De vuurzeevlieg en andere dierenverhalen
Toon Tellegen
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Em. Querido's Uitgeverij, 2018 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : TELL |
Persis Bekkering
ua/an/09 j
De stoftor woont helemaal alleen op de maan. Overdag is het bloedheet en 's nachts steenkoud. Vanaf daar kan hij de dieren op aarde zien, hij kent ze allemaal, maar niemand weet dat hij bestaat. Op een dag is hij zo ongelukkig en eenzaam, dat hij door een luidspreker richting de aarde 'Het spijt me!' roept.
Aldus het begin van de novelle Het leed van de stoftor van Toon Tellegen, de schrijver van een groot oeuvre van met name dierenverhalen. Zijn nieuwe boek past wederom in de licht filosofische Tellegen-formule, met titels als Het voornemen van de muis, Het lot van de kikker en Het verlangen van de egel, waarin de dieren allerlei menselijke problemen hebben en verlangen naar liefde en gezelschap. Het zijn vertellingen in verzorgd, economisch proza, die de lezer niet al te somber stemmen.
Het leed van de stoftor heeft een ongewone opbouw, omdat de stoftor uit de titel (een fantasie-insect) maar kort in beeld is. Zijn hartekreet zet de andere dieren in gang, die niet weten wie er heeft geroepen, noch waarom. Het schrijvertje hoort het als inspiratie voor wat hij op het water zal schrijven, de beer, die net elf taarten heeft opgegeten, hoort de stem van zijn eigen geweten, het pantoffeldiertje hoort een verontschuldiging van de wereld voor het dagelijks leed dat opstaan heet.
Taalkundig gezien een interessante exercitie; Tellegen heeft een oneindig aantal betekenissen aan 'Het spijt me' weten te geven. Soms zijn de verhaaltjes flauw, soms is de logica sterk, zoals het verhaal over de kameel die een nooduitgang in het midden van de woestijn heeft gezet. Hij weet niet waarom, maar toch. 'In een noodsituatie moet ik niet weifelen. Daar is een nooduitgang voor.'
Querido, 128 p., 17,99 euro.
Persis Bekkering
ua/an/05 j
Aldus het begin van de novelle Het leed van de stoftor van Toon Tellegen, de schrijver van een groot oeuvre van met name dierenverhalen. Zijn nieuwe boek past wederom in de licht filosofische Tellegen-formule, met titels als Het voornemen van de muis, Het lot van de kikker en Het verlangen van de egel, waarin de dieren allerlei menselijke problemen hebben en verlangen naar liefde en gezelschap. Het zijn vertellingen in verzorgd, economisch proza, die de lezer niet al te somber stemmen.
Het leed van de stoftor heeft een ongewone opbouw, omdat de stoftor uit de titel (een fantasie-insect) maar kort in beeld is. Zijn hartekreet zet de andere dieren in gang, die niet weten wie er heeft geroepen, noch waarom. Het schrijvertje hoort het als inspiratie voor wat hij op het water zal schrijven, de beer, die net elf taarten heeft opgegeten, hoort de stem van zijn eigen geweten, het pantoffeldiertje hoort een verontschuldiging van de wereld voor het dagelijks leed dat opstaan heet.
Taalkundig gezien een interessante exercitie; Tellegen heeft een oneindig aantal betekenissen aan 'Het spijt me' weten te geven. Soms zijn de verhaaltjes flauw, soms is de logica sterk, zoals het verhaal over de kameel die een nooduitgang in het midden van de woestijn heeft gezet. Hij weet niet waarom, maar toch. 'In een noodsituatie moet ik niet weifelen. Daar is een nooduitgang voor.'
***
Querido; 128 pagina's; € 17,99.
Willem Nijssen
De stoftor woont op de maan. Helemaal alleen. Als hij over de rand kijkt, kan hij alle dieren op de aarde zien. In zijn eenzaamheid beeldt hij zich van alles in, meestal droefgeestige dingen. Op een dag vindt hij dat hij de dieren moet laten weten dat hij bestaat. Hij wil ze een kort zinnetje toeroepen. Per ongeluk en toevallig wordt dat: 'Het spijt me!' Alle dieren horen het. Ze gaan er ieder op eigen wijze mee om. De een empathisch, de ander onverschillig. Begripvol of afwijzend. Altijd overdreven en eenzijdig. Zo ontstaat een afspiegeling van herkenbare reacties, van menselijke reacties om precies te zijn. Want zo werkt dat met dierverhalen. Iedereen kan er om lachen en hoeft niet toe te geven dat hij of zij zich in die eenzijdigheden herkent. Toon Tellegen, die al heel veel van die dierenverhaaltjes heeft geschreven, schrijft erover vrij van oordelen, met milde en geamuseerde blik. Net als in vergelijkbare ‘romans’, zoals ‘Het wezen van de olifant’*, ‘Het voornemen van de muis’** en andere, hangen de losse verhaaltjes met een mooi rood draadje aan elkaar. Fraaie uitgave, kleine letter.
Miet Declercq
rt/aa/27 m
De stoftor woont op de maan en niemand weet dat hij bestaat. De stoftor lijkt een beetje op een sprinkhaan maar ook weer niet, in elk geval is hij een schrander diertje. Op een dag roept hij zomaar door een toeter 'Het spijt me'. Alle dieren horen hem en denken dat het voor hen bestemd is. De mier lag nog in bed toen ze een luide stem hoorde. De eekhoorn zat op een tak van een boom toen hij hoorde: 'Het spijt mij'... Het brengt hen allemaal in de war maar ze doen toch voort met hun dagelijkse bezigheden. Als er iemand is die op een grappige en toch ernstige manier de lezer kan bekoren en ontroeren dan is het wel Toon Tellegen. Op een meesterlijke wijze beschrijft hij het leed van de stoftor en laat de andere, ons zeer bekende dieren, hun ding van elke dag doen. Zoals de secretarisvogel die nadacht over een brief die hij wilde schrijven om te zeggen dat woorden niet langer toereikend waren. De eland die ophield met grazen toen hij de woorden hoorde, de schildpad die enzovoort enzovoort ... Soms moet je schateren met al wat Toon Tellegen de dieren laat zeggen, heel frappant, verstaanbaar en grappig vooral. Hij brengt je ook in een andere wereld, een wereld waarin alles mogelijk is. Zoals alleen op de maan zitten bijvoorbeeld en naar de aarde willen maar toch besluiten - om praktische redenen onder andere - toch op de maan te blijven. En nadat de stoftor van alle dieren op aarde een mooie brief heeft gekregen dat hij zeer welkom is op een groot feest staat zijn besluit vast. Daarom antwoordt hij aan al zijn - ondertussen dierbare - vrienden op aarde: 'Ik heb nergens spijt van'. De fantasie in dit mooie boekje met lichtblauwe kaft en een soort sprinkhaan die Stoftor heet is grenzeloos en toch brengt hij een gamma van gevoelens over die heel herkenbaar zijn en een publiek van klein tot groot kan boeien en bovenal stof geeft om over te filosoferen. Een aanrader.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.