De in elkaar hakende verhalen spelen zich af in de fictieve kibboets Jikhat, halverwege de jaren vijftig. Ze schetsen portretten van een aantal inwoners van de kibboets, die eigen dromen hebben en persoonlijke pijn ervaren in de schaduw van een van de grootste collectieve dromen uit de geschiedenis van de twintigste eeuw.
Een groep jonge zionisten, uit Oost-Europa gevlucht voor pogroms, sticht in Palestina een nieuwe kibboets waar ze een ideale samenleving willen opbouwen, maar de werkelijkheid is weerbarstig.