Japie de stapelaar
Bas Rompa
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Boeck, 2003 |
MAGAZIJN : SCHOOLCOLLECTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : ROMP |
31/12/2010
Bij uitgeverij De Boeck, bekend van onder andere de Okapi's en andere leermaterialen voor het lager onderwijs, komen dit jaar verschillende 'Dobbel'-boekjes uit. 'Dobbel' is een reeks met leesverhalen en doe-opdrachten voor kinderen uit het eerste en tweede leerjaar. Op het eind van elk boekje vind je een lijst met tips en opdrachten voor de jonge lezer zelf en een blad met informatie voor de meelezende volwassene. De reeks is ingedeeld in Dobbel 1 voor het eerste leerjaar en Dobbel 2 voor het tweede, en op de kaft staat telkens het AVI-niveau aangegeven.
Wie met eerste lezers werkt, weet dat je kinderen niet alleen de techniek van het lezen moet bijbrengen, maar dat leesplezier bij dat proces niet vergeten mag worden. In het eerste boekje uit de Dobbelreeks, wat is mis? Van Paul de Becker, staat leesplezier centraal. Het boek bestaat uit een tiental dubbele bladzijden waarop een aantal activiteiten afgebeeld staan. Een heleboel dingen kloppen niet: zo zwemt er in de wastafel een vis, groeien er appels aan de kamerplant en verkoopt de slager blauwe worst. De vraag is wat dit boekje nog met lezen te maken heeft, want op elke bladzijde staan slechts een paar zinnetjes en die zijn vaak nogal onbenullig. Zo zegt de badmeester 'een boot in het bad' en vader 'ik zoek' wanneer hij in zijn portemonnee kijkt. Slechts af en toe zijn de woorden echt functioneel voor het spelletje: wanneer er op een pot rode brij 'boter' staat bijvoorbeeld, of wanneer een van de kinderen een boek op zijn kop leest. Jammer dat de auteur/illustrator de leesvaardigheid van de kinderen niet sterker stimuleerde door de woorden echt bij het zoekspel te betrekken.
Wie wil mijn ui? van Gerd Stoop e.a. is voor beginnende lezers en bevat bijna uitsluitend woorden met één lettergreep. Een muis krijgt een buil wanneer een ui in zijn huis valt. Je merkt het misschien al: in dit boekje wordt vooral de ui-klank getraind. Dat is best vervelend als je het verhaal luidop leest. Dan beginnen al die huizen, puiten, uilen, muizen, buizen en luizen gaandeweg op de zenuwen te werken. Het verhaal en de illustraties zijn leuk: muis probeert de ui kwijt te raken aan alle dieren in het bos, maar loopt daarbij het gevaar zelf opgegeten te worden. De activiteiten achteraf zijn iets bedenkelijker: de lezers worden bv. aangezet om 'kleine experimentjes' te doen met uien. Nooit geweten dat uiensoep maken een manier is om het leesplezier van een kind te stimuleren...
Bij de boekjes voor het tweede leerjaar valt Pas op! Rood! van Bas Rompa meteen op. De meeste Dobbel boekjes voor eerste lezers bevatten strak omlijnde illustraties (vaak in pastelkleuren), maar Bas Rompa werkt vooral met foto's. Juf Martje krijgt van een meisje in haar klas de vraag waarom ze haar mond rood verft, en ontdekt dan dat er allerlei rode voorwerpen zijn. De conclusie: rood valt op en wordt daarom gebruikt voor brandweerwagens, verkeerstekens en zelfs voor lippen. Dit is een leuk en origineel non-fictie boek voor eerste lezers, met een eigentijdse vormgeving. Misschien had het iets korter en krachtiger gemogen, maar ik kan me voorstellen dat dit boek het leesplezier van kinderen wél bevordert.
En dan is er ten slotte Boontje van Brigitte Minne, met illustraties van Myriam Voet. Het is een vrij traditioneel boek over een meisje en haar poes, Boontje. Het begin is goed gevonden: Sien krijgt allerlei vreemde geschenken voor haar verjaardag, van een bal tot een kettinkje met een belletje. Haar reacties zijn uitzonderlijk gevat voor een hoofdpersonage uit een AVI4 boekje, want als ze een mandje krijgt 'om haar spullen in te leggen', denkt ze scherp 'dat kan ik een lade ook'. Als Sien het echt beu is komt het echte geschenk: de poes. Vanaf dan wordt het boekje een stuk minder origineel: poes krijgt naam, poes loopt weg, iedereen triest, poes komt terug, iedereen blij. Behalve de lezer natuurlijk... [Vanessa Joosen]
Edda Rekers-Hazelhoff
Lot vraagt aan haar juf waarom ze haar lippen heeft 'geverfd'. Juf Martje weet daar niet zo gauw een goed antwoord op en gaat in de school op zoek naar allerlei rode voorwerpen. Het verhaal is verteld vanuit het gezichtspunt van de juf, wat niet voor alle kinderen meteen duidelijk zal zijn. Eerste leesboekje geschikt voor kinderen in eind groep 3 en begin groep 4, geïllustreerd met heel veel duidelijk foto's van allerlei rode voorwerpen. In de tekst is het woordje rood of rode ook in rood weergegeven. Het idee voor dit leer-/leesboekje is wel aardig, er is ook duidelijk veel zorg aan de uitgave besteed, maar het geheel is toch erg druk en wat steriel geworden. Achterin staan nog wat tips voor de lezer, al zullen weinig kinderen die het verhaal uit hebben, dit nog lezen. Ook achterin een pagina met tips voor de ouders en leerkrachten. Deze zijn nuttig en lezenswaardig, alleen jammer dat er over tweedeklassers wordt gesproken waar kinderen uit groep 4 wordt bedoeld. Vanaf ca. 7 jaar.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.