De schepping van een aards paradijs : Piet Mondriaan 1919-1933
Léon Hanssen
Léon Hanssen (Auteur)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
Balans, 2000 |
MAGAZIJN : NON-FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : NEDERLANDS 851.6 BRAA |
31/12/2001
In 1992 verscheen van de hand van Léon Hanssen een verkennende studie over Menno ter Braak (1902-1940). Vier jaar later voltooide Hanssen zijn biografie over de befaamde geschiedkundige Huizinga (een achterneef van Ter Braak). Dat Hanssen geboeid bleef door Ter Braak, blijkt uit het feit dat hij eind 2000 het eerste deel van een biografie over hem afleverde onder de paradoxale titel Want alle verlies is winst. Dit eerste deel beschrijft Ter Braaks leven van 1902 tot 1930. Ter Braak was bij leven een opvallend man: in zijn naaste omgeving door zijn uiterlijk en door zijn manier van optreden, voor de buitenwerld door de toon van zijn vele essays en journalistieke artikelen. De wereld van zijn tijd heeft geweten dat hij er was. En nu nog heeft Ter Braak faam als begaafd recensent en criticus. In Vlaanderen kent men zijn naam vooral wegens zijn bemoeienissen met het tijdschrift 'Forum', dat korte tijd een Noord- en Zuid-Nederlandse redactie kende.
Ter Braaks biograaf heeft bewonderenswaardig werk verricht. Hoewel er over het leven en werk al heel wat geschreven was, heeft hij veel nieuwe bronnen onderzocht. De grootste verdienste is, dat de biografie bij voltooiing van het tweede deel (eind dit jaar) voor het eerst een synthese biedt die recht doet aan de persoon en de schrijver Ter Braak.
Hij werd geboren in 1902 in Eibergen, een dorpje in de Gelderse Achterhoek tegen de Duitse grens, in een milieu van artsen en advocaten. Zijn ouders waren vrijzinnig protestant en drukten ieder op hun manier een zwaar stempel op hun zoon. Vader leed aan depressies, moeder was een ijveraarster voor allerlei zeer goede doelen. Hanssen vraagt zich aan het begin van zijn werk over Menno ter Braak af: is hij ooit wel kind geweest? Daarmee zet hij de toon van zijn biografie. Die bevat geen simpele opsomming van biografische feiten en ook niet enkel een analyse van Ter Braaks literair werk. Integendeel, het is een brede studie met volop aandacht voor het milieu en de tijd waarin Ter Braak opgroeide. De titel van de biografie is wonderwel van toepassing. Vele malen moest Menno ter Braak in zijn leven verliezen. Eerst verloor hij het prille geluk van zijn kindertijd, daarna verdween de godsdienstige grond onder zijn voeten en later moest hij zijn politieke en maatschappelijke standpunten voortdurend verlaten, zijn relaties met vrouwen brachten hem telkens problemen. Maar steeds wist hij verlies in winst om te zetten. Dat had te maken met zijn opvatting dat de persoon die hij wenste te zijn, altijd onafhankelijk moest blijven. Wie zich bindt, die verliest. Natuurlijk houdt zo'n levenshouding het gevaar in van opportunisme. Daarvan is bij Ter Braak geen sprake. Eerder is hij de man die tegen beter weten in rusteloos blijft zoeken naar de perfectie, niet in de laatste plaats voor zichzelf als schrijver en denker.
Hanssen beschrijft heel boeiend Ter Braaks studententijd, zijn contacten met de filmwereld en zijn wankele stappen in onderwijsland. Hij maakt een traumatische ontgroeningstijd door, waarvoor hij compensatie zoekt en vindt in het redacteurschap van Nederlands bekendste studententijdschrift. HIj studeert af in geschiedenis, Nederlands, geschiedenis van de wijsbegeerte en kunstgeschiedenis. Als geen ander zet hij zich in voor de promotie van het medium film. Als begaafd pianist begeleidt hij vaak de stomme films die hij en zijn vrienden in besloten gezelschap vertonen. De naam en faam van Menno ter Braak beginnen om deze redenen al voor zijn dertigste door te dringen bij een breed publiek. Privé blijkt de scherpzinnige en intelligente Ter Braak zich echter allerlei problemen op de hals te halen, waardoor hij als leraar en als minnaar mislukt.
Het lezen van dit eerste deel van Hanssens biografie maakt nieuwsgierig naar de periode die in Ter Braaks leven nog moet aanbreken, die van gevreesd polemist en bestrijder van de ideeën van het nationaal-socialisme. Het fraai uitgegeven werk heeft een uitgebreid notenapparaat, een bibliografie en een personenregister. [Michel De Koning]
Sjoerd van Faassen
Dit eerste deel van een tweedelige biografie over de essayist en romanschrijver Menno ter Braak (1902-1940) beslaat de jaren tot en met 1930. Het tweede deel, dat volgend jaar zal verschijnen, behandelt de rest van Ter Braaks leven. Dit eerste deel eindigt rond de jaren dat Ter Braak pas in boekvorm is gedebuteerd; het zwaartepunt van zijn schrijvende carrière ligt in de periode die hierna komt. Hanssen heeft zijn onderzoek bijzonder grondig aangepakt en heeft - mede dankzij voorbereidend werk van Ter Braaks overleden biograaf-in-spe J.H.W. Veenstra - veel tot dusverre onbekende gegevens kunnen achterhalen, met name over Ter Braaks studententijd, over de periode dat hij voor zijn proefschrift in Berlijn verbleef en over Ter Braaks gecompliceerde relatie met vrouwen. De biografie is bijzonder toegankelijk geschreven, zij het dat Hanssen zich op sommige plekken wat al te uitvoerig in details of irrelevante zaken vastbijt. Het boek heeft een register, maar een deel van het apparaat zal hopelijk in het tweede deel een plaats krijgen.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.