Zazie in de metro
Raymond Queneau
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
IJzer, cop. 2003 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : QUEN |
31/12/2005
Na het hilarische meesterwerkje Dagboek van Sally (Le journal intime de Sally Mara) heeft Jan Pieter van der Sterre nu ook Loin de Reuil (1949) van Raymond Queneau (1903-1976) onder zijn bekwame vertalershanden genomen. De droomheld blijkt alweer een pareltje uit Queneaus verbazingwekkende en eigenzinnige oeuvre. In zijn nawoord noemt Van der Sterre het een eerbetoon aan de film, "zowel door de vorm als door het verhaal. Het lijkt vaak haast een scenario wat we lezen: vooral handelingen en dialoog, abrupte sprongen en een happy end."
Inderdaad. Het verhaal begint en eindigt trouwens in het atelier van Louis-Philippe des Cigales, wereldberoemd dichter in de Parijse voorstad Reuil. Hij lijdt aan ontalgie (een astma-achtige ziekte, maar dan deftiger en bovendien existentieel) en dat terwijl zijn echtgenote hem de hoorns opzet met een vrouw. Jacques L'Aumône, zoon van een familievriend van Des Cigales, is het eigenlijke hoofdpersonage. Samen met de plaatselijke poëet geniet Jacques van de talrijke bioscoopbezoeken. Bij het zien van de tweedimensionale beelden (vnl. Amerikaanse westerns) slaat de verbeelding van de jonge L'Aumône constant op hol. Elke filmscène is aanleiding om zijn gedroomde en heldhaftige autobiografie te vervolledigen. Jacques verplaatst zich met gemak in de rol van paus, bokskampioen, cowboy, kapitein, operazanger, stichter van een dynastie of zelfs sprinkhaan. De echte (?) Jacques daarentegen wil zichzelf wegcijferen als figurant, maar ontpopt zich als een heuse beroemdheid: "Ik vraag me af, zei hij, of ik in staat ben een absolute nul te worden. Ik weet niet zeker of het me zal lukken."
Queneau verenigt in De droomheld als altijd vormexperiment, gelaagdheid en verwijzingen met leesplezier. In het originele en verrijkende nawoord wijst de hertaler Jan Pieter van der Sterre de lezer op heel wat onvermoede verbanden, referenties en mogelijke lezingen. Ik hoop op meer ontdekkingen van uitgeverij IJzer en vertaler Jan Pieter van der Sterre. [Jan Bettens]
Menno Gnodde
Alweer 60 jaar oud, deze roman van Queneau (1903-1976), ontstaan in die tijd toen er in de buurtbioscopen nog van die smakelijke avonturenfilms draaiden, waar je als toeschouwer zo in kon stappen, even weg uit de barre werkelijkheid, je identificerend met held en geld. Dat doet het jongetje Jacquot (vertaald als "Jacqje"; had "Sjakie" niet beter gebekt?) dan ook, en later de volwassen Jacques l'Aumône net zo, van dagdromende bioscoopbezoeker tot daadwerkelijke figurant, en zelfs als onverwachte en voor zijn vroegere omgeving onherkenbare hoofdrolspeler, uit het niets, luis onder de luizen, omhooggeschoten. Het van de Franse auteur bekende taalspel, en alle constructies van dien, is weer dominant. Met verve vertaald, al die spreektaalvarianten, al doet de vertaler er af en toe een schepje bovenop ("les Amériques" wordt dan "de twee Amerikazen"). Het nawoord biedt verhelderende toelichting. Paperback; normale druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.