Japie de stapelaar
Bas Rompa
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
DiVers, cop. 2001 |
Woord Jeugd Gedichten : ROMP |
31/12/2002
In vorige bundels liet Bas Rompa zich al kennen als een eigenzinnig observator die met verwondering registreert wat er zich rondom hem afspeelt. In deze bundel is dit niet anders. Hij bekijkt dingen vanuit een ongewone hoek en verwoordt zijn observaties zo dat de gewoonste dingen bijzonder worden; behaatjes aan de waslijn wapperen een duet in de wind, zonnebloemen hebben "hun gezicht vol zwarte tranen", een tuinbank had liever als schatkist of mast gevaren of lege sardineblikjes die 'uitstekende doodskisten' zijn voor overleden goudvissen. Op het eerste gezicht lijken de woorden heel gewoon maar het zijn de combinaties die vervreemden: "een handvol sterren rond de maan / de duiven ritselen nesten aan." In dit voorbeeld rondt het rijm het gedicht af, wat vaker gebeurt in de bundel. Elders komen rijmen zelden voor. In 'Grijs' moet je het onderwerp achter de woorden raden, het 'lieve ronde mannetje' dat uiteindelijk 'al dooiende' is verdwenen. Vaak brengt Rompa mens en natuur bij elkaar in bijzondere beelden. In de biologieles staart de ik gefascineerd naar het streepje bloot onder een zomertruitje, "de ontelbare blonde sprietjes op je huid. Een veld." Hier krijgt de mens iets van de natuur, maar vaker is het omgekeerd. De zonnebloemen, de oogst en zelfs de mestkever hebben iets menselijks (al zijn de beelden in dit laatste vers nogal gezocht: "een mestverwerkend dropje op pootjes"). Soms lopen beide werelden parallel, zoals in 'Zoen', waarin de zoen er komt als de twee duiven even ophouden met 'wat te doen'. Ook woordspelingen doen gedachten vreemd oplichten, zoals bij het bezoek aan het graf van opa T: "dan lig je maar wat te lijken / in de donkere aarde / diepe stilte om je heen." In dit en in enkele andere gedichten staat een herkenbaar gevoel centraal. Een bijzonder gedicht is 'Huis', waarin het onbehagen toeneemt met elk woord en het ritme versnelt als het bonzen van een hart. Ook de rijmen geven dit gedicht iets magisch. Door deze benadering ontdekt de lezer niet alleen zijn omgeving, maar ook zichzelf.
[Jan Van Coillie]
G. Reindersma
Gedichten met observaties van de natuur en het landelijke en huiselijke leven. Het zijn vrij associërende, vertellende gedichten meestal zonder rijm of ritme in korte, kernachtige bewoordingen. Er worden vrolijke, vrijblijvende en simpele genoegens in beschreven en simpele conclusies getrokken en/of vragen in gesteld. Een wisselend perspectief, een identificatie met het lot van een tuinbank, een verstild moment in de beschouwing van een oude schuit, het spelen met dubbele woordbetekenissen, zijn zoal de bekende dichterlijke technieken. Er is geen effectbejag, maar door de beschrijvende, beschouwende en voortkabbelende gedichten wordt de lezer nu ook weer niet echt geraakt. De gedichten zijn geschikt voor verschillende leeftijdsgroepen; sommige zijn al te lezen vanaf ca. 8 jaar (de leeftijdscategorie die de uitgever aangeeft), andere lijken voor jongeren vanaf 15 jaar bedoeld. Vrolijke, gekleurde omslagillustratie, verder geen illustraties.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.