Moncif, een Marokkaanse man, heeft zich laten insluiten in een funerarium. Verborgen onder een bureau wacht hij tot de nachtwaker vertrekt. Ondertussen maakt hij de inventaris van zijn leven op.
Twee Marokkaans-Nederlandse vrouwen laten zich tijdens een vakantie in Marokko overhalen om een jongeman als verstekeling mee te nemen naar Spanje, met noodlottige gevolgen.
De schrijver, een Antwerpenaar, vraagt zich af of hij met zijn Marokkaanse achtergrond wel een echte Vlaming is en houdt met zijn analyses Vlaanderen èn zichzelf een spiegel voor.
Een fotograaf heeft zich een plaats verworven te midden van de culturele elite in Nederland. Hij is een veelgevraagd vakman, werkzaam voor glossy tijdschriften en toonaangevende week- en maandbladen. Zijn ouders, die vijfentwintig jaar geleden vanuit Marokko naar Nederland emigreerden, ziet hij nauwelijks. Daarin komt verandering als hij op een dag gebeld wordt door zijn vader, die hem dringend vraagt naar huis te komen. Zijn zieke moeder wil het familiefotoalbum zien. De fotograaf realiseert zich dat hij de ziekte van zijn moeder en haar al jarenlange stilzwijgen kan keren.
Een Marokkaans-Nederlandse puber worstelt met zijn leven in twee werelden: zijn traditionele, eenvoudige Marokkaanse familie en de elitaire Amsterdamse school waar hij een vwo-opleiding volgt.