Musa is zestien en Palestijn. Hij groeit op in Hebron, een stad met bijna 200.000 inwoners in de bezette Palestijnse gebieden. Sinds de vestiging van een paar honderd Israëlische kolonisten in het centrum van de stad zijn duizenden Palestijnen uit hun huizen verjaagd en honderden winkels gesloten. Dan ontmoet Musa Rachel, de dochter van een fanatieke kolonist. Eerst wil hij het niet toegeven aan zichzelf, maar na een tijdje kan hij er niet meer onderuit: hij is verliefd. Musa wordt beschuldigd van collaboratie met de Israëli's en vlucht naar Nederland. Zal hij Rachel ooit nog zien?
De 16-jarige, Palestijnse Jefra zoekt toenadering tot joods-Israe͏̈lische leeftijdsgenoten. Op die manier wil zij een stap zetten naar een meer verdraagzame samenleving. Vanaf ca. 13 jaar.
Valerie (ca. 18, ik-figuur) woont in Israe͏̈l en moet, net als haar twee beste vriendinnen, na haar eindexamen het leger in. Daar gaat ze werken voor de geheime inlichtingdienst. Vanaf ca. 15 jaar.
Vanaf hun eerste ontmoeting worden Yassele, een joodse jongen, en Jamal, een Palestijn, vrienden. Velen keuren hun vriendschap af maar toch blijven ze elkaar zien en dromen ze samen van vrede. Niets kan hun droom verjagen, tot het groeiende geweld ook tot bij hen geraakt.