Een vijftienjarig Nigeriaans meisje groeit op in een gezin met een fanatiek godsdienstige vader die met geweld zijn gezag handhaaft, tot haar oudere broer dit niet meer accepteert.
Een Nigeriaans meisje wordt ontvoerd door Boko Haram en overleeft de gruwelijkheden, ontberingen en gevaren in hun kamp, maar als zij weet te ontsnappen en terugkomt in haar dorp moet ze wederom vechten voor zichzelf en haar baby.
Nigeria, achttiende eeuw. Olaudah Equiano, alias Gustavas Vassa, is nog een kind als hij gekidnapt wordt en verkocht wordt als slaaf. Via Amerika komt hij in Europa terecht. In de turbulente jaren die volgen, slaagt hij er in zichzelf vrij te wroeten. Hij huwt een blank Brits meisje en zet zich in voor de strijd tegen de slavernij.
Julius, een jonge psychiater van Nigeriaanse afkomst, maakt schijnbaar doelloze wandelingen door de straten van Manhattan. Dit doet hij echter met een reden: de wandelingen geven hem de mogelijkheid om aan het keurslijf van zijn werk te ontsnappen en zijn leven te overdenken.