Ongezocht ongeluk : een vertelling
Peter Handke
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Magazijn |
De Prom, cop. 1993 |
MAGAZIJN : FICTIE : ENKEL NA MAGAZIJNRESERVATIE : HAND |
Christophe Van Gerrewey
rt/aa/26 m
Het oeuvre van Peter Handke (79), die in 2019 de Nobelprijs won, is nog niet voltooid. Eind vorig jaar verscheen bij de Wereldbibliotheek de novelle Het tweede zwaard, en zopas werd in het Duits Zwiegespräch uitgegeven, een dialoog tussen twee mannen die beiden op de auteur zijn terug te voeren. Het is mogelijk om Handke aan te wrijven - zijn grootste fans hebben dat gedaan - wat hij zelf, met op eerlijkheid gestoelde overdrijving, over Thomas Bernhard zei: de latere teksten zijn 'crimineel maakwerk' van een auteur 'die zijn schrijversziel naar de duivel heeft verschreven'. Natuurlijk kan dat verwijt omgebogen worden tot compliment: de boeken van de oude schrijver steken flauw af tegen het fantastische werk uit de hoogdagen.
Rond 1990 schreef Handke drie essays, afzonderlijk uitgegeven: Essay over de moeheid (1989), Essay over de jukebox (1990) en Essay over de geslaagde dag (1991). De vertalingen van Hans Hom worden nu opnieuw uitgebracht door Koppernik en zijn een ideale gelegenheid om dit oeuvre aan te vatten, vooral omdat Handke doet waar hij goed en uitzonderlijk in is: schrijvend achterhalen hoe zijn geest een plaats kan verwerven tussen de dingen op deze wereld. Dingen, inderdaad, want over mensen gaat het zelden. Handke is een fenomenoloog: van belang is hoe de schrijver dode of levende fenomenen ervaart, en die ervaringen tot essenties omsmeedt, of ze alleszins aan de lezer kan aanbieden, ter vergelijking. 'Hij schrijft,' zoals John Updike het verwoordde, 'vanuit een gebied voorbij de psychologie, waar gevoelens de onvermurwbaarheid verwerven van willekeurig aangetroffen, geologisch geanalyseerde kiezelstenen.'
In Essay over de moeheid definieert Handke zijn taak als volgt: 'Het moet voldoende voor me zijn de beelden na te gaan die ik van mijn probleem heb, mezelf dan telkens, woordelijk, in het beeld te brengen en dit met de taal, inclusief zijn golvingen en kronkelingen, te omcirkelen, zo harteloos mogelijk.' Het onderwerp is de moeheid, en het is opmerkelijk dat Handke moe zijn niet erg vindt. Het blijkt ook uit de andere essays in deze trilogie: hij is op zoek naar woorden en manieren om ervaringen te appreciëren, en om te vermijden dat ze omslaan in iets negatiefs. Niet zelden gaat dat gepaard met idealisering en nostalgie, en met het idee dat het vroeger beter was - een overtuiging waar fenomenologen wel vaker toe verleid worden. Handke herinnert zich hoe heerlijk moe hij was nadat hij als tiener op het platteland hielp bij het dorsen van het stro, en hoe hij met dorpsgenoten, in de namiddagzon, op de arbeid terugblikte: 'Een wolk van moeheid, een etherische moeheid verenigde ons destijds (totdat zich de volgende lading schoven aankondigde).' En dan stelt hij zelf de vraag - ook dit essay is opgebouwd als dialoog: 'Verheerlijkt het verleden hier niet?' Het pragmatische antwoord: 'Wanneer het verleden zo geweest is dat het 't voor elkaar brengt te verheerlijken, dan mag dat van mij, en ik geloof zo'n verheerlijking. Ik weet dat die tijd een heilige tijd was.'
schandalig apolitiek?
Deze schrijver is een vrome atheïst, die spirituele volheid wil ontdekken in wat het dagelijks leven te bieden heeft. Hij maakt niks mee, en reist alleen maar, de wereld rond - je kan hem omschrijven als een geprivilegieerde landloper, of als een romantische dichter, zonder plannen, zonder urgenties, een wereld creërend door te kijken en te denken, zonder consideratie voor wat er in de 'echte' wereld gebeurt. Essay over de jukebox werd geschreven in 1989, en Handke is zich ervan bewust dat zo'n jukebox geen vanzelfsprekend onderwerp is in het jaar waarin de Muur valt: 'Was er in deze huidige tijd, nu elke nieuwe dag een historische datum was, een belachelijker, verdoolder iemand te vinden dan juist hij?' Hij wil iets tijdlozer achterhalen, iets wat aan de geschiedenis ontsnapt, omdat het zich in gelijk welke omstandigheden kan aanbieden: 'Hij wilde alleen, voordat hij het ook zelf uit het gezicht verloor, vasthouden en tot gelding laten komen wat een ding voor iemand kon betekenen en, vooral, wat er louter van een ding kon uitgaan.' De lichtgevende, zware jukebox is zo'n ding, met een stralend aura, dat mensen kan verenigen, een plek en een moment kan bezielen, zeker als je er, zoals de jonge Handke, voor het eerst The Beatles hoort uit opklinken. 'En nu nog steeds dacht hij, het bruisende Beatles-geluid van het begin in het oor, uit die door parkbomen omgeven Wurlitzer: Wanneer zou er ooit weer zoiets bekoorlijks in de wereld komen?'
Essay over de geslaagde dag is het meest algemene van de drie teksten, en het ontroerendst. Het gaat over het verlangen om een probleemloze dag te beleven - geen perfecte dag, geen succesvolle dag, geen mooie dag, maar gewoon een geslaagde dag. Handke beseft dat het probleem bij hemzelf ligt, en bij de manieren waarop hij de tijd en het leven benadert. Hij is te streng voor zichzelf en voor wat er gebeurt. 'Verdomme, waarom kan ik, geheel in tegenstelling tot het bekende beeld van het ouder worden, de ogenblikken van de dag, van het leven, minder vasthouden, tot me door laten dringen, naar waarde schatten dan ooit?' Het schrijven krijgt iets bezwerends, als literaire mindfulness: een geslaagde dag beleven is vooral weten waarop je je moet concentreren - wat je aandacht verdient, en wat niet; wat je uit evenwicht brengt, en wat je, integendeel, onverstoorbaar, op het goede pad houdt. 'Kalm!', zo spreekt Handke zichzelf toe. 'Weg met de bijgedachten. De bladeren in de tuinschoenen. Ontsnappen uit de denkdraaikooi, zwijgen.'
Solipsistisch, navelstaarderig, en schandalig apolitiek? Het werd ook door John Updike gesuggereerd: 'Zo'n eerbiedig onderzoek, door een schrijver, van de pysche van een schrijver, kan grenzen aan het pompeuze en, erger nog, aan het zinloze.' Toch gaat met zo'n kritiek veel verloren. Wat Handke kan aanbieden is een lezen dat dicht bij ieders leven kan staan. Het gaat immers om de zoektocht naar wat iedereen nastreeft: geluk.
PETER HANDKE Essay over de moeheid/ Essay over de jukebox/ Essay over de geslaagde dag. Vertaald door Hans Hom, Koppernik, 10 € per deel.
Redactie
Een poging tot definitie van de geslaagde dag, die Handke wil onderscheiden van de gelukkige dag. Herinneringen, zinnelijke beelden en toekomstsuggesties worden aaneengepraat tot iets dat tegelijk overzicht, inzicht en zuivere ervaring lijkt te willen uitdrukken. Reflectie en daardoor correctie zitten echter in de weg. Het is een te moeizame, te onvruchtbare onderneming geworden. Dat weet de schrijver; de vele uitroepen ten spijt, is hij bang voor extase en staat hij aanhoudend op het punt de poging op te geven. Dat deze ook literair niet is gelukt, of geslaagd, kan de bedoeling niet zijn geweest.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.