Olijven moet je leren lezen : een cursus genieten van poëzie
Ellen Deckwitz
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Atlas Contact, 2015 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : POEZIE : DECK |
Paul Demets
ru/eb/11 f
Dichters die het willen waarmaken op het podium weten dat hun gedichten verhalend genoeg moeten zijn, verrassend, beeldend. En dus moet de betekenis ervan meteen duidelijk zijn. Als ze poëzie in bundelvorm publiceren, valt deze laatste noodzaak natuurlijk weg. Maar het valt op hoe Charlotte Van den Broeck en Ellen Deckwitz, die allebei hun eerste stappen op het podium hebben gezet, hun ervaring gebruiken om tot poëzie te komen die een sterk appel aan de lezer doet.
Charlotte Van den Broeck (°1991) is nog erg jong, maar dat is aan haar debuutbundel Kameleon nauwelijks te merken. Of het zou aan de thematiek moeten liggen. Haar poëzie gaat in sterke mate over de zoektocht naar identiteit: over de verandering die ieder van ons eigen is, maar specifiek ook die van meisje tot vrouw. Ze hecht veel belang aan lichamelijke details, zoals blijkt uit het gedicht hiernaast. En ze heeft het over mannen en vrouwen en wat ze met elkaar doen: 'Slechts dit afgelegen tijdstip waarop we onze vorm verloren./ Volgens de wetten van wederkerigheid/ kan het steeds weer aan het begin komen// weer armen uit de jurk gehaald, elkaar/ in beweging brengen/ ritme vinden.'
In haar stromende versregels vol associaties lijkt ze ervoor te pleiten de ratio opzij te schuiven, maar de werkelijkheid blijft aanwezig: 'We gooiden een anker, zeiden hier stopt alle Rede./ Als we ooit weer wilden denken,/ konden we naar dat anker terugkeren.'
De schijnbare naïviteit van het meisje in haar poëzie valt op. Achter haar schuilt een vrouw die verdomd goed weet hoe de dingen naar haar hand te zetten en zich te handhaven in de werkelijkheid. 'Vind je me lekker, wil je nog meer', vraagt ze in 'Charlottepudding'. Om te eindigen met: 'Ik weet niet wat jij het mooiste vindt,/ maar geluk is maakbaar/ volgens bepaalde afdelingen in boekenwinkels/ dus kneed mijn gezicht/ in eender welke vorm/ tot het lijkt op het masker van je blijspel.// Ik ben minder tragisch dan je denkt.'
Charlotte Van den Broeck plaatst zich met haar debuut in het gezelschap van dichters die de voorbije jaren het poëzielandschap in Vlaanderen met verrassend sterke poëzie vol ongewone beelden een opmerkelijke, vrouwelijke toets hebben gegeven. Kameleon is een vroegrijp, maar zeker geen prematuur debuut, dat ons regelmatig een andere kleur doet krijgen.
Waterpsalm
In De blanke gave, de derde bundel die Ellen Deckwitz (°1982) in korte tijd publiceerde, na De steen vreest mij (2011) en Hoi feest (2012), vinden we weliswaar spreektalige uitdrukkingen als 'ach jong' en 'hallo', maar haar poëzie is zeker niet eenduidig. Dat komt onder andere doordat zij ons doet reizen door de geschiedenis.
Zo heeft ze het in 'Eerste waterpsalm' over dieren die een kar voorttrekken en belanden we via het gebed van de vader in het Oude Testament: 'Af en toe loeit er eentje zacht. Zij weten niet/ dat ze weggaan. Zij moeten zich veiliger voelen// dan ik. De vader bidt vaak voor zijn aardappels/ met vlees. Hij heeft vooraf graag een citaat// en houdt van Noach. Met de dieren naar een plek/ waar niets meer vloeit.'
Of we zitten plots in de zestiende eeuw, aan het Noordzeestrand, waarbij Filips de Tweede van Spanje en Willem van Oranje elkaar lijken te ontmoeten: 'Ze ontdeden zich van kanten kragen. Legden/ met bont gevoerde mantels af. Hun penningen/ rustten tussen even lege schelpen.' Van de onderhandelingen maken ze een jongensachtig spelletje: 'Wie het verst kan, zei er een, en ging/ kopje onder. Zo verdwenen ze in de golven./ Toen was dat nog een vorm van praten.' Je zou willen dat de politici van vandaag de problemen ook zo zouden aanpakken. Maar je beseft tegelijk dat het sprookjesachtige karakter en de graad van surrealiteit in de poëzie van Ellen Deckwitz groot zijn. Dat maakt ze ook zo aantrekkelijk.
Veel gedichten hebben met het water te maken. Misschien is dat wel een bezorgdheid van de dichter: enerzijds dreigt er in grote delen van de wereld ernstige waterschaarste, anderzijds bestaat er een steeds groter gevaar voor overstromingen. In de bundel vinden we dan ook vijf 'waterpsalmen ' terug, waarin we onder andere deze toekomstbeelden lezen: 'Hoe lang nog, mijmert een oude zandzak,/ voor we de overstroming zee zullen noemen.// Een colonne wolken zwengelt aan. Hoe/ lang nog voor het droge zich tot oever/ africhten laat.'
Sommige gedichten zijn ook onheilspellend, bijvoorbeeld wanneer mensen op dieren beginnen te lijken. De wereld waarnaar Ellen Deckwitz ons meevoert, is niet zomaar een verwijzing naar klimatologische omstandigheden. Zo wordt in 'Een jas' het water ook een metafoor voor een relatie die op de klippen lijkt te lopen: 'ik dacht aan de muntjes/ die we in een put wierpen// om je wensen te laten ontkomen/ komt het steeds op hetzelfde neer// je wilt iets verlaten/ en gooit het op water.'
Charlotte Van den Broeck en Ellen Deckwitz zijn nog tot 19 februari te zien op de literaire tournee Saint Amour.
www.begeerte.be.
Charlotte Van den Broeck, Kameleon, De Arbeiderspers, 62 p., 18,99 euro.
Ellen Deckwitz, De blanke gave, Atlas/Contact, 62 p., 15 euro.
PAUL DEMETS ■
Els van Geene
In de surreële wereld van Deckwitz (1982) is "water" het sleutelwoord, water dat kustlijnen en oevers opslokt, gletschers doet smelten en alle "vastgoed" laat onderlopen. Wie de vaderlandse geschiedenis kent, weet dat het al bij Willem en Filips begon, die al onderhandelend, in de stijgende zee voorgoed kopje onder gingen. Daar komt dan in onze tijd de opwarmende aarde bij, plekken waar niets meer vloeit, de zee bruin is en de blauwe lucht verbannen. Hoe was dat eens? Het land was een gondel voor de "drogen", 't water "hield je voor de sier" en moeders beklommen iedere zondagmorgen de rotsen "met kinderen met ducttape op hun ruggen geplakt". Die concrete herinneringen zijn vaak geestig of diepgravend. Als apocalyptisch beeld van 'n ondergang is deze bundel echter minder aansprekend. De sprookjesachtige, speelse momenten zijn oud-slamkampioene Ellen Deckwitz wel toevertrouwd. Het beoogde "grote drama" mist echter de woordkracht om de lezer echt te raken.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.