Nederlandsche gedichten uit de veertiende eeuw van Jan Boendale, Hein Van Aken en anderen : naar het Oxfordsch handschrift
Ferdinand Augustijn Snellaert
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Athenaeum-Polak en Van Gennep, 2003 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : OUDE TALEN : Middelnederlands (1050-1350) VANB |
31/12/2003
Tussen 1325 en 1330 schreef de Antwerpse schepenklerk Jan van Boendale zijn hoofdwerk: Der Leken Spieghel, een bijna 22.000 berijmde verzen omvattend moraliserend-didactisch traktaat waarvan de proloog expliciet meedeelt dat het bedoeld is voor leken, dus voor mensen die geen theologische kennis bezitten. Dit Middel-Nederlandse leerdicht bestaat uit vier grote delen die respectievelijk de oudste geschiedenis (met verhalen uit het Oude Testament), het leven van Jezus en de geschiedenis van de Kerk, de normen en waarden van de christelijke mens en het Laatste Oordeel behandelen.
De oorspronkelijke tekst was tot voor kort alleen beschikbaar in de driedelige kritische editie van Mattias de Vries (Leiden, 1844-1848), maar sinds 1998 kan men op de cd-rom Middelnederlands tevens een diplomatische editie raadplegen van het 14e-eeuwse handschrift dat zich in de Brusselse Koninklijke Bibliotheek bevindt. Voor wie het Middel-Nederlands niet machtig is, bezorgden Ludo Jongen (Universiteit Leiden) en Miriam Piters (Universiteit Antwerpen) nu in de onvolprezen 'Griffioen'-reeks een hertaling van dit cultuurhistorisch bijzonder belangrijke en boeiende leerdicht.
Deze nieuwe versie van Lekenspiegel leest erg vlot, maar de hertalers hebben dan ook de stoplappen die Boendale zo talrijk hanteert, laten wegvallen, wat overigens geen groot bezwaar is. Minder leuk is wel dat deze hertaling niet volledig is: tientallen hoofdstukken worden slechts in samenvatting weergegeven. Bovendien zou een gedetailleerd inhoudsoverzicht (met hoofdstuk per hoofdstuk de door Boendale behandelde onderwerpen) zeer welkom zijn geweest. Als men nu alleen wil nalezen wat de Antwerpse stadssecretaris over een bepaald thema te vertellen had, dan is het zoeken en bladeren geblazen. [Eric De Bruyn]
Dr. R.L.J. Bromberg
Tussen 1325 en 1333 schreef de Antwerpse schepenklerk (stadssecretaris) Jan van Boendale zijn leerdicht Der Leken Spieghel in 21818 gepaard rijmende verzen. In 4 'boeken' behandelt hij wat leken moeten weten. Het eerste boek gaat over de schepping tot aan Christus, gelardeerd met zedenkundige verhandelingen, het tweede geeft het leven van Christus en de geschiedenis tot aan Karel de Grote, het derde is een praktische zedenleer en wellevendheidskunst en het vierde handelt over het einde van de wereld. Dit alles met vele uitweidingen. Van dit werk wordt hier een prozavertelling gegeven. Omdat de oorspronkelijke tekst te groot was voor een Griffioendeeltje werden in de boeken 2, 3 en 4 sommige hoofdstukken slechts samengevat. De vele stoplappen werden weggewerkt, zodat er een prettig leesbare tekst overbleef. In een nawoord worden summier de middeleeuwse spiegelliteratuur behandeld, Van Boendales bronnen, alsmede degenen aan wie hij zijn werk opdraagt. Een literatuuropgave en beknopte toelichtingen bij de tekst besluiten de uitgave, die met name voor (aankomende) Neerlandici zal zijn bedoeld. Een inhoudsopgave met paginering zou het opzoeken van passages zeer vergemakkelijkt hebben. Pocket; kleine druk.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.