Verslag van de teloorgang van het boerenland in de Zeeuws-Vlaamse grensstreek als gevolg van de uitbreiding van de Antwerpse havens, gekoppeld aan het persoonlijke verhaal van de uit deze streek afkomstige auteur.
Als een oudere, wereldvreemde en onhandige professor wiskunde zich over het zesjarige dochtertje van zijn overleden broer ontfermt, is dat het begin van een reeks tragikomische verwikkelingen in en rond de universiteit van Leuven.