Een Britse onderwijzeres die werkt met gedragsgestoorde kinderen in het speciaal onderwijs, vertelt over haar ervaringen met een zwaar getraumatiseerd meisje.
Op een toegankelijke manier schetst dit boek wat ADHD is, hoe het ontstaat en hoe ermee om te gaan. Ook wanneer de diagnose niet is gesteld - in geval van druk gedrag, impulsiviteit, slechte concentratie en ernstig tegendraads gedrag - kan deze 'gebruiksaanwijzing' op temperamentvolle kinderen worden toegepast. Dankzij dit inzicht kunnen ouders met hun kinderen adequater reageren op dagdagelijkse zaken, terugkerende probleemsituaties of te nemen hindernissen.
Dit boek richt zich in de eerste plaats tot de opvoeders van een kind met een (leer)stoornis, zoals ouders, leerkrachten en zorgverleners. Het is het verhaal van een moeder over de opvoeding van haar zoon Jasper. Als blijkt dat deze andere manier van denken het leerproces en het gedrag van de jongen hypothekeert, gaan de ouders op zoek naar antwoorden bij leerkrachten, artsen en therapeuten. Het is het realistische, maar hoopgevende verhaal van een lange queeste waarin de auteur niet alleen de antwoorden van de leerkachten, hulpverleners en artsen opneemt, maar vooral haar verhaal over Jasper en haar kijk op ADHD. Ook Jasper zelf komt aan het woord.