Marga Minco leest Het bittere kruid
Marga Minco
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Uitgeleend
|
Bakker, 2013 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : MINC |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Gereserveerd |
Bakker, 1985 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MAG F 5221 |
Magazijn |
Bakker, 1980 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : MINC |
Onno Blom
il/pr/11 a
In 1954 werd, uit protest tegen het voornemen van de regering om van 5 mei een 'gewone' herdenkingsdag te maken, de bundel Nationale snipperdag samengesteld. De uitgever, Bert Bakker, kreeg daartoe een gedicht opgestuurd van Bert Voeten - die in 1946 furore had gemaakt met zijn oorlogsdagboek Doortocht - en een kort verhaal van zijn vrouw Marga: 'De kampeerbekers'.
Bakker vond dat een geweldig verhaal en vroeg haar of ze er meer had, want hij wilde die graag uitgeven. Pas in het najaar van 1956 hadden zij weer contact. 'En toen kwam ze', herinnerde hij zich, 'bescheiden als ze is, op een morgen hier, met een héél klein pakje papiertjes en ze zei: 'Dit is het manuscript.' Ik zei: 'Maar lieve schat, daar kan ik niks mee beginnen, daar kan ik niet eens een brochure van maken. Dat wordt misschien 40 pagina's en dat kan ik als boek niet realiseren.''
Maar Minco was niet van plan om voor haar debuut meer te maken. De 23 verhaaltjes waren eindeloos geciseleerd, kleiner en kleiner geworden, in wel zeven of acht versies - met dit 'pakje' als resultaat. Er stond geen woord te veel in. Daarop liet Bakker het boek illustreren door Herman Dijkstra, dreef de Ooievaarpocket uit tot 128 pagina's en liet er in 1957 meteen tienduizend drukken. Anders was het financieel niet haalbaar.
De exemplaren vlogen weg - en zijn dat blijven doen. Het bittere kruid werd een van de meestgelezen boeken uit de Nederlandse literatuur. Een 'kleine kroniek' van grote kracht.
Voor Marga Minco, die vorige week haar 100ste verjaardag vierde, was de literaire vorm die ze had gekozen bittere noodzaak. Zowel haar oudere broer Dave en zijn vrouw Lotte, als haar zus Bettie en haar vriend Hans, als haar beide ouders waren tijdens de bezetting door de Duitsers opgepakt, afgevoerd en in concentratiekampen vermoord.
Zelf was ze ontsnapt door bij de inval in haar ouderlijk huis - het Joodse gezin was noodgedwongen verhuisd naar het getto van Amsterdam - door het tuinpoortje te vluchten en onder te duiken.
Die feiten waren zo gruwelijk, ze leed zo onder het verlies, dat ze het wel klein móést houden. Ze kon alleen maar op onderkoelde wijze verslag doen van wat haar was overkomen. 'Ik moest op mijn tenen lopen', vertelde ze later, 'mijn adem inhouden, om over mijn oorlogservaringen te schrijven.'
Doordat je de gebeurtenissen ziet door de ogen van een jonge vrouw, nog bijna een meisje, komt de verschrikking harder aan. Dat effect wordt nog eens versterkt door de houding van de vader, die het gevaar stelselmatig ontkent. ''Hier kan zoiets nooit gebeuren', zei mijn vader, 'hier is het iets anders.''
Door de onuitgesproken, maar glasheldere stijl krijgt alles een dreigende lading. Het hoofdstukje 'De sterren' klinkt als het schitterende uitspansel, maar het gaat om de felgele Jodensterren, die de vader mee naar huis neemt alsof het cadeautjes zijn, en die de stigmatisering symboliseren en de vernietiging aankondigen.
Het hoofdstuk waarin de ouders van het meisje worden opgepakt heet simpelweg 'De mannen' - maar je weet onmiddellijk wat voor mannen het zijn. Je weet ook wat voor huiveringwekkends er staat te gebeuren, al lijkt het voor de personages, ondanks alle voorafgaande tekens en verschrikkingen ten spijt, toch nog een verrassing: de bel gaat. 'We bleven zitten en keken elkaar verbaasd aan. Alsof we ons afvroegen: Wie zou daar zijn?'
Het bittere kruid is een bezwering. Opgeschreven met ijzingwekkende ironie, alsof de woorden onder een dun laagje ijs zitten, waar je elk moment doorheen kunt zakken. Dat Marga Minco het boek moest schrijven, was omdat zij haar ouders, broer en zus niet wilde vergeten. Op papier kon ze hen opnieuw tot leven wekken.
Toen ze haar verhaaltjes aan Bert Bakker overhandigde, dacht ze nog dat niemand die zou willen lezen. Maar toen bleek dat de kleine kroniek wél werd gelezen, en door zovelen, gaf dat haar grote voldoening. 'Ik besefte dat mijn familie hiermee langer zou leven dan ik.'
31/12/2001
Schrijven over iets, maar het toch niet letterlijk aanraken dat is de techniek die Marga Minco hanteert in haar bekroonde werk Het bittere kruid. Haar sobere -- typisch Noord-Nederlandse -- schrijfstijl biedt de lezer hoffelijk een weg om een afgrijselijke waarheid heen en confronteert ons op deze wijze wel heel ongebruikelijk met de holocaust, maar daarom zeker niet minder aangrijpend. Dit is een getuigenis waarbij men niet hoeft terug te vallen op een arsenaal van sentimenten en gruwelijke details. Het droge verhaal op zich volstaat om ons naar de keel te grijpen.
Het hoofdpersonage is een heel gewoon meisje met vriendjes en vriendinnetjes, een vader en een moeder. Dochter van joodse ouders zijnde, verschilt haar levensstijl slechts in kleine vormelijke opzichten van die van ieder ander Hollands meisje. Marga hoeft zich echt om niets zorgen te maken. Ze heeft een mooie kindertijd voor de boeg, ware het niet dat ze pech heeft kind te zijn in oorlogstijd en dat de deportatie vanachter een hoekje loert. Het gezin onderdrukt de spanning en gaat door met functioneren met een filosofie van 'we zullen wel zien wat er komt'.
Marga's belevenissen zijn die van een kind. Onschuldig en nietsvermoedend vertelt ze over haar leventje. De oorlog is slechts achtergrond, iets dat je erbij neemt. Marga maakt er dan ook geen probleem van dat haar buurmeisje haar racket komt lenen, want zij heeft die toch niet meer nodig nu ze spoedig naar het getto zullen verhuizen. Het buurmeisje mag meteen ook alle andere leuke spulletjes uit haar kamer meenemen.
Onschuldig dus, maar hier wel duidelijk neergeschreven door een volwassen vrouw. Een vrouw die als kind één voor één al haar familieleden moest prijsgeven. Ze zag ze vertrekken naar een verre plaats die ze niet kende, maar waar ze weinig goeds van had gehoord. Uiteindelijk rest haar niemand meer, uitgezonderd zichzelf. Haar oude oom -- die elke dag op de tram staat te wachten die zijn familie zal terugbrengen -- wordt in dit opzicht niet alleen een tragisch, pathetisch overblijfsel, maar tegelijkertijd vormt hij eveneens een tegenpool. Marga kan niet wachten. Zij kan niet anders dan verder gaan, heeft geen boodschap aan illusies. Dit is de harde realiteit van een kind voor wie de omstandigheden geen keuze laten. Langzaam werkt de schrijfster naar een einde dat voor de onvoorbereide lezer bijna een bitterder pil lijkt om te slikken, nl. het besef dat: "Zij zouden nooit terugkomen, mijn vader niet, mijn moeder niet, Bettie niet, noch David en Lotte."
Het bittere kruid is een beklijvend verhaal dat zeker zijn plaats verdient tussen andere holocaustliteratuur, al was het maar om de unieke vorm en toon. De schoonheid waarmee iets heel lelijks wordt beschreven dus. [Anke Van Lancker]
Redactie
In de bekende novelle 'Het bittere kruid' schrijft Marga Minco (1920) over de jodenvervolging tijdens de bezettingstijd. In korte hoofdstukken realiseert zij de sfeer van toenemende onzekerheid en angst. Zelfs als de bezetter toeslaat, blijft er nog een spoor van hoop om aan het lot te ontkomen. Met kleine middelen roept de schrijfster een sfeer op van dreiging, ongegronde hoop en verwachting, die precies weergeeft wat in die jaren in de harten van de vervolgden leefde. Achterin een verklarend woordenlijstje met joodse termen. Vrij kleine druk.
Jann Ruyters
ua/an/11 j
Het antisemitisme kwam natuurlijk niet pas met de nazi's ons land binnenvallen in 1940, het was er al. Dat is het aangrijpendste in 'Het bittere kruid' (1957): hoe gewoon de mensen die opklimmende anti-Joodse maatregelen lijken te vinden. Marga Minco (1920) laat het tot je doordringen via ingehouden, sobere scènes. Haar verhaal opent in Breda waar de jonge vertelster en haar vader naar huis terugkeren na een korte evacuatie in het begin van de oorlog. Ze ontmoeten een buurman die zijn zorgen uitspreekt over de toekomst. Het is druk op straat, veel vreemde auto's en motoren. "Er passeerden ons nu geregeld soldaten van de bezettingstroepen. We liepen er gewoon langs. "'Zie je wel,' zei mijn vader, toen we al bijna thuis waren, 'ze doen ons niets.' En terwijl we voorbij het hekje van de buurman liepen, mompelde hij nog eens: 'Ze doen ons niets.'"
Die bezwering wordt al gelogenstraft in het volgende hoofdstuk waarin de vertelster terugdenkt aan kleine pesterijen van jaren eerder: zij en haar zusje werden onderweg naar school uitgescholden, kinderen mochten niet bij hen komen spelen. Die toen nog verholen vijandigheden zijn door de bezettingsmacht nu omgezet in regels en wetten. In 'De sterren' naait het gezin de Jodensterren aan hun kleren wat gezien de vier punten nog best een gedoe is. In 'De foto's' wordt op initiatief van de moeder een fotograaf bezocht: "Weet je het is zo'n aardig aandenken voor later", zegt een buurvrouw. "Je kunt nooit weten wat er nog zal gebeuren en dan heb je tenminste een foto van elkaar." In 'Het gebeurde' blijkt de oudere zus van de 'ik' te zijn weggevoerd. De vertelster verwoordt de gruwel zonder het echt te zeggen: "Toen die morgen het telegram uit Amsterdam kwam, was mijn eerste gedachte: iemand moet zich vergist hebben. Maar dat was niet zo."
Wat er gebeurt is ongelooflijk maar iedereen doet alsof het normaal is. 'Het bittere kruid' leest nu als een dystopie over een onafwendbare apocalyps. Onafwendbaar gezien de werkelijkheid buiten het gezin, waar bezorgde en angstige lotgenoten zijn, maar ook weinig invoelende omstanders die hun eigen voordeel zoeken. Echt in en in treurig is in 'In bewaring' hoe een buurmeisje langskomt voor het tennisracket van de vertelster: "Ik dacht, ik zal het maar vragen. 't Is zonde als het in de kast blijft staan en er komt voorlopig toch niks van tennissen bij jullie."
Nergens wordt gesproken over de Duitsers. Minco zei in een interview met Jan Brokken in 1980 dat ze dat woord in 1957 nog niet uit haar pen kon krijgen. Een overvalwagen die de straat in rijdt, zwarte laarzen die opduiken voor het souterrainraam - dat was genoeg, vond ze. De naam van de vertelster wordt niet genoemd, ook haar nieuwe naam niet, die ze krijgt als ze gaat onderduiken. Het laat de eenzaamheid van deze jonge vrouw die zonder familie achterblijft in een van haar afgekeerde wereld nog sterker voelen.
Minco boetseerde lang aan de tekst. Ze schreef verschillende versies en bleef zelfs na het succes, vertalingen en volgende drukken (het boek is nu aan zijn 59ste druk toe) nog aan het verhaal sleutelen. "Geen twee woorden als een woord genoeg is." Die geserreerdheid kenmerkt ook de latere teksten van Marga Minco, zoals het korte verhaal 'Het adres' waarin een Joodse vrouw aanbelt bij de vrouw aan wie haar in Auschwitz vermoorde ouders hun spullen in bewaring hebben gegeven en ze in de woonkamer van de afwerende bewoonster verloren bezittingen herkent. Of de korte roman 'Een leeg huis' waarin Minco de eerste jaren na de oorlog schetst waarin van een thuiskomst geen sprake kan zijn. "De jaren vijftig waren ellendig" vertelde Minco aan Brokken. Je moest leven naast mensen die geen idee hadden van wat je overkomen was, dat eigenlijk ook niet wilden weten en het er liever niet over hadden, uit schaamte of schuldgevoel. Minco ging schrijven om het verleden terug te halen, de doden in leven te houden.
"Marga Minco schrijft alsof de oorlog alleen maar beschreven kan worden door de ogen van een kind of een bijna-volwassene", constateerde Arnon Grunberg eens treffend. Een kind kijkt naar de wereld met verwondering maar aanvaardt de buitenwereld ook als een gegeven. Dat samengaan van vervreemding en naïviteit geeft 'Het bittere kruid' zijn uitzonderlijke zeggingskracht. Het snoert je keel dicht. Nog steeds.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.