Decamerone
Giovanni Boccaccio
Frans Denissen (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Bakker, 2007 |
VERDIEPING 4 : BLAUWE TOREN : GESCHIEDENIS : ITALIE 947 MUSSOLINI |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Bakker, 2007 |
VOLW. : NON FICTIE : ITALIE 947 MUSSOLINI |
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Bakker, 2007 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : ITALIE 947 MUSSOLINI |
31/12/2007
De geroemde literaire vertaler en schrijver Frans Denissen raakte enkele jaren geleden bij het lezen en vertalen van de werken van de Italiaanse auteur Carla Emilio Gadda gefascineerd door de figuur van Mussolini én door de vrouwen die hem omringden. Vooral de tragische, mythische liefde tussen de dictator en Clara Petacci, inspireerde hem. Hij las honderden boeken, tijdschriftartikelen en kranteninterviews en trok naar Italië om op een aantal historische locaties de sfeer op te snuiven. Het resultaat is De vrouwen van Mussolini, volgens de auteur geen geschiedenisboek, maar 'een roman zonder fictie'. Goed gevonden, maar de term 'historisch essay' is even goed op zijn plaats.
Liefde en fascisme
"Giobetta Ciani, een jeugdvriend, beschrijft hoe hij in 1907 met Benito een fietstochtje maakte in de bergen rond Tolmezzo. 'Als ik niet eerst kan neuken, kom ik niet meer vooruit,' riep Mussolini op een bepaald moment uit. En aangezien er in geen velden en wegen een vrouw te bekennen was, maakte hij prompt rechtsomkeert en fietste naar het stadje terug." [...] "'Hij trok er niet eens zijn laarzen voor uit', klaagde één van zijn bezoeksters" [...] "'Ik kan zeggen dat Mussolini twintig jaar lang, afgezien van een paar onregelmatige tussenperiodes in de tijd van la Petacci, elke dag een verschillende vrouw ontving', getuigt zijn kamerdienaar".
De niet-historicus Denissen pakt zijn historische onderwerp erg origineel en inventief aan. Volgens de 'Story'-achtige titel gaat het boek over de vrouwen van Mussolini, hoewel ons ook een kijk "achter de façade van het fascisme" wordt beloofd. Op haast documentaire wijze en ongeveer in chronologische volgorde overloopt Denissen inderdaad het indrukwekkende liefdesleven van de seksuele veelvraat Mussolini. Aan de hand van dagboekfragmenten, brieven, memoires, interviews en verslagen van afgeluisterde telefoongesprekken slaagt hij erin de belangrijkste vrouwen in het leven van Mussolini in kaart te brengen en diepgaand psychologisch te tekenen. Denissen heeft daarbij oog voor de feiten, maar is vooral een weergaloze, suggestieve schrijver die elke minnares tot leven brengt: zijn Russische leermeesteres Angelica Balabanoff, de vasthoudende verpleegster Ida Dalser, de Joodse intellectuele Margherita Sarfatti, de anarchistische schrijfster Leda Rafanelli, de echtgenote van een van zijn fascistische vrienden Angela Curti en natuurlijk de twee absolute hoofdrolspeelsters: zijn echtgenote Rachele Guido (met wie hij vijf kinderen had) en Clara Petacci, die vanaf 1936 zijn hoofdminnares wordt. Volgens voorzichtige schattingen heeft hij buiten zijn huwelijk bij verschillende vrouwen een tiental kinderen verwekt. De beklijvende verhalen van Mussolini's ingewikkelde liefdesleven vormen de evenementiële bovenlaag van het boek. Denissen gaat echter een stapje verder. Hij laat die verhalen interfereren met Mussolini's carrière en de evolutie van de Italiaanse samenleving tijdens de eerste helft van de 20e eeuw. Dat is de dieperliggende structurele laag van het boek. Haast tersluiks en lichtvoetig word je meegezogen in de geleidelijke fascistisering van Italië in de jaren '20 en '30. We doorlopen de verschillende stadia die Robert O. Paxton zo indrukwekkend beschrijft in zijn boek De anatomie van het fascisme (De Leeswolf 2006, p. 135): het stichten van de beweging, het wortelschieten in het politieke systeem, het overnemen van de macht, het uitoefenen van de macht en de uiteindelijke radicalisering en zelfvernietiging. De 53-jarige Mussolini bereikte het absolute toppunt van zijn macht in 1936: hij verovert Ethiopië, roept Italië tot keizerrijk uit, intervenieert in de Spaanse Burgeroorlog en gaat een militair bondgenootschap met nazi-Duitsland aan. Hij wordt overal toegejuicht door "oceanische menigten" en structureert zijn liefdesavontuur met de 24-jarige Clara Petacci. Dat hoogtepunt is tegelijkertijd het begin van de aftakeling: "Nadat hij met de verovering van Ethiopië zijn grootste triomf tot dan toe heeft gevierd, is Mussolini niet meer dezelfde. Hij gaat naast zijn schoenen lopen. Langzaam maar zeker vervreemdt hij van de werkelijkheid, hij begint wat hij graag zijn 'intuïtie' noemt onfeilbaar te wanen...". Denissen brengt die teloorgang treffend in beeld: de overmoedige strategische blunders en de zwakte van het Italiaanse leger, Mussolini's toenemende onderdanigheid tegenover Hitler, de fysieke kwaaltjes, de depressies etc. Hij slaagt erin de paradoxaliteit van de figuur Mussolini te tonen: van onverbeterlijke rebel en anarchist in zijn jeugd tot hoeder van orde en wet; van socialist tot antisocialist; van strijdbaar atheïst en papenvreter tot beschermeling van de paus als "man van de Voorzienigheid"; van antimonarchist en republikein tot man die de Italiaanse koning tot keizer uitroept; van malthusianist tot organisator van de "dag van de moeders", waarop hij de vruchtbaarste vrouwen van Italië ten paleize ontvangt; van francofiel tot bespotter van dat land; van germanofoob tot verheerlijker van de Duitse discipline en gründlichkeit; van pacifist tot militarist; van antikolonialist tot kolonisator; van feminist tot antifeminist; van minnaar van een Joodse vrouw tot antisemiet etc.
Qua structurele opbouw kent Denissen geen grenzen. Hij is geen rechttoe rechtaan verteller, maar doseert zijn verhaal erg verstandig. Lange citaten uit brieven en telefoongesprekken wisselt hij af met analyses van de politieke toestand. Vertellende passages volgen op meer bespiegelende stukjes. Af en toe legt hij zijn verhaal stil om een synthese van de toestand te maken, zodat de lezer bij de les blijft. De chronologische aanpak is vrij losjes. Hij reist doorheen de tijd en legt daarbij interessante links. Een goed voorbeeld van Denissens vrije aanpak en spel met de lezer vormt het beklijvende hoofdstuk over de terechtstelling van Mussolini en zijn minnares Clara Petacci getiteld 'Over een damesslipje, een herenlaars en de moeilijkheid van geschiedschrijving'. Denissen begint dat hoofdstuk met een impressionistische beschrijving van de aan een geïmproviseerde galg ondersteboven opgehangen minnaars op een Milanees plein. Clara heeft geen slipje aan, waarop een legeraalmoezenier snel haar rok weer omhoogtrekt en met zijn broekriem vastgespt. Eens de lezer meegezogen in het verhaal, legt Denissen alles stil. Hij keert op zijn stappen terug en vertelt dan het verhaal van de laatste dagen van Mussolini in Milaan. Vervolgens analyseert hij aan de hand van verschillende getuigenissen de eigenlijke terechtstelling, waarover nog steeds geen onomstotelijke duidelijkheid bestaat. Hij wikt en weegt, om zich vervolgens aan te sluiten bij de relativerende historicus Sergio Luzzatto, die verbaasd is over de eindeloze interpretaties die tot op de dag van vandaag over de laatste uren van Mussolini de ronde doen. "De collectieve verbeelding kan zich niet neerleggen bij de banaliteit van de hele episode".
De vrouwen van Mussolini is een volwaardige historische monografie, een meeslepend, drempelverlagend essay zoals er te weinig worden geschreven. Er vallen slechts enkele minpuntjes te signaleren. Op te sentimentele passages uit liefdesbrieven geeft Denissen zelf onnozele, en weinig ter zake doende commentaar. Het boek van bijna vijfhonderd bladzijden had gerust honderd bladzijden korter mogen zijn. Vooral de lange letterlijke citaten van allerlei 'getuigen' worden soms vermoeiend en te microscopisch. Grootste mankement is het ontbreken van een personenregister. Je moet haast zelf een lijst aanleggen van minnaressen en bastaarden om te kunnen volgen. Ook een tijdtabel met de markantste gebeurtenissen uit Mussolini's (politieke) leven zou de lectuur veraangenamen. Dit zijn echter slechts kleine opmerkingen bij een onverwacht sterk boek, dat het verdient een groot publiek te bereiken. [Gunter Bousset]
Dr. J.L.G. v. Oudheusden
In de nooit aflatende stroom boeken rond fascisme en nationaal-socialisme ontbrak nog een monografie over het liefdesleven van de Italiaanse dictator Mussolini (1883-1945). Die leemte wordt ruimschoots opgevuld door de Vlaamse publicist Frans Denissen. In zijn boek komt Mussolini naar voren als een onverzadigbare vrouwenverslinder. Echtgenote Rachele moest het zich, levend in een gouden kooi, laten welgevallen. Achter het stoere image van de fascistische dictator ging een weifelmoedige en bij tijden depressieve man schuil; sommige minnaressen - zoals de joodse Margherita Sarfatti - waren hem intellectueel de baas en werden invloedrijk. Zijn beroemdste liefje was de lieftallige, maar onbenullige Clara Petacci, die in dit boek verreweg de meeste aandacht krijgt. De auteur deed veldonderzoek in Predappio, Mussolini’s geboortedorp, maar baseert zich verder op bestaande literatuur. Voor beter inzicht in de drama’s van de eerste helft van de twintigste eeuw (Eerste en Tweede Wereldoorlog) is deze soap-geschiedenis weinig relevant; voor liefhebbers van sappige verhalen van liefde en bedrog is het echter smullen geblazen. Met enkele katernen zwart-witfoto's en een literatuuropgave.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.