Een jonge Hongaarse vrouw die op weg is naar West-Europa verliest haar broertje bij een auto-ongeluk. Ze komt terecht in een schemergebied tussen leven en dood.
In augustus 1945 arriveren een joodse vader en zoon in een Hongaars dorpje waarvan veel joodse inwoners zijn afgevoerd tijdens de oorlog. Hun komst maakt veel angsten, schuldgevoelens en andere emoties los bij de dorpsbewoners.
Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog worden de tweelingbroers Egyik en Masik naar het Hongaarse platteland gebracht bij hun wrede en drankverslaafde grootmoeder.
