Ieder het zijne
Leonardo Sciascia
Leonardo Sciascia (Auteur), Frans Denissen (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Serena Libri, 2007 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : SCIA |
31/12/2008
Naar aanleiding van haar tienjarige bestaan bracht uitgeverij Serena Libri onlangs een jubileumuitgave op de markt. Omdat zo'n uitgave geen smaldoek mag zijn, viel het oog op Leonardo Sciascia (Racalmuto, 1921), bekend van De dag van de uil (Serena Libri, 1997), Todo Modo (De Leeswolf 2005, p. 380) of De raad van Egypte (De Leeswolf 2006, p. 113). De keuze voor de twee verhalen uit dit boek is boeiend, en hoewel het tweede pas tien jaar later is geschreven, hebben ze een boel gemeen. 'De dood van Raymond Roussel' en 'Het theater van het geheugen' zijn twee korte verhalen die uitgaan van een waar gebeurd feit en zich afspelen tijdens het fascisme, dat Sciascia kluchtig hekelt. Bovendien bewijzen ze opnieuw dat de Siciliaan in zijn literatuur graag op zoek gaat naar de waarheid en zich als een doorgewinterde stilist ook kan vermaken met gerechtelijke zaken die alleen op juridische waarheid berusten.
Het eerste verhaal vertelt de mysterieuze dood van de Franse schrijver Raymond Roussel. Het is waarschijnlijk Sciascia's minst bekende verhaal, maar daarom in geen geval minder sterk. Roussel erfde op 17-jarige leeftijd een fortuin, leed een opmerkelijk leven en liet een curieus literair oeuvre na. Op 14 juli 1933 wordt de Fransman in een "wit nachthemd, witte onderbroek, zwarte kousen en champagnekleurig kamgaren onderhemd" dood aangetroffen op een kamer van het Hotel des Palmes in Palermo. Het besluit van een gerechtelijke expert sluit een gewelddadige dood uit en hij schrijft het overlijden met grote waarschijnlijkheid toe aan een overdosis geneesmiddelen. Sciascia beschouwt deze conclusie als voorbarig en gaat op zoek naar de ware oorzaak.
'Het theater van het geheugen' is het hilarische verhaal van nummer 44170, een man die op de joodse begraafplaats van Turijn een bronzen vaas steelt en wat later wordt gearresteerd. Bij zijn arrestatie heeft de dief geen identiteitspapieren op zak en bovendien lijkt het of hij lijdt aan geheugenverlies. Zo beweert hij niet te weten wie hij is. De diagnose van de gerechtsarts luidt: "symptomen van geestesstoornis met zelfmoordneigingen". Uit voorzorg wordt hij overgebracht naar het nabijgelegen gesticht van Collegno, waar hij wordt behandeld als nummer 44170. Hij wordt buiten vervolging gesteld voor de diefstal en na een jaar is hij volgens de dokters van het gesticht "verbluffend goed" vooruitgegaan. Alleen zijn geheugen blijft achterwege. Een dokter beslist om een foto van nummer 44170 naar een populair weekblad te sturen in de hoop achter zijn identiteit te komen. Gek genoeg beweren twee vrouwen hun man te herkennen. Voor de ene is hij de professor Giulio Canella, en voor de andere de voortvluchtige oplichter Mario Bruneri. Er ontstaat een jarenlange strijd tussen de 'Canellianen' en de 'Brunerianen', die zowel in de pers als in het gerechtshof tot een plot leidt die Pirandello haast zelf niet had kunnen bedenken. De wijze waarop Sciascia het verhaal vertelt en vult met persoonlijke overpeinzingen is uiterst genietbaar. Intussen leeft "de geheugenloze van Collegno" bij mevrouw Canella en ze krijgen twee kinderen. Pas in 1931, vijf jaar na zijn aanhouding op het joodse kerkhof in Turijn verklaart het Hof van Cassatie dat de patiënt van Collegno Mario Martino Bruneri is. [Jan Mertens]
A. van den Berg-Brandt
Twee verhalen, gebaseerd op historische feiten ten tijde van het fascistisch regime in Italië, een zoektocht naar de waarheid achter de schijn. Beide verhalen, het eerste over de met raadsels omgeven dood van een Franse schrijver in Italië, het tweede over een man zonder geheugen, zijn een studie naar dood en bedrog. Er is een toelichtend voorwoord door de twee vertalers; na elk verhaal noten van de auteur. De bepaald niet oppervlakkige thema's worden met ontwikkeld taalgebruik in soms samengestelde zinnen en met doordachte woordkeus uitgewerkt. De personages worden in grote lijnen neergezet, ze dienen eerder als voertuig voor de vertelling waarin auteur op ironische wijze zijn mening geeft over het fascistische regime. De in 1921 op Sicilië geboren auteur leidde een afgezonderd bestaan vanwaaruit hij romans met een gefundeerde mening schreef. Onderhavig boek is soepel vertaald uit het Italiaans, en elegant vormgegeven in vrij klein formaat (12 x 17 cm). Kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.