Een jonge vrouw vindt haar eigen geluk door zich te verdiepen in het jong gestorven meisje van wie zij ooit het hart kreeg dat haar een tweede leven heeft gegeven.
Een 31-jarige vrouw kijkt aan het einde van de twintigste eeuw terug op haar schijnbaar idyllische jeugd op een afgelegen Engelse kostschool en de band die ze daar had met twee andere kinderen.
Anna is smoorverliefd op haar nieuwe klasgenoot David. Maar wanneer het eindelijk tot een zoen lijkt te komen, valt ze flauw. In het ziekenhuis blijkt dat Anna een ernstige hartafwijking heeft en een transplantatie nodig heeft.
Als haar met hiv-besmette man aan leverkanker blijkt te lijden, gaat een Amerikaanse vrouw op zoek naar een donor en een arts die de zware operatie aandurft.
