Een getrouwde Australische schilderes vlucht ca. 1872 met een vriend naar het westen van het land omdat ze ten onrechte wordt beschuldigd van moord op haar kind.
Een schrijver ontvangt een brief van een vriendin waarin zij haar zelfmoord meldt, en ontvangt nadien mysterieuze aanwijzingen die hem naar plaatsen leiden die met haar te maken hebben.
Dagmar (14, ik-figuur) verliest haar twee jaar oudere zus Femke door een verkeersongeluk. Ze probeert na Femkes dood de draad weer op te pakken, maar dat is niet gemakkelijk. Vanaf ca. 13 jaar.
Een 16-jarig meisje gaat met het gezin van haar hartsvriendin mee naar hun zomerhuisje aan het strand. De oudste zoon van het gezin is pas omgekomen bij een ongeluk. Niemand weet wat hij voor het meisje betekende.
Het verdriet van een schrijver over het verlies van een dochter brengt hem ertoe met gevaar voor eigen leven een hond te redden die door het ijs is gezakt.
Natalie ziet hoe het na de dood van hun vader bergafwaarts gaat met haar oudere broer Koen. Ze slingert heen en weer tussen liefde en haat en weet niet hoe ze haar broer kan bereiken. Vanaf ca. 14 jaar.
Als Marit een uitnodiging krijgt om op de verjaardag van haar beste vriendin te komen, schrijft ze Anicke een brief waarin ze uitlegt waarom ze niet komt: Anicke is immers al twee jaar dood. Vanaf ca. 13 jaar.