'Men zegt dat er in een land ooit een koning woonde die drie zoons had', zo begint Het sprookje van Blanke-Moor. Op een dag krijgt de koning een brief van zijn broer, de Groene Keizer. Deze is oud en ziek en vraagt de koning één van zijn zonen te sturen om hem op te volgen. De drie zonen wagen hun kans, maar alleen de jongste, Blanke Moor, raakt voorbij de eerste hindernis. Dat is voor Blanke Moor het begin van een avontuurlijke tocht naar het rijk van de Groene Keizer. In Roemenië is Harap Alb een echte klassieker: Ion Creanga schreef het sprookje in 1877 en tot op de dag van vandaag kent vrijwel elk Roemeens kind het.
Warschau, eind de jaren dertig, begin de jaren veertig. In de Krochmalnastraat 92 staat het weeshuis van Dokter Korczak. Eén van de wel 200 kinderen in het weeshuis heet Blumka. Zij vertelt in haar dagboek in woord en in beeld over het leven en over de andere kinderen in het weeshuis. Over Zygmus die altijd honger heeft en zelfs levertraan lekker vindt en Pola die een erwt in haar oor stopte en Szymek die de meeste uien kan pellen. En natuurlijk vertelt ze ook over ‘Onze Dokter’ die vindt dat je kinderen de waarheid moet vertellen, dat kinderen even belangrijk zijn als volwassenen, dat jongens af en toe – als het echt niet anders kan – mogen vechten en nog zoveel meer. Tot de oorlog uitbreekt en Blumka niet langer in haar dagboek kan schrijven.
Wasbeer is zenuwachtig voor de eerste schooldag na de grote vakantie. Hij kent de juf niet en ook de dieren in de klas zijn nieuw. Mama legt uit dat iets nieuws ook fijn kan zijn. Prentenboek met sfeervolle illustraties in zachte, natuurlijke kleuren. Vanaf ca. 4 jaar.
Verhalen op papier gezet door negen moeders uit Oostende die hun kindertijd doorbrachten in hun moederland en op volwassen leeftijd naar België migreerden. Het boek bevat de verhalen in de moedertaal van de vrouwen en in het Nederlands, met daarnaast telkens een stukje achtergrond over het leven van de vrouwen.
Een dromedaris vertelt. Over zijn zwijgzame land van zon en zand. Over zijn vacht vol stof en het trage ritme van de woestijn. Over het kind dat hij op een dag plots ontmoet en hoe ze elkaar over hun wereld en hun dromen vertellen. De verhalen van het kind verbreden de horizon van de dromedaris: zijn wereld wordt groter, kleurrijker, minder stoffig. En de woorden van de dromedaris troosten het kind.
Vorrei avere betekent 'Wat ik zou willen hebben…'. Op elke pagina wenst het ik-personage zich een bijzondere eigenschap van telkens een ander dier. Wie zou niet, net zoals de zwarte panter, ongezien willen sluipen in de donkere nacht? Of net als de wilde gans zijn vleugels uitslaan in de herfst, en warmere oorden gaan opzoeken?
Boek in harmonicavorm, waarvan de pagina's zich tot één lange strook ontplooien. Je kan het boek in twee richtingen openen (en lezen). Vandaar komt ook de dubbele titel. Lees je het boek in de ene richting, dan toont het een lange strook met enge, griezelige figuren. Op de 'aangenamere' achterkant vertelt een kind dan weer over geuren, telkens gekoppeld aan een gezellige thuissituatie. De illustraties zijn kleurrijk, paginavullend en ze vloeien in elkaar over. Bij de illustraties staat een korte tekst.
In dit vrolijke ABC-boek ontdekken kinderen het Russische alfabet op een speelse manier aan de hand van beroepen. Op elke pagina vind je een letter, een kort rijmpje over een beroep dat met deze letter begint en een paginagrote illustratie. Door in de illustraties naast de beroepen ook andere woorden die met dezelfde letter beginnen te verwerken, creëert illustrator Olejnikov een grappig, soms knotsgek universum.
Korte, gevatte verhaaltjes. Bij elk verhaal hoort een gedicht over hetzelfde thema. In het openingsgedicht vertelt de ik-figuur in geuren en kleuren over de grootste wonderen die hij met zijn eigen ogen zag. Alleen wie erin gelooft, zal erover horen.
In Walk this world nodigt de auteur je uit om op één dag de hele wereld rond te reizen. Je vertrekt ’s ochtends in New York en je komt er ’s avonds weer toe. Daartussen bezoek je tien plekken: een stad, een land of een werelddeel. De grote, vintage-achtige illustraties vullen telkens een dubbele pagina en typeren de plek. Flapjes nodigen uit om achter deuren en ramen te gluren, korte versjes vullen de illustraties aan.