Twee Joodse mensen die in de Tweede Wereldoorlog concentratiekamp Buchenwald hebben overleefd, proberen daarna in de Verenigde Staten een nieuw bestaan op te bouwen.
Duitsland, 1937: als Kurt en Ruth Friedman gescheiden worden, staat Ruth alleen voor de zorg van hun vier kinderen in een land waar het voor hen streeds onveiliger wordt. Beiden doen er alles aan het gezin te herenigen.
Als in 1945 majoor Jack Delaney de opdracht krijgt om de van spionage verdachte Joodse Hannah Weiss te ontmaskeren is dat moeilijker dan gedacht en blijken de twee meer met elkaar gemeen te hebben dan hij had verwacht.
Een joods jongetje van 7 jaar duikt in 1942 gescheiden van zijn ouders onder in het internaat van een Belgische pastoor en tracht wijsneuzig de hem te boven gaande ontwikkelingen te doorgronden.