Geronimo : roman
Leon De Winter
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Bezige Bij, 2008 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : WINT |
31/12/2008
Vooraan in De Winters roman Zionocco staat als motto het Joodse gezegde: "Wie niet in wonderen gelooft is geen realist" en even over halfweg van God's Gym ontmoet het personage van de schrijver een van terrorisme verdacht personage. Dat stelt deze bewonderende vraag: "Ik vind het fascinerend wat jullie doen, met je fantasie een verhaal opbouwen, daarvoor heb je lijkt me heel veel discipline nodig, en concentratie... Heb ik gelijk?" Waarop de schrijver repliceert: "Je hebt gelijk". Volgens Leon de Winter doen schrijvers niets anders dan omstandigheden tot een verrassende samenloop dwingen en niet bestaande werkelijkheden creëren die dan gemanipuleerd worden.
Zo'n niet bestaande werkelijkheid die toch heel realistisch overkomt, is de staat Israël in 2024; De Winter beschrijft hem in de proloog en bijna het gehele tweede deel van zijn recent verschenen roman Het recht op terugkeer. Op het kaartje dat de proloog voorafgaat, blijkt dat het territorium van Israël op dat moment gereduceerd is tot zowat een derde van wat het was in 1948. Nazareth en Haifa in het noorden liggen buiten de uiterst beveiligde grens, zelfs de hoofdstad Jeruzalem in het oosten.
Iemand die in 2024 een grote joodse stad in wil, moet aan controleposten door een elektronische poort en een sluis waarin zijn DNA binnen de kortste keer gecheckt wordt op etnische Joodse kenmerken. Gevechtshelikopters die niet veel meer geluid maken dan de vleugels van een roofvogel houden alles nauwkeurig in de gaten.
Hoofdpersoon in Het recht op terugkeer is Bram Mannheim, zoon van een wereldberoemde biochemicus en Nobelprijswinnaar. Aan het einde van de jaren '80 is hij op zijn achttiende vanuit Nederland naar Tel Aviv geëmigreerd, heeft er legerdienst gedaan in de toenmalige bezette gebieden en is er een gerenommeerde postzionistische historicus geworden die nog in vredesprocessen geloofde. Hij trouwde een bloedmooie Indiase arts en werd vader van een zoontje, Ben. Bram Mannheim krijgt dan een aanbod om in Princeton te gaan doceren, maar slaat het af uit loyauteit met de bewoners van het onveilige Israël en nog altijd gelovend in het wonderlijke experiment van de totstandkoming van dat land. Tot zijn zoontje slechts als bij wonder aan een terroristische aanslag ontsnapt.
In de buurt van Princeton koopt Bram een landhuis dat gerenoveerd moet worden. We zijn ondertussen augustus 2008 en dan verdwijnt Ben terwijl zijn vrouw onderweg was naar het verjaardagsfeest van haar vader in Tel Aviv. De Winter neemt de lezer dan mee naar Santa Monica in Californië in 2010, een station in de queeste van een haveloze, maar ondanks alles nog weerbare Bram naar zijn verdwenen kind, dat hij met op een getallenfetisjisme gebaseerd geloof hoopt weer te vinden. Maar het wonder gebeurt niet. Een auctoriale ingreep zorgt ervoor dat Bram Mannheim terugkeert naar Tel Aviv en zijn intrek neemt in de flat van zijn vader. In een opslagbox van die flat verzamelt hij op prikborden, zoals bekend uit politieseries, de mogelijke pistes die kunnen leiden tot de verklaring van de verdwijning van zijn zoon. Na ingenieus speurwerk concludeert hij dat de aannemer die zijn landhuis had moeten renoveren, een pedofiel is die zijn zoontje ontvoerd heeft. Hij keert terug naar Amerika, zoekt de man op en vermoordt hem. Uiteindelijk zal Bram ontdekken dat zijn zoontje gekidnapt werd om opgeleid te worden tot moslimfundamentalist en zelfmoordterrorist.
Het recht op terugkeer is een roman overvol thema's. Wetenschappelijke vooruitgang en technologische hoogstandjes worden geprojecteerd tegen de apocalyptische wand van een gekrompen Israël, dat De Winter confronteert met een doemscenario: zal deze staat verdwijnen of overleven? Het is een politieke thriller van een schrijver met een boodschap, die als een god het noodlot beheert. De vader dient ten slotte als lokaas om een tot moslimfanaticus bekeerde joodse jongen uit te schakelen. Om hem te redden moet hij hem op genade of ongenade uitleveren aan de autoriteiten van zijn land. Niet alle verhaaldraden worden even stevig verknoopt, maar dat doet niets af aan het feit dat het een compositorisch doortimmerde en bij wijlen adembenemende roman is. [Joris Gerits]
Redactie
Zes jaar na God's Gym verschijnt deze nieuwe, lijvige, roman van Leon de Winter. Het is 2024. In een tot schokkende proporties teruggebracht Israël, onherkenbaar veranderd en zwaar beveiligd, leeggestroomd en stervend, rijdt ambulanceman Bram Mannheim zijn diensten. Samen met een vriend werkt hij bovendien aan het opsporen van verdwenen joodse kinderen. Ooit, in 2008, is zijn eigen zoon in Princeton in Amerika verdwenen, een gruwelfeit dat zijn geluk heeft vernietigd. Het verhaal over de onderbroken zoektocht naar zijn zoon, over het leven van Mannheim in 2024 in een door moslim zelfmoordterrorisme bedreigd Israël, over het ontwaken uit zieltogende berusting, vertelt De Winter bloedstollend spannend. Nog belangrijker dan het toeval bij de voortgang van het verhaal blijkt het gebruik van DNA- en computertechnieken. Dit boek is een queeste en een thriller. Een toekomstroman en een familiegeschiedenis (prachtig is de beschreven vader-zoonverhouding). Een onderbroken liefdesgeschiedenis en een strekkingsroman. Een kosmopolitische roman die je niet loslaat. Paperbackeditie, kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.