Kaputt
Curzio Malaparte
Curzio Malaparte (Auteur), Jan van der Haar (Vertaler)
1 exemplaar
Beschikbaarheid | Uitgave | Plaats in de bib |
---|---|---|
Aanwezig |
Koppernik, 2022 |
VERDIEPING 3 : DUIZENDZINNEN : ROMANS : MALA |
Alexandra De Vos
us/ug/06 a
Zegt de keuze van een pseudoniem iets over de schrijver? Bij Kurt Erich Suckert (1898-1957), een Italiaan met een Duitse vader, alvast wel. Hij noemde zich Curzio Malaparte. Voor de achternaam deed hij inspiratie op bij Napoleon Bonaparte. Waar Bonaparte 'de goede kant' betekent, bekende Malaparte zich met een speelse ingreep tot 'de slechte kant'.
Malaparte had zich onderscheiden in de Eerste Wereldoorlog maar koos in de jaren 20 voor het fascisme van Mussolini. Het was een kortdurende verliefdheid, want zijn kritische geest leende zich niet tot dictatoriale geboden. Malaparte was achtereenvolgens journalist, diplomaat, krantenredacteur, schrijver en correspondent, en in elk van die hoedanigheden botste hij met de autoriteiten. Arrestaties wegens 'antifascistische acties', schrijfverbod, huisarrest - hij raakte gewend aan politieke pesterijen.
Literair talent had de dwarsligger op overschot, en in 1941 greep hij de kans om zich voor de krant Corriere della Sera naar het Russische front te laten detacheren. Hitler had Duitsland met wilde overmoed in Operatie Barbarossa - of de verovering van de Sovjet-Unie - gestort, bondgenoot Italië volgde. Malaparte werd wat nu een 'embedded journalist' zou heten, hij reisde mee in het zog van Duitse pantsertroepen. Maar een vrijdenkend individu als Malaparte kon nooit echt ingebed zijn.
Hij gebruikte nuance en 'objectieve intelligentie' in plaats van te vallen voor propaganda en het wij-versus-zij waar een oorlogssituatie om vraagt. 'Mijn oorlogsverslagen wekten bij het Italiaanse publiek enorme bevreemding. Een schandaal bijna', schrijft hij in het voorwoord van De Wolga ontspringt in Europa. Deze bijzondere bundel oorlogsreportages wilde de ogen van de lezers openen, hen waarschuwen dat een oorlog tegen Rusland lastig en langdurig zou zijn. 'Een ontzaglijke Europese tragedie', noemt Malaparte het.
Machine tegen machine
Dat er in de tragedie ook schoonheid zit bewijst Malaparte op elke bladzijde. Het is een pijnlijke schoonheid, dat verscheuren van de golvende Moldavische en Oekraïense graanvelden door het geweld van tanks en stuka's. Doel: het doorbreken van de Stalinlinie op de grens van Oekraïne en Rusland. Hier woedt een nieuwsoortige oorlog, zegt Malaparte, 'een oorlog van machine tegen machine' - en de soldaten zijn technici, geschoolde arbeiders die opgaan in motoren en instrumentenborden. Dat er bij die botsing van Duits en Russisch materiaal ook doden vallen wekt 'verbazing, bijna onbegrip'.
Maar ze zijn er, de slagvelden vol verhakkelde soldaten, ondanks de pogingen van de Russen om hun doden mee te nemen. Wreedheid jegens de tegenstander is er nauwelijks: de Duitsers hebben respect voor de standvastigheid van de Russen die uit minderwaardig materiaal het beste halen en vechten tot hun laatste snik. Duitse soldaten zoeken naar klaprozen en strohalmen om de gezichten van de doden te bedekken, en zo 'slapen de doden in de voren', onder de witte wolken, bij het zijdegeritsel van sojavelden en knikkende zonnebloemen.
Is de oorlog aan het Oekraïense front er een van 'stof en regen, stof en regen', van tanks die vastlopen in plakkerige modder en hete zomerdagen waarop het rode stof in je keel prikt - het beleg van Leningrad is een belegeringsoorlog. Daar is het wachten tot een hele stadsbevolking van honger en ontbering omkomt. 'Vijf miljoen mensen in die onmetelijke kooi van beton, ijzer en prikkeldraad', schrijft Malaparte. Hij bekijkt de wanhoop van een afstand, vanaf de Finse oever aan de overkant, tussen de met de Duitsers geallieerde Finse soldaten. De Russen die zij krijgsgevangenen maken zijn nauwelijks pubers, schuw en gauw in tranen. 'Gevallen kinderen', oordelen de Finnen.
Logica en poëzie
Dat mededogen voor tegenstanders verwacht je niet in verslagen van het Oostfront, misschien was het vooral eigen aan de psyche van Malaparte. Zijn verslagen combineren logica met poëzie, fijngevoeligheid en een Italiaans gevoel voor schoonheid met politieke analyse. Die analyse - dat de Russische arbeidersmoraal het model van de toekomst is en de decadente burgermoraal het verleden - is niet het sterkste punt van het boek, wél de wondermooie beelden en de schildering van landschappen en mensen.
De wind is 'droog en ruw als een kattentong', kanongebulder is 'de stem van de aarde, de stem van de nacht'. De zon komt op, 'geel en slap als een eidooier'. Het lijkt bijna zonde om een dichtersziel als Malaparte oorlogsverslagen te laten schrijven; begrijpelijk dat krantenlezers geen weg wisten met liefdevol beschreven dode Russen 'in de hoge verbijstering van de middag'.
Malaparte hield een tijd huisarrest over aan zijn 'inopportune' teksten, mocht dan toch weer naar het Finse front en zag de eerste oplage van de boekversie van zijn reportages, De Wolga ontspringt in Europa, verloren gaan in een brand. Ondertussen bekeerde hij zich tot het communisme én werd hij katholiek. Maar aan welke kant van het spectrum hij zich ook bevond - de goede of de slechte -, zijn koortsig naar waarheid en schoonheid zoekende teksten hebben eeuwigheidswaarde.
Vertaald door Jan van der Haar, Koppernik, 285 blz., 24,50 €. Oorspr. titel: 'Il Volga nasce in Europa'.
Emilia Menkveld
2/ei/07 m
Heeft dit echt in de krant gestaan? Ik kon de gedachte niet onderdrukken tijdens het lezen van De Wolga ontspringt in Europa. De gebundelde oorlogsreportages van de Italiaanse schrijver Curzio Malaparte, die tussen 1941 en 1943 verslag deed vanaf het Sovjet-front, zijn in vele opzichten verbluffend. Niet in de laatste plaats door de wrange echo in het heden; in de krant van vandaag gaat het over dezelfde plaatsen, dezelfde rivieren, hetzelfde oorlogsleed - Malaparte, nabij Dnipro: 'en altijd weer doden, verbrande huizen, horden haveloze krijgsgevangenen, met de ogen van een zieke hond...'
Het is opmerkelijk dat de Corriere della Sera de verslagen überhaupt heeft afgedrukt, al is er hier en daar een passage gesneuveld in de censuur. Malaparte (1898-1957) trok mee met het Duitse leger - het Italië van Mussolini had zich immers aan de kant van Hitler geschaard - maar weigerde zich 'te verlagen tot propaganda', zoals hij in zijn voorwoord (uit 1951) schrijft. In zijn eigen verslagen trof hij 'het enige objectieve oordeel over de Duitse oorlog tegen Rusland' aan; op bescheidenheid zul je de schrijver van succesromans als Kaputt en De huid niet snel betrappen.
In zijn reportages klinkt een groeiende sympathie voor de Sovjet-strijders door. Malaparte bewondert de efficiëntie van hun leger, waarin ieder zijn taak vervult als de arbeiders in een fabriek. Na twintig jaar Sovjet- Unie heerst er onder de troepen een heuse 'arbeidersmoraal', die Malaparte mateloos fascineert. Het leger noemt hij 'de grootste industriële schepping van het communisme'. Tegelijkertijd verbaast hij zich over hun 'onverschillige' (want niet-religieuze) houding tegenover de dood: 'Ze weten dat ze zullen sterven als een stuk steen, een stuk hout. Een machine.'
Fel verzet de schrijver zich tegen de door de Duitsers gepropageerde tegenstelling tussen het 'Aziatische' Rusland en het 'Europese' Westen. Het bolsjewisme weigert hij af te doen als een Aziatisch verschijnsel. De oorlog is volgens hem een botsing van twee krachten in de westerse beschaving, van de burgermoraal en de arbeidersmoraal, de oudste en de modernste Europese geest.
Na maanden van 'inopportune' verslaggeving vanaf het front in Roemenië, Moldavië en Oekraïne hadden de Duitse autoriteiten er genoeg van. Malaparte moest, naar eigen zeggen op last van Goebbels, terug naar Italië, waar hij van Mussolini vier maanden huisarrest kreeg. In maart 1942 mocht hij weer naar het front, naar Finland dit keer (eveneens een bondgenoot van Duitsland), om vanaf de Karelische Landengte het beleg van Leningrad te verslaan - het tweede deel van De Wolga. Daar bleef hij tot aan de val van Mussolini in juli 1943.
In zijn voorwoord laat Malaparte er geen twijfel over bestaan dat hij het zéér bij het rechte eind had in de oorlog, met zijn sympathieën voor de Sovjets. Zelf was hij overigens nogal een draaikont, of liever een non-conformist. In de jaren twintig was hij lid van de fascistische partij, na de oorlog zocht hij aansluiting bij de communisten. (Voor zijn overtuigingen is hij meermaals verbannen en gevangengezet.) Een paar dagen voor zijn dood bekeerde hij zich tot het katholieke geloof. Maar bij wie hij zich ook aansloot, hij bleef altijd eigengereid - en veranderde dus nogal eens van mening.
Laat je als lezer niet afschrikken door het zelfvoldane toontje in de inleiding. De Wolga ontspringt in Europa is een uitzonderlijk boek. Niet door de sociaal-politieke analyses, waarop uiteraard heel wat valt af te dingen, maar door de literaire kracht van de reportages.
In sommige opzichten doen de stukken niet onder voor zijn meesterlijke oorlogsroman Kaputt (1944), die in dezelfde tijd is ontstaan. Net als in dat boek schildert Malaparte met woorden, zoals zijn vaste vertaler Jan van der Haar het omschrijft in De Wolga. Het taalgebruik gaat van rauw en realistisch tot surrealistisch en poëtisch. In de kundige vertaling vind je al die kleuren terug.
De verslagen zijn nooit rechttoe- rechtaan; het is Malaparte niet per se te doen om het boekstaven van de strijd. De schrijver wil op zoek naar de 'diepere betekenis, de geheime zin van deze oorlog'. Dat doet hij in zijn bespiegelingen op de Russische arbeidsmoraal, maar - gelukkig - vooral door te zien, te luisteren, te ruiken.
Zijn allereerste reportage, vanuit het Roemeense Galati, begint met anderhalve pagina landschapsbeschrijving: 'Galati duikt op uit de lagunes tussen de Proet en de Donau, en ademt de geur van modder, vis, rotte rietbossen (...) tot aan de bergen van Dobroedzja is de grote delta van de Donau een en al waterschittering.' Al gauw verdrijft een andere geur het vredige beeld: 'een zware lucht, een heftige, vette lucht. De stank van in de modder begraven kadavers.'
Alles in deze wereld is aangeraakt door de oorlog, het conflict overheerst elke waarneming. 'Wolken grijze kleine vogels scheren over het graan met het gefluit van mitrailleurkogels', schrijft Malaparte. Rode wolken boven een groen landschap in Bessarabië zijn als 'aanplakbiljetten met communistische propaganda'.
Om de beeldspraak alleen zou ik dit boek al aanbevelen. Een zonsondergang is als 'bloedend tandvlees aan de rand van de einder', gebombardeerde huizen brullen van angst en vluchten uit hun eigen deuren (goed, dat laatste beeld is geleend van Machiavelli). Witte soldatenvoeten steken als ontvelde boomtakken uit het grijsgroen van een uniform. 'Ik bedenk dat Daphnes voeten zo moeten zijn geweest in de kritieke fase van de metamorfose.'
De schrijver deinst er niet voor terug om gruwelen te beschrijven, maar zelfs die zijn vaak van een wrange schoonheid. In een van de mooiste reportages beschrijft Malaparte hoe hij vanuit een vliegtuigje voor het eerst het kwijnende Leningrad ziet liggen - dichter bij het 'arbeidersfort', zoals hij de stad noemt, kon hij niet komen: 'Nu steeg het toestel, won aan hoogte om weer uit de mist op te duiken. En toen het even later helder was en de hemel zich weer vrij en zuiver boven ons welfde, ontwaarden we daar voor ons een rozige vlek, een rozenblad dat in de koers van ons toestel lag. Zoals het voorkomt dat vervagend licht in de mist wint aan kracht en op ongelofelijke afstanden terugkaatst, zo leek de brand van Leningrad ons merkwaardig dichtbij. Dat rozenblad bewoog, krulde op, leek te ademen.'
Juist de afstand tot het drama wekt hier vervreemding. Vanuit de lucht wordt het conflict iets abstracts, bijna een illusie. Maar ook in zijn reportages uit Roemenië en Oekraïne, waar Malaparte met zijn neus op de actualiteit zit, voel je diezelfde vervreemding, de onvoorstelbaarheid van het leven in die oorlog - in elke oorlog. Wat daar gebeurt, lijkt buiten de realiteit te staan.
De sensatie is het sterkst in een bizarre scène aan het stijf bevroren Ladogameer, waar Malaparte menselijke gezichten ziet afgetekend in de ijsplaat. De lichamen zijn weggespoeld met de eerste dooi, hun trekken zijn nog heel even gevangen. Wie bekend is met Kaputt, zal direct denken aan de bevroren paardenhoofden die boven hetzelfde meer uitsteken - al net zo onvergetelijk. Ook andere voorvallen en personages zullen bekend voorkomen. Zo duikt de Spaanse graaf De Foxà weer op, ook een flamboyant romanpersonage.
Het lot van de Joden krijgt in De Wolga niet bijzonder veel aandacht, anders dan in Kaputt: de roman bevat een van de eerste literaire beschrijvingen van de Holocaust. De massaslachting in het Roemeense Iasi ('Je voelt dat er iets ergs gaat gebeuren, je voelt het in de lucht, op je huid, aan je vingertoppen') heeft in juni 1941 de krant nog niet gehaald.
****
Uit het Italiaans vertaald door Jan van der Haar. Koppernik; 304 pagina's; € 24,50.
Bookarang
Een reisverslag van Curzio Malaparte langs het Oostfront van de Tweede Wereldoorlog. Malaparte bevond zich daar als enige correspondent en deed verslag van de oprukkende tanks, het Beleg van Leningrad en andere verhalen van het dagelijkse verloop van de oorlog. Informatief, maar ook verhalend en aangrijpend geschreven. 'De Wolga ontspringt in Europa' zal een publiek van vooral literaire lezers aanspreken. Curzio Malaparte (Prato, 1898 - Rome, 1957) was (onder andere) auteur, scenarioschrijver, oorlogsverslaggever en diplomaat. Zijn werk werd in meer dan dertig landen uitgegeven.'De Wolga ontspringt in Europa' werd oorspronkelijk gepubliceerd in 1951.
Laat hieronder weten op welk e-mailadres je een bericht wil krijgen als dit item beschikbaar is. Dit is geen reservering. Je krijgt geen voorrang om dit item te lenen.
Je gaat akkoord dat we je een mail sturen om je aanvraag te bevestigen en je te verwittigen wanneer jouw artikel binnen is. Deze mails zijn eenmalig. Je kan je toestemming op elk moment intrekken via de link in de bevestigingsmail.