Frannie, een jong dienstmeisje, voormalig slavin, wordt er van beschuldigd haar werkgevers vermoord te hebben. Ze zegt dat ze zich niet kan herinneren wat er die onfortuinlijke avond gebeurd is, zelfs niet als het haar leven zou kunnen redden als ze dat zou vertellen. Ze weet niet hoe ze die avond met het bloed van het slachtoffer bedekt werd. Maar ze heeft wel een verhaal te vertellen: over een kindertijd als slavin op een Jamaicaanse plantage, haar stage bij een perverte wetenschapper en de gebeurtenissen die haar in het huis van de Benhams bracht, en in een gepassioneerde maar verboden relatie.
Het hersenletsel van een chauffeur als gevolg van een ongeluk is zowel voor hemzelf als voor de mensen die hem bijstaan van invloed op hun verdere leven.
Na een afschuwelijke val van een pony tijdens het verjaardagsfeest van het dochtertje van een vriendin, raakt Laura in coma. Als ze bijkomt, lijdt ze aan geheugenverlies en kijkt ze met totaal andere ogen de wereld in.