Een 10-jarige Frans-Afrikaanse jongen, blanke Franse vader, zwarte Tutsi moeder, ziet zijn gelukkige kindertijd in Burundi veranderen door de burgeroorlog.
Kigali, 1994. De hel breekt los in Rwanda. Het lijkt een chaos, gewelddadig en moordzuchtig, maar deze hel is zorgvuldig georkestreerd door een corrupt regime. Ontwikkelingssamenwerker David Hohl draait de deur achter zich op slot en sluipt de tuin in om zich achter de reservegenerator te verstoppen, waar zijn collega’s hem niet zullen vinden.
In de sportschool ontstaat een bijzondere relatie tussen een Vlaamse regisseur/tekstschrijver en een jonge Rwandese moeder die de burgeroorlog tussen Tutsi's en Hutu's overleefde.
Persoonlijk relaas van een meisje uit Rwanda over de massaslachtingen waarbij gematigde Hutu's en duizenden Tutsi's, waaronder haar hele familie, werden omgebracht; uiteindelijk werd zij opgenomen in het gezin van een Duitse schrijfster.