Een vroedvrouw vlucht met het verweesde, pasgeboren zoontje van een rijk Venetiaans echtpaar naar Constantinopel, maar dan wordt het jongetje ontvoerd.
De gevierde kunstenaar Michelangelo, groot geworden dankzij de opdrachten van de Kerk, krijgt een afkeer van de weelde en intriges waarmee prelaten uit de katholieke kerk zich omringen.
De jonge, vrijgevochten Luciana werkt als prostituee en als schildersmodel. Een van haar voornaamste klanten vraagt haar om te poseren voor een bevriende schilder, Sandro Botticelli. Luciana poseert als de centrale figuur Flora op zijn beroemde schilderij La Primavera. Wanneer de kunstenaar haar wegstuurt zonder haar te betalen, steelt Luciana een niet afgemaakte miniatuur van het schilderij. Binnen een paar uur nadat ze de miniatuur onder haar rok had meegesmokkeld worden drie moorden gepleegd.
De liefde tussen de joodse Danilo en de dochter van sultan Suleiman de Prachtlievende wordt bemoeilijkt door hun verschillende afkomst en intriges aan het 16e-eeuwse Ottomaanse hof.
Venetië, 1576. Een Turks schip met een doodzieke passagier veroorzaakt een pestepidemie. De zieke architect Palladio moet een enorme kerk bouwen als offer aan God. Arts Hannibal Cason probeert hem in leven te houden en krijgt hulp van de jonge Feyra, een verstekeling op het schip.