In een Zweeds herstellingsoord, kort na de Tweede Wereldoorlog, schrijft een Hongaarse jongeman, die een concentratiekamp overleefde, brieven naar vrouwelijke land- en lotgenoten in de hoop zo perspectief op een normaal bestaan te krijgen.
Een Duitse chirurg die in 1939 als illegale vluchteling is ondergedoken in Parijs en leeft van het clandestien uitvoeren van moeilijke operaties, zint op wraak als hij op een dag zijn pijniger van de Gestapo ziet.
Voor een tienjarige jongen uit een gemengd Sloveens-Duits gezin begint hun terugkeer in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog uit Zwitserland naar Slovenie͏̈ als een avontuur, maar dat verandert snel.
Door de onverwachte dood van hun vader zijn Emiel en zijn broer Jozef genoodzaakt als vrijwillige arbeiders te werken in de hoofdstad van Nazi-Duitsland. Daar ontmoet Emiel Katja, een gedeporteerd meisje uit Oekraïne. Het is liefde op het eerste gezicht. Wanneer het tij keert voor de Nazi's en de Sovjetsoldaten Berlijn binnentrekken, besluiten Emiel en Jozef te vluchten met Katja en haar twee vriendinnen. De meisjes hebben enorme heimwee naar huis, en willen niet mee naar België. Emiel en Jozef volgen hen naar het Oosten, maar hun vlucht loopt niet van een leien dakje.