In de nazomer van 1939 maakt Hilsenrath zijn testament op. Hij vertelt over de wereld waar hij vandaan komt: de kleine sjtetl aan de rivier de Pruth, aan de oostgrens van de oude Donaumonarchie. Het is een wereld die alleen uit verhalen schijnt te bestaan, verhalen waar geen eind aan lijkt te komen, maar waarvan de gruwelijke afloop toch al vaststaat. Geruchten, anekdotes en wetenswaardigheden uit het leven van de bewoners van een kleine gemeenschap.