Het rechercheteam van Maud Gelderman krijgt te maken met een aanrijding waarbij een fietsster voor dood is achtergelaten; het misdrijf is per toeval gefotografeerd door een jonge vrouw.
De vondst van een babylijkje in een toilet van het Sint-Pietersstation in Gent trekt een streep door Mauds citytrip met haar kinderen. Van de moeder van de baby geen spoor, een bedelarmbandje besmeurd met bloed en slijm is de enige aanwijzing. Tijdens het onderzoek ontmoet Maud een ex-medestudent criminologie met wie ze vijfentwintig jaar geleden een onenightstand had. Ze raakt opnieuw door hem gecharmeerd. Tezelfdertijd komt Mauds tienerdochter Lara in contact met een uitgeput Aziatisch meisje dat aan haar een clandestiene wereld onthult waarvoor ze op de vlucht is geslagen.
Eduard en Ulrica van Loo hebben jarenlang met veel succes raspaarden aangekocht, getraind en weer verkocht. Nu ze met pensioen zijn, laten ze de taken over aan hun drie kinderen Olaf, Alexander en Elizabeth. Elizabeth runt zelf een manege, waar ze hippotherapie geeft aan autistische kinderen. Wanneer Alexander op een dag Elizabeths dochtertje naar de manege brengt, wordt hij gegrepen door een motorrijder die een vluchtmisdrijf pleegt. Hij heeft een zware hoofdwond en wordt overgebracht naar het UZ Gent, waar hij overlijdt. Maud en haar rechercheurs krijgen aanwijzingen die Alexanders dood erg mysterieus maken.
