetje dat ze ontmaagdt terwijl ze ‘Viktor’ kreunt?
De Franse romancier en cineast Phillippe Claudel weeft met een paar bloedrode draden een aantal losse verhalen aan elkaar zodat ze bijna een roman vormen. Niet elk onderdeel daarvan is even sterk maar zijn poëtische stijl maakt veel goed. Alleen zeer jammer dat hij in een nawoord de behoefte voelt om de thematiek nog eens extra goed uit te leggen opdat de lezertjes hem zeker niet verkeerd zouden begrijpen.
***
De Bezige Bij (oorspronkelijke titel: Fantaisie allemande), 144 blz., € 21,99.
Naar gegevens van Arjen van Meijgaard
De roman is opgebouwd uit verschillende verhaallijnen die soms duidelijk en soms minder duidelijk met elkaar te maken hebben, maar als overkoepelend thema de Tweede Wereldoorlog hebben. Een vluchtende ex-bewaker van een concentratiekamp, een vrouw die haar geliefde mist, een oude man die terugdenkt aan een openluchtconcert vlak na de oorlog, een meisje in een bejaardentehuis dat een oude man moet helpen eten en daar helemaal geen zin in heeft. Ook wordt via brieven en een interview de mogelijke verdwijning van de kunstenaar Franz Marc beschreven. Hij overleed in 1940, maar is misschien al eerder van de radar verdwenen. Philippe Claudel (1962), schrijver van een groot en imposant oeuvre, laat aan de hand van enkele personages de pijnlijke kant van de oorlog oplichten. Wie was er goed en wie fout, wat weten we van al die naamloze slachtoffers of de familieleden en geliefden van hen die verdwenen zijn? Een intrigerende en originele reconstructie van enkele roemloze levens die niet vergeten mogen worden. Zeer de moeite waard.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.