Land zonder staat : Congo 50 jaar onafhankelijk
Guy Poppe
Guy Poppe (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Meulenhoff/Manteau, 2009 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : Congo-Kinshasa 945.6 |
31/12/2009
Veertien gruweljaren in Congo
"De boom waarnaar ze stenen gooien, is die met de meeste vruchten", legt een Congolese dominee uit Bunia het beeldrijk uit aan Guy Poppe. Het gewelddadig plunderen van een potentieel rijke natie, het is een van de vaak terugkerende tropen in zijn stevige 'Congodagboek', waarin hij bericht over de veertien gruweljaren die Congo overkwamen sinds de overwinning van Kabila op Mobutu. Het is het relaas van de jammerlijke herhaling, niet alleen omdat er niet zoveel verschil blijkt te bestaan tussen de regimes van Mobutu en de Kabila's, of omdat je steeds weer de inmenging van Rwanda ziet in het patroon van rebellieën, maar ook omdat de journalist een vorm aan zijn boek gaf die leidt tot herhaling en versnippering.
Oud-journalist Guy Poppe was het zo'n beetje aan zichzelf verplicht om met een 'groot' boek over het Congo na Mobutu uit te pakken. In recente jaren had hij meermaals zijn ongenoegen geuit over het gebrek aan ernstige media-aandacht voor Congo en Afrika in het algemeen. Bij zijn pensioenering in 2007 voelde je enige opluchting dat hij niet langer mee moest in de jacht op snelle en exclusieve beelden die het nieuws tegenwoordig uitmaken. Terzelfdertijd groeide de laatste jaren de waardering voor de reportages van Guy Poppe, omdat hij door alle omwentelingen in de relatie tussen Congo en België heen steeds dezelfde kritische distantie behield en zich nooit verbrandde aan deze of gene figuur, overmatig engagement of koloniaal gekleurde nostalgie. Zijn reportages waren niet spectaculair, maar grondig geïnformeerd, onderbouwd en divers. Waar hij de bal missloeg, was hij niet te beroerd om dat toe te geven.
Sinds 1977 en de eerste Shaba-crisis volgt Poppe voor het VRT-radionieuws de ontwikkelingen in Congo. Af en toe verzorgde hij langere bijdrages in tijdschriften, en in 1998 schreef hij De tranen van de dictator (Icarus VRT), een van de betere boeken over Mobutu, het einde van diens regime en het weinig belovende begin van Kabila's bewind. De laatste zinnen van dat boekje, "De toekomst lijkt op het recente verleden. Is Mobutu back in town?", hoor je ook weerklinken in De boom waarnaar ze stenen gooien. Bij Kabila sr. en jr., hun regeringskringen, maar ook bij hun uitdagers, ziet Poppe de machts- en corruptiemechanismes terug die het Mobutu-tijdperk kenmerkten. De context van die zelfverrijking, plundering van bodemrijkdommen en maatschappelijke ondergang is nu evenwel anders en Poppe schetst die uitgebreid. Helaas schrijft hij dat veel minder bondig neer dan in De tranen van de dictator. Natuurlijk valt er heel wat te vertellen over de (burger)oorlogen in de laatste vijftien jaar, duurt het even om het complexe kluwen van strijdende partijen en betrokken buurlanden uit te leggen en moet dat aangevuld worden met het perspectief van de slachtoffers en de kleine lichtpuntjes in al die jaren van ellende. Maar het volume van dit massieve, fraai uitgegeven boek wordt in hoofdzaak bepaald door de dagboekvorm. Per dag dat hij in Congo verbleef of over Congo rapporteerde biedt Poppe een notitie, kort of lang. Het boek gaat eigenlijk pas goed van start in 2001, wanneer Laurent Kabila vermoord wordt en zijn zoon aan de macht komt. Vanaf dat jaar gaat Poppe weer op reportage in Congo en maakt hij lange stukken over de oorlogsmisdaden in Ituri, de rebellieën en grondstoffenwedloop in Kivu, de geïsoleerde dorpen in de Evenaarsprovincie, de woelige aanloop naar de verkiezingen etc.
Poppe had duidelijk een heleboel divers materiaal liggen over Congo en koos tijdens het schrijven voor de dagboekvorm, met volgende verantwoording: "Op die manier kon ik de momentopnames bewaren, ook al bevatten ze af en toe een overpeinzing, een mening of zelfs informatie die de feiten achteraf irrelevant maakten. Soms moet je als journalist immers nederig beseffen dat de actualiteit die je beleeft de (wereld)geschiedenis van morgen is en dat je pas later, als je de gepaste afstand kunt nemen, als eenmaal de geschiedenis de actualiteit naar het verleden verdrongen heeft, met de nodige diepgang de precieze draagwijdte van een gebeurtenis kunt schetsen. Op zo'n moment zit je tegen de grens van de journalistiek aan." Deze woorden getuigen van de ernst en eerlijkheid van een journalist die zich streng, misschien te streng aan zijn deontologie en ethos wil houden. Het zijn zinnen die gelicht zijn uit de twee kritische essays die Poppe schreef over het gebrek aan diepgaande Afrika-berichtgeving in het dagelijkse nieuws: 'De stilte voor de storm was oorverdovend' ('De Standaard', 8/4/2006) en 'De wereld buiten beeld in de media?' ('Mo*paper' 6, maart 2007). Het lijkt er in De boom waarnaar ze stenen gooien op dat Poppe zichzelf met die kritische stukken verlamd heeft en niet los kan komen van zijn oorspronkelijke materiaal om een overzichtswerk te betrachten van het Congo na Mobutu. Dat overzicht zit in het boek, maar te verspreid, versnipperd, met flink wat herhaling en niet altijd even relevante passages. Te vaak kom je in Poppes boek dezelfde geschiedenissen (bv. hoe Kabila aan de macht kwam), argumenten (bv. hoe Rwanda de grote onruststoker is) en verzuchtingen (bv. hoe hard de Congolezen wel niet kunnen werken) tegen. Had Poppe zijn materiaal meer bewerkt en overzichtelijk gemaakt, dan hadden zijn 'grote boek' en journalistieke missie aan overtuigingskracht gewonnen.
Ondanks die disparate dagboekvorm merk je toch enkele progressies in het boek. Zo vraagt Poppe zich in 2001 af of en hoe het Westen kan ingrijpen in een falende staat zoals Congo. Hij heeft veel sympathie voor de ontwikkelingsplannen van Eddy Boutmans, maar vindt toch dat het initiatief niet volledig verwacht kan worden van de neergeslagen Congolese bevolking. Later, wanneer westerse diplomaten in 2006 tussenkomen om de verkiezingen te kunnen laten doorgaan, kiest Poppe stellig voor de gerichte interventie ten gunste van de democratisering van Congo. Verder pleit hij voor concrete ontwikkelingsinitiatieven, zoals het herstellen van de wegeninfrastructuur en het verlenen van microkrediet, want daaraan ontbreekt het de vele ondernemingsgezinde Congolezen aan. Voor deze vormen van gerichte interventie zet Poppe geen grote theorieën op, maar biedt hij concreet en helder voorbeeldmateriaal aan, zoals het lange hoofdstuk over de aanloop naar de verkiezingen van 2006. Ook de knappe reportage in de Evenaarsprovincie (2004), waarin hij een tocht naar het einde van de wereld lijkt te maken, naar dorpjes die steeds geïsoleerder zijn, tot daar waar hij niet raakt, omdat er geen weg meer is of omdat een gemeenschap zich heeft afgekeerd van de buitenwereld.
In zo'n lange reportages vol veelzeggende voorbeelden ervaar je het voordeel van Poppes keuze voor de momentopname, voor de dagboekvorm. Op andere plaatsen kan Poppe inzichtvolle details bieden en kritische noten plaatsen bij wat wel in beeld komt in ons nieuws, zoals bij de hyperkinetische, maar zelfverheerlijkende diplomatie van Louis Michel. Maar voor zijn fundamentele visie op Congo en zijn ontwikkeling had Poppes boek baat gehad bij een meer systematische aanpak en academische inbreng. Het had bv. zijn overtuiging dat Congo een land is "dat naar de verdoemenis gaat, waar mensen wonen die niet opgeven" meer kracht, diepgang en nuance kunnen geven. Poppe herhaalt graag hoe hij steeds weer versteld staat van de vindingrijke Congolezen. Wetenschappelijke studies wijzen echter uit dat het niet louter een kwestie is van een falende staat en corrupte leiders versus een ondernemend en naar democratie verlangend volk. Afrika is ondernemend ('Africa works') en kent maatschappelijke structuren die toelaten een traumatische gebeurtenis onverwacht snel te overwinnen. Wanneer er een einde komt aan conflicten en er een zeker basiskapitaal voorhanden is, leven handel en samenwerking vlug weer op. Terzelfdertijd vertonen die maatschappelijke structuren negatieve aspecten, zoals nepotisme en gebrekkige kapitaalsaccummulatie, die de bloei beperkt en kortstondig houden. Het onderkennen van die positieve en negatieve kanten van vaak eeuwenoude structuren, levert voordelen op voor het plannen van initiatief en ontwikkeling. In Poppes reportages vind je indicaties van dit alles terug, maar dan zonder die diepere samenhang en theorievorming. Het is vreemd dat een journalist die zo ernstig en eerlijk over Afrika wil berichten en een tegengewicht wil bieden aan het al te oppervlakkige nieuws over dat continent, het grotere overzicht en de wetenschappelijke inbreng schuwt. [Chris Bulcaen]
Harrie M. Leyten
Dit lijvige boek beschrijft in chronologische volgorde de (politieke) gebeurtenissen in Congo tussen 1996 en 2009. Het is gebaseerd op dagboekfragmenten die de auteur optekende tijdens zijn vele en moeizame reizen door het land, op gesprekken en interviews die hij had met regeringsleiders, politici, krijgsheren en talloze burgers in Congo, maar ook met Belgische politici, ambassadeurs, artsen, missionarissen en zakenlieden. De auteur reflecteert ook op de gruwelijke geschiedenis van Congo ten tijde van Koning Leopold en de perikelen rond de onafhankelijkheid in 1960. De auteur is een zeer ervaren journalist en Afrikakenner, met een uitgebreid netwerk van informanten in alle lagen van de bevolking. Het boek geeft een zeer gedetailleerd, maar tegelijk ook genuanceerd beeld van de hel waar Congo zich in bevond in die jaren: corruptie, wetteloosheid, moordpartijen, verkrachtingen, de plundering van het land door de elite, maar ook de kwalijke invloed van Rwanda en de halfhartige houding van de Westerse landen. Een openhartig en belangwekkend document over de recente geschiedenis van Congo. Het verdient een brede lezerskring onder journalisten, diplomaten, studenten Afrikaanse geschiedenis en diegene die direct of indirect te maken hebben met centraal Afrika.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.